Bevrijd van degradatiezorgen kunnen de spelers van het Leids Damgenootschap de laatste drie ronden van de damcompetitie vrijuit spelen. De eerste van die drie wedstrijden – tegen titelkandidaat 020 uit Amstelveen – leverde een 8-12 nederlaag op. Dat was geen slechte uitslag en er had wellicht meer ingezeten voor de Leidenaren. Het scoreverloop begon met een snelle remise van Evert Bronstring. Het was onthutsend om te zien hoe zijn tegenstander in hoog tempo de schijven van het bord liet verdwijnen zonder ook maar enige intentie om tot een serieuze wedstrijd te komen. Of het ontzag was voor Bronstring of een door de teamleiding gegeven opdracht, is niet te bepalen, maar een feit was dat in niet meer dan één uur de verplichte veertig zetten waren gespeeld en tot remise werd besloten. Twee uur later werd Henk Meester verrast door een damzet. Hij kon de dam ten koste van één schijf achterstand van het bord krijgen, maar verloor daarna kansloos. Ook Arend van Beelen verloor na een complexe partij waarin wederzijds een zogeheten kortevleugelopsluiting op het bord kwam. Het vereiste veel rekenwerk van beide spelers, waarin Van Beelen uiteindelijk aan het kortste eind trok. Analyses moeten echter uitwijzen of hijzelf niet ‘ergens’ de winst heeft laten lopen. Hein van Winkel bracht de eerste winstpartij voor LDG binnen. Zijn tegenstander nam een te dure damzet. De dam kon gemakkelijk worden ingesloten. Zijn tegenstander liet zich de rest niet meer bewijzen. André van der Kwartel verloor na een spannende partij, waarin een omsingeling van een verre voorpost net niet klopte. Na een mislukte poging door te breken naar dam, maakte hij in een slechte stand een blunder en verloor. Gelijkwaardige remises waren er voor Hans Tangelder (na weer een van zijn grillige partijen) en voor Hans Kreder. Maurits Meijer en Harry Dekker speelden remise, maar hebben beiden misschien de winst gemist.
(verslag van André van der Kwartel)