verslag André van der Kwartel
In een eerder bericht op deze site werd gemeld dat vier spelers van het Leids Damgenootschap onlangs hebben deelgenomen aan het jaarlijkse Veteranentoernooi in Wageningen: Arend van Beelen. Hans Kreder, Hein van Winkel en Dick den Ouden. Via Toernooibase heb ik enkele partijen van deze spelers kunnen bekijken en het leek mij aardig om een aantal fragmenten uit deze partijen te laten zien. Bij het bekijken van de verschillende fragmenten moet worden bedacht dat in Wageningen nog het oude tempo van vijftig zetten per twee uur werd gehanteerd. Er kan dus in sommige gevallen sprake zijn geweest van tijdnood.
Arend van Beelen
Arend scoorde het hoogste met negen punten uit acht wedstrijden, maar daar kwam veel geluk bij kijken. Een blunder van een tegenstander in een remise eindspel; een andere tegenstander die een simpele winst miste. Dat soort dingen. Eén voorbeeld:
Arend van Beelen – Leo van der Laan
Wit staat wat onder druk, maar bij zorgvuldig spel lijkt er nog weinig aan de hand. Het spelverloop was echter 33-28?? (24-29??). Beide spelers overzien het eenvoudige (34-39), 38-33 (39-44), 49×40 (23-29) en zwart wint een schijf met een goede stand. De partij eindigde in remise.
Daar staat dan weer een partij tegenover die Arend had moeten winnen, maar remise liet lopen.
Arend van Beelen – Jaap Langerak
In deze stand kwam zwart op het onzalige idee om (12-17??) te spelen. Wit neemt het cadeautje graag aan: 48-42! Zwart ontkomt niet meer aan schijfverlies. Partijverloop: (24-30), 42-37 (30-34), 50-44 (8-12), 44-39 en wit won een schijf. Helaas kon Arend die schijfwinst niet omzetten in partijwinst.
In de laatste ronde mocht Arend, omdat hij op +2 stond, aantreden tegen Frank Teer. Het werd een korte partij.
Arend van Beelen – Frank Teer
Arend had de partij agressief opgezet en zou na 40-35 nog houdbaar spel hebben gehad. Hij speelde echter 47-41?? en na (30-34), (18-22) en (14-19) kwam hij een schijf achter. Zwart speelde de partij vlot uit.
Hans Kreder
Hans eindigde op acht uit acht. Hij had kunnen starten met een overtuigende overwinning op Herman van Westerloo, maar was op het belangrijkste moment niet scherp genoeg.
Herman van Westerloo – Hans Kreder
Zwart staat duidelijk beter en had de witte korte vleugel hier verder kunnen inklemmen met (15-20). Hij speelde echter (10-14?), 32-27? Wit negeert de mogelijkheid om met 40-35 zijn korte vleugel meer vrijheid te geven. (22×31), 37-32 (17-22?) en hier laat zwart toch wel zijn mooiste kans liggen met (14-20), 26×37 (16-21) had hij de witte stand volledig vastgelegd. Enkele zetten later kreeg zwart een nieuwe kans: 26×37 (14-20) [Ook hier was (16-21) sterker geweest.] 32-27 (22×31), 37×26 (3-8), Wit had de stand nu gelijk kunnen maken met 29-24 en 39-33, maar speelde 38-33?? Zwart had op zijn beurt nu alsnog groot voordeel kunnen behalen met (13-19), maar speelde (20-24), waarna de partij in remise eindigde.
Hans Kreder – Sander Kalpoe
Hans liet deze gewonnen stand remise lopen na 33-29? (23-28), 50-44 (7-12), 44-40?? (20-24) en de partij liep remise. In plaats van 44-40 had wit moeten spelen 44-39, waarna de stand nog steeds gewonnen is. Bijvoorbeeld: (12-17), 48-42 (17-21), 37-31 (28-32), 42-38, enz.
Overigens had het zo ver niet hoeven te komen. Op toernooibase merkt Casper Remeijer over de diagramstand op dat wit degelijk kan winnen door 37-32 (20-24), 33-28. Er zijn nu allerlei varianten speelbaar die dank zij de mooie schijven op 48 en 50 allemaal rechttoe rechtaan naar winst voor wit gaan.
Hein van Winkel
Hein eindigde met zeven punten uit acht wedstrijden. Een paar fragmenten uit zijn partijen.
De partij tegen Wiebren de Vries eindigde in remise nadat eerst De Vries en daarna Hein aantoonbaar gewonnen had gestaan. Eerst liep Hein in een zetje:
Hein van Winkel – Wiebren de Vries
Na 45-40? Volgde (18-23), 29×7 (25-30), 35×24 (20×29), 33×24 (8-12), 7×18 (13×35).
Later in de partij deed zich de volgende stand voor:
Hein van Winkel – Wiebren de Vries
Na bijvoorbeeld (9-14) staat zwart nog steeds huizenhoog gewonnen, maar hij speelde: (16-21?), 27×16 (44-50???), 33-29???? Ongelooflijk. Beide spelers overzien 32-27 met winst voor wit.
Peter Moraal verraste Hein in het volgende fragment:
Peter Moraal – Hein van Winkel
34-30!? (26-31??), 30×8 (31×42). Had Hein alleen gekeken naar 8-2 (42-48)? In de partij volgde: 33-29! (42×24), 8-2 en wit won snel.
Dick den Ouden
Ook Dick eindigde op zeven punten uit acht wedstrijden. Hier volgen enkele fragmenten uit zijn partijen.
In zijn partij tegen Gerrit van der Werff liet Dick een goede kans liggen op een beter resultaat.
Dick den Ouden – Gerrit van der Werff
Dick speelde hier 38-32 en na (26-31) en (18-22) liep de partij remise. Kansrijker zou zijn geweest 38-33! Op (18-23) volgt dan 30-24 (23×21), 24×13 (14-19), 13×24 met een kansrijk eindspel voor wit. Op (26-31) en (18-23) kan wit eveneens 30-24 spelen met een kansrijk eindspel.
Net als Arend overkwam ook Dick de eer om te mogen aantreden tegen Frank Teer. En ook Dick liep al vroeg in de partij in een zetje.
Dick den Ouden – Frank Teer
27-22? (18×27), 31×22 (24-30), 35×15 (19-23), 28×19 (17×30), 40-35 (13×24) en zwart stond een schijf voor.
Het is leerzaam hoe een eenvoudig zetje als de Haarlemmer soms verrassend verborgen kan zitten. Ik ben er zelf vorig jaar ook het slachtoffer van geworden tegen Evert Bronstring:
Evert Bronstring – André van der Kwartel
Na (1-6?) volgde: 23-19 (14×23), 27-21 (16×27), 37-31 (26×37), 42×22 met schijfwinst.
Terug naar het Veteranentoernooi.
Dick den Ouden liet zich in zijn wedstrijd tegen Frans van der Velde verrassen.
Dick den Ouden – Frans van der Velde
Na 37-31 volgde verrassend: (22-27!), 31×22 (24-30), 25×34 (23-29), 34×23 (19×26). Het lijkt erop dat wit dit nog wel remise kan houden, maar dat blijkt tegen te vallen. Na het voor de hand liggende partijverloop: 48-42 (26-31), 44-39 (12-17), 39-33 (31-36), 42-37 (17-21) blijkt wit verloren te staan.