Namens André van der Kwartel
In de maanden juli en augustus is weer het jaarlijkse Zomertoernooi van het Leids Damgenootschap verspeeld. Dat hield in: op één (woensdag)avond twee partijen van ongeveer anderhalf uur spelen. Dit jaar waren er 31 deelnemers, waarvan 17 spelers vijf of meer partijen speelden. Winnaar werd Koos van Amerongen, gevolgd door Richard Meijer en Steven den Hollander.
Hieronder een aantal opvallende fragmenten uit dit toernooi. Ik was daarvoor afhankelijk van het bestand aan ingevoerde partijen in Toernooibase en dat is helaas verre van compleet. Wie weet wat er zich nog meer voor fraais in dit toernooi heeft afgespeeld.
Ik heb deze keer niet de chronologische volgorde van de verschillende rondes gevolgd, maar de fragmenten opgedeeld in drie categorieën
1. Combinaties
2. Missers
3. Eindspelen
Zoals bij