Eindelijk!

André van der Kwartel

Eindelijk heeft het tiental zijn eerste overwinning behaald. In een heus degradatieduel tegen het nog puntloze tweede team van de Rijnsburgse Damclub werd met het kleinst mogelijke verschil (9-11) gewonnen. De uitslag suggereert meer spanning dan tijdens de wedstrijd werd ervaren. De Leidenaren liepen uit naar een 4-10 voorsprong voordat Harry Dekker het winnende elfde punt binnen bracht.

Het was een belangrijke wedstrijd voor LDG. Bij sommige teams zou dat gepaard gaan met strenge stalorders, zoals: “Geen risico’s nemen!” en: “Tegen die en die spelers op remise spelen!” Bij LDG hebben we nooit met dat soort opdrachten gewerkt. Ons uitgangspunt is altijd geweest: “Je damt voor je plezier, dus dam zodat je plezierig speelt.” Dat dit uitgangspunt de redding kan betekenen voor de remisedood van het damspel, blijkt weer eens uit de uitslag van deze wedstrijd: vijf overwinningen, vier verliespartijen en precies één remise. (Die overigens eigenlijk ook een winst had moeten zijn.) Deze uitslag leidde tot de suggestie van Hans Tangelder voor een nieuw motto voor LDG: “Als we maar één partij remise spelen, mogen we vier partijen verliezen om te winnen.” Ik vond het vorige motto beter. Laten we maar snel naar de techniek gaan.

Jack van der Plas had wel een heel gemakkelijke middag. Al na negentien zetten gaf zijn tegenstander op.

Tiental_RDC_1

Kes Noordermeer – Jack van der Plas

39-34??? (24-29!) en door wit opgegeven.

Niet zo heel lang daarna kwam Rijnsburg op gelijke hoogte. Joop Burgerhout verloor na een partij die in de groepsapp van LDG veel commentaar opriep. De (complexe) opening van deze partij heet de Valkenburgvariant die in diverse topwedstrijden is gespeeld. Een van die topwedstrijden betreft de partij S. Mansjien – E.P. Bronstring (Soechoemi, 1966). Evert gaf als commentaar: “Na de uitval in de opening 28-23 19×28 32×23 moet wit later met 34-30 vervolgen. Joop trapt erin en speelt 13-19. In plaats van 13-19 is 20-25 een uitstekende zet. Joop speelt een oude partij van mij tegen Mansjien na. In die partij heb ik echter eerst  18-23 29×18 12×23 gespeeld en daarna pas 7-11.”

Ik raad iedere geïnteresseerde aan de partij van Joop Burgerhout op Toernooibase na te spelen. In dit verslag beperk ik mij tot het cruciale fragment.

Tiental_RDC_2

Arno Kooloos – Joop Burgerhout

Stand na de 19e zet van wit.

Zoals Evert Bronstring aangaf, is (20-25) een uitstekende zet. Zwart speelde echter: (13-19??) en werd verrast door: 30-25 (19×28), 37-32! (28×46), 42-37 [Beter is 33-28.] (46×34), 39×19 (14×23), 25×5. In de partij had zwart nog een (kleine) tegenkans. Evert Bronstring en ik meenden dat zwart een tegendam had kunnen nemen en later toch weer niet, maar de computer laat zien toch weer wel: (2-7), x (9-14), x (27-32), 38×16 (18-23), x (4-10), x5 (22-27), 31×22 (17×50). Maar of je nou blij wordt van zo’n tegendam….

Evert Bronstring zette LDG weer op voorsprong. Hier het moment waarop hij een schijf wint. Het leerzame hier is dat de voor de hand liggende verdediging niet altijd de beste zet oplevert.

Tiental_RDC_3

Daniel Boom – Evert Bronstring

Stand na de 22e zet van zwart.

Spelverloop: 38-32!? (27×38), 42×33 (17-21!), 26×17 (11×22), 28×17 (12×21), 23×12 (8×17) en de witte voorpost op 24 ging verloren.

