Evert Dollekamp
Jarenlang was ik gastheer van Slawa Tsjegolev, twee maal wereldkampioen in het begin van de jaren zestig. Als speler van het Drents Tiental kwam hij een aantal seizoenen voor ons team uit. Meestal in blokken van drie wedstrijden, zodat hij regelmatig een maand bij mij thuis logeerde. De clubkas was weliswaar goed gevuld (in hoogtijdagen hadden we ook Tsjitsjov en Dybman onder de leden – zoals we nu Corona onder de leden hebben ), het was knijpen met de (on)kosten. Zodat Slawa op en een maand later neer ging vanuit Moskou met de bus! Twee dagen onderweg en uitstappen op Amsterdam Amstel. Ik weet nog goed toen ik hem daar de eerste keer afhaalde. Ten eerste omdat ik bij het laden een parkeerboete kreeg. Ten tweede omdat Slawa bij het ontwaren van mijn auto (een citroen DS, een Snoek in de volksmond) opgewonden uitriep: ‘You Car??’.
Slawa is inmiddels de 75 gepasseerd en sinds het noodlottig verkeersongeval van Galina (his wife) niet meer op de velden van het honderdruitenbord waargenomen. Ik heb nog wel even met het idee gespeeld hem in Rusland op te zoeken, maar ik doe het toch maar niet. Volgens Hanco Elenbaas, die ook nu nog met hem omgaat, is de kans groot dat je bij het verlaten van eerst vliegtuig en dan bus, Slawa in laveloze staat aantreft. Beter van niet. Nu is Slawa geen alcoholist, maar hij kan absoluut niet tegen drank, zoals dit verhaal uit het onvolprezen meesterwerk ‘Wie door de week traint is ’s zondags moe’ aangeeft:
In Holland better
Een ontmoeting met Tsjegolev is voor mij altijd weer een genoegen. De oud-wereldkampioen neemt deel aan het toernooi in Delft, waar je partijen met 5-0 kunt winnen (of verliezen). Slawa is in gezelschap van zijn vrouw, volgens geruchten om hem een beetje in de gaten te houden. Na één van de rondes neem ik het duo mee naar Voorschoten, zodat Wouter (1) er gelijk twee speelkameraadjes bij heeft. ‘Very nice!’ roept Slawa uit. En Galina, his wife, tovert een rammelaar uit de tas. En een fles wijn. Want het weerzien moet natuurlijk op gepaste wijze gevierd worden. Zodat ik kan vertellen dat niet alleen Slawa maar ook Galina absoluut niet tegen drank kan. Na anderhalf glas zijn beiden al bedenkelijk vrolijk. En maar kakelen, heel gezellig. Over de verschillen tussen oost en west bijvoorbeeld. Alles in gebroken staccato-Engels en woordenboekentaal. Ed Holstvoogd, waar het echtpaar Tsjegolev deze week logeert, schijnt er helemaal gek van te worden. Maar Annelies en ik kunnen er aardig mee uit de voeten. Onder andere de agrarische sector wordt onder de loep genomen. Het duurt even voor we in de gaten hebben dat ze met ‘kofs’ koeien (cows) bedoelen, maar dan is de analyse van Slawa snel duidelijk. ‘In Holland better. One man looks after hundred kofs. In Rusland much more room for kofs. There hundred man looking for one kof!’ Met zijn handen vormt hij daarbij een verrekijker en kijkt turend in het rond. Erg grappig. Kortom: een gezellig avondje, wat besloten wordt met een toeristische route van Voorschoten naar Delft. Dwars door Den Haag. Ze hebben niet eens in de gaten dat ik daarbij ernstig verdwaal, druk als ze het hebben met om zich heen kijken. En wat maakt de meeste indruk? Dat blijkt als Slawa opgewonden uitroept: ‘Look! Aldi!!’. Als je zo snel tevreden bent, ben je volgens mij een erg gelukkig mens.
Boekenkast
Omdat ik in de Coronatijd (de Portugees Corona heeft trouwens gescoord!) onder andere mijn boekenkast aan het leeglezen ben, vertoef ik regelmatig in mijn eigen boekcorner (aanrader: boekje de boekcorner van Goos Verhoef – alter ego van Wim de Bie). Kort geleden belandde ik op mijn halve plank denksport. De helft daar weer van bestaat uit damboeken. Meest zelf geschreven, ook veel gekregen, precies eentje gekocht (van Tsjegolev). Ik kwam een versleten boekje tegen van Alexander Kowritsjkin, gekregen van Slawa, met aantekeningen en al. Ik moet bekennen dat dit het enige damboek is dat ik de laatste jaren ter lering wel eens heb ingekeken. Wie Kowritsjkin kent, het is een grootheid uit begin jaren zestig, weet dat hij een virtuoos was (is?) in het tactische spel. Ik heb het boekje willekeurig opengeslagen bij standje 181. Tien prachtige probemen ter oplossing. Ze vallen niet mee, op een enkeling na. En omdat ik nu toch in de copie-mode zit:
Cat must eat !
Een paar woorden Engels spreekt hij. Toch ziet Tsjegolev kans zich goed verstaanbaar te maken. Doeltreffend taalgebruik. De ontmoeting met huispoes Spidi is daarvan een treffend voorbeeld. Het brengt hem tot de volgende opmerking: ‘I was at Hein Meijer. He two cats. When cat put head on leg: cat must eat! Then I must know: where is Whiskas!’ Ook is hij behulpzaam bij klusjes rond maaltijd en afwas. Nooit gedacht dat ik ooit nog eens met een oud-wereldkampioen de keuken op orde zou brengen. Slawa gewapend met afwaskwast en ik met theedoek. Het zijn de mooiere momenten in een mensenleven.
Our team wien !
Twee weken lang een echte grootmeester over de vloer. Tsjegolev is volledig selfsupporting. Kamperen op zolder en elke dag zo rond de klok van tien op pad. Aan de wandel. Dertig kilometer op een dag is niets. En alles very beautiful! Van de eenvoudigste zaken raakt hij in vervoering. Het enthousiasme wat hij in zijn spel legt, komt als het ware ook in het normale leven naar voren. Bijvoorbeeld de wil om te winnen. In werkelijk alles ziet hij competitie. Zo stelt hij tijdens een wandeling door een schilderachtig sneeuwlandschap voor, bij die lantaarnpaal in de verte om te keren. Na een kwartiertje lopen, schakelt de grootmeester over op een iets hogere versnelling. ‘I wien!’ spreekt hij eenvoudig. En in de pizzeria is het een paar dagen later opnieuw raak. Natafelen met de teamgenoten. Slawa verorbert met hoge snelheid zijn ‘What you eat, I eat’ maaltijd. Voldaan werpt hij een blik langs de borden: ‘I first!’ stelt hij vast. Maar de hoogste graad van fanatisme bereikt hij toch wel achter het dambord. Na afloop van de sneldamfeesten in Emmen verlaat hij na een zware sessie om drie uur ’s nachts triomfantelijk het pand. ‘I young!’ roept hij uit. De toernooizege brengt hem in een jolige bui die tot ver in de zaterdag voortduurt. Zodat hij op de terugweg Mick Jagger de mond snoert om met ongeschoolde stem een aantal Russische ballades ten beste te geven. Werkelijk waar: het klinkt niet eens onaardig.
Big Problems
Wat een prachtige verhalen over deze damreus!
Evert … meer, meer, meer!!!