Deze bijdrage van André van der Kwartel is een aanvulling op zijn verslag van de wedstrijd van Zaanstreek 2 tegen LDG, zie het bericht “Monsterzege voor LDG”, van 21/02/2017.
Ten tijde van het uitbrengen van het verslag van de wedstrijd van het Leids Damgenootschap tegen Zaanstreek 2 waren nog niet alle partijnotaties beschikbaar. Inmiddels zijn deze wel beschikbaar en blijken er aan vier partijen nog leerzame fragmenten te ontlenen:
Martin Berends – Hans Tangelder
Wij herkennen zonder moeite een partijstand zoals Hans die regelmatig op het bord weet te krijgen. Wit kan hier de stand nog gelijk houden met 34-29 (23×34), 44-40, maar wit speelde direct 44-40 en daarop volgde: (23-29!) Had wit deze gemist? 34×23 (24-29), 33×13 (22×44), 31×22 (8×37), 42×31 (17×28), 26×17 (11×22), 48-42 (28-33), 38×29 (44-50) en zwart won.
Hans Kolfoort – Jan Hania
Hans had een wel heel gemakkelijke middag. Na (14-20??), 25×14 (9×20) volgde 33-28 en zwart gaf op. Na (13-19) zou zijn gevolgd 28-22 en 38-33.
Boudewijn van der Veen – Hans Kreder
Hans kwam op het onzalige idee om (13-19) te spelen en had geluk dat zijn tegenstander niet op het idee kwam om deze zet te beantwoorden met 33-29! (23-28) is nu verhinderd door 37-32×31, 48-42 en 35×4. Ook (17-21) is niet voldoende: 29×27 (21×41), 36-31 (26×37), 47×36 en nu faalt het gewenste (16-21), 42×31 (21-26) op 48-42 (26×30), 35×4, zodat wit een schijf voor blijft.
Boudewijn van der Veen – Hans Kreder
Uit dezelfde partij. Op dit moment offerde tot mijn verbazing de witspeler met 30-24 een schijf, maar achteraf is het wel begrijpelijk voor een speler in tijdnood. Op 30-25 volgt (32-37) en op 42-38 volgt (20-25) en zie in tijdnood maar eens dat dat op remise uitloopt. Partijverloop: 30-24 (19×30), 29-23 (30-35), 33-29 (35-40), 23-19 (40-44), 29-23? Maar dit is pas de definitieve fout. Met 19-13 stelt wit de remise veilig, omdat op (44-49) 13-9-4 volgt. Nu volgde: (32-37), 42×31 (44-49) en wit gaf op.
Arend van Beelen – Cees Staal
Een aardige gemiste kans in de partij van Arend. Na (23-29?) speelde Arend 48-42, maar hij had verrassend kunnen uithalen met: 28-23 (19×37), 38-33 (29×38), 48-43 (38×49), 40-35 (49×21), 26×10.
Het spelverloop was minder hoogstaand: (23-29), 48-42 (1-6), 42-37 (18-23), 47-41 (6-11??) en na 38-33x43x6 kon zwart spoedig opgeven.