In de diagramstand dreigt zwart met allerlei akelige mogelijkheden. Bijvoorbeeld: (22-27), 38×27 (17-22), 28×17 (12×41). Een minder duidelijke, maar veel grappiger dreiging is: (17-21), 26×17 (11×33). Als voorbeeld twee reacties van wit:

A) 37-32 (33-39), 44×33 (18-22), 32×21 (13-19), 24×13 (8×30).

B) 43-39 (12-17), 23×21 (14-19), 39×28 (19×50).

De overige winnende variantjes laat ik aan de lezer over.

Gezien al deze ellende is de reactie van wit in de partij wel begrijpelijk, maar toch had hij beter, namelijk: 37-32! (17-21), 26×17 (11×33), 32×21 en nu kan zwart nog enig voordeel behouden met (33-39C), 44×33 (13-19), 24×22 (13-18), x (8×30). Het alternatief voor zwart bij C is: (12-17), maar dan volgt: 21×12 (18×7), 44-39! (33×44), 49×40 en wit heeft vooralsnog alles weer onder controle.

Edwin van Hofwegen breidde de voorsprong van LDG verder uit. In een vrijwel gelijke stand maakte zijn tegenstander een nauwelijks waarneembare fout die uiteindelijk toch fataal bleek te zijn.

Tiental_RDC_4

Alexander Zwanenburg – Edwin van Hofwegen

Stand na de 36e zet van zwart.

Wit speelde hier 27-22? en kwam verloren te staan na (3-9), 42-37 (9-14) enz.

Het gaat wat ver om allerlei varianten te laten zien, maar de essentie van de fout is dat wit met 27-22 alle schijven 28, 33, 39 en 44 buiten spel zet en daardoor in temponood komt. De computer adviseert in plaats van 27-22 dan ook 44-40 en daarna 28-22 enz.

Hans Kreder zorgde voor een voorsprong van 8-2. Hij won een schijf nadat zijn tegenstander een ogenschijnlijk onschuldige ruil had genomen.

Tiental_RDC_5

Nico Mul – Hans Kreder

Stand na de 19e zet van zwart.

Wit speelde hier waarschijnlijk zonder verder te kijken de ruil 37-31 (26×37), 32×41?? en werd verrast door (18-23!). De witspeler verzonk in langdurig gepeins. Op 38-32 volgt (23-29), (24-30) en (20×47). Andere zetten kosten ook een schijf. Uiteindelijk speelde wit 27-21 (23×32), 38×27 maar daarna won zwart een schijf door (11-17).

Peter van den Berg was in het vroege middenspel een schijf achter geraakt, maar bleef knokken voor een goed resultaat. Het was hem dank zij slordig spel van zijn tegenstander nog bijna gelukt ook, maar toen de remise voor het grijpen lag, zag hij het niet.

Tiental_RDC_6

Peter van den Berg – Albert Huisman

Stand na de 48e zet van zwart.

Wit vreesde de dreiging (28-33), speelde 37-31 en stond na (11-16) direct verloren.

Met 21-16 had wit eenvoudig remise gemaakt. Op (11-17) volgt 27-22 en op (28-33) volgt 16×7 (33×44), 7-2.

Ik mocht zelf de stand op 10-4 voor LDG brengen. Een overwinning gebaseerd op geduld. Toen ik nog jong en ondernemend was, probeerde ik iedere partij vanaf het begin spannend te maken, uitgaande van de filosofie dat dammen in essentie een vechtsport is. Een effectieve strategie om van mij te winnen was in die tijd dan ook om zo veel mogelijk te voorkomen dat er spanningen op het bord kwamen. Tegen de tijd dat die dan alsnog ontstonden, was ik het al zo zat, dat ik meestal achter elkaar verloor. Inmiddels heb ik geleerd geduld te hebben in dat soort wedstrijden en mijn energie te bewaren voor de fase waarin het dan hopelijk toch spannend kan worden. In deze partij duurde het tot de 45e zet voordat de gewenste spanning zich opbouwde.

Tiental_RDC_7

André van der Kwartel – Gerrit Slottje

Stand na de 54e zet van wit.

Uiteindelijk is duidelijk dat het passieve spel van zwart wit winnend voordeel heeft gebracht. In de partij speelde zwart (16-21) en gaf op na 36-31. Het vervolg zou kunnen zijn geweest: (25-30), 43-39 (7-11), 18-12 (11-17), 12-7 (17-22), 23-18 (22×13), 7-1.

Een andere mogelijke spelgang zou vanuit de diagramstand kunnen zijn geweest: (25-30), 43-39 (7-11), 18-12 (11-17), 12×21 (16×27), 23-18 (26-31), 37×26 (27-32), 18-12 (32-38), 12-7 (38-42) 7-1 en wit wint.

Teamcaptain Harry Dekker bracht met een remise het winnende elfde punt binnen. Hij was er niet zo blij mee, want een slordigheid in het eindspel had hem de winst gekost.

Tiental_RDC_8

Harry Dekker – Gé Berbee

Stand na de 63e zet van zwart.

Wit heeft na een uitstekende partij een gewonnen eindspel op het bord gekregen. In de diagramstand kan wit winnen door 1-12! Van belang is dat zwart de schijf op 17 niet kan aanvallen wegens: (15-33), 12-3 (33x), 3-17 (x31), 36×27. De strategie voor wit is dus 1-12, 12-3, 17-12-8-2 en met een tweede dam is de strijd snel beslist.

In de partij speelde wit echter 17-12?? en werd verrast door (15-38!), 27-22 (16-21) en wit doet niets meer tegen de actie (21-26-31) met remise.

Met de overwinning in de tas waren er nog twee partijen gaande die beide verloren gingen. Hans Tangelder verloor, nadat hij in het late middenspel een misgreep beging en vervolgens een verrassende verdediging over het hoofd zag.

Tiental_RDC_9

Hans Tangelder – Rinus Kromhout

Stand na de 40e zet van zwart.

Na 38-33 staat wit gelijkwaardig, maar Hans speelde 27-22? en kon na (24-29!) geen goed tempo vinden. Het spel ging verder met: 45-40 (3-8), 30-24 (19×39), 28×10 (15×4), 40-34 (29×40), 35×33 (8-12!). Zwart bedreigt de kwetsbare voorpost op veld 22. Dit moment vraagt om een nieuw diagram.

Tiental_RDC_10

Hans Tangelder – Rinus Kromhout

Hans speelde 22-17, verloor na (12-18) een schijf en later de partij. In de diagramstand had wit zich echter nog kunnen redden met 33-29! (12-18) wordt nu beantwoord met: 29-24 (18×27), 38-33!! (27×20), 25×3 met remise.

Ten slotte verloor ook Maurits Meijer, waarmee de eindstand kwam op 9-11. Maurits speelde een complexe partij, waarin hij een groot deel van de partij nadeel had. Ik geef hieronder de fase uit de partij waarin Maurits in het voordeel kan komen, dat nalaat en kansloos verliest.

Tiental_RDC_11

Maurits Meijer – Gera Hol

Stand na de 39e zet van wit.

Zwart heeft hier nog voordeel en had dat kunnen behouden met de zetten 10-15-20. Zwart speelde echter: (9-13), 32-27 (10-15), 36-31? [Wit had nier voordeel kunnen krijgen door: 38-33! Zwart heeft nu niet veel beter dan (15-20), 33×22 (17×28), 37-31 met onder meer de dreiging 21-17 en 31-27.] (15-20??) [Zwart had op haar beurt winnend voordeel kunnen krijgen met (17-22) en (11-17).] 41-36? [Alsnog had wit de stand gelijk kunnen houden met 38-33. Als zwart nu reageert met (17-22) volgt: 21-17 (12×32), 34-29 (23×43), 42-38 (28×39), 37×6 (43×32), 6-1 en nu moet zwart wel plakken met (32-37), 1×48 (37×46) met min of meer gelijkspel.] In de partij volgde (17-22) en wit kwam er niet meer aan te pas.

Met deze overwinning lijkt het tiental zich in ieder geval te hebben verzekerd van deelname aan de promotie/degradatie wedstrijden. Maar het voorkomen daarvan heeft het tiental nog steeds in eigen hand.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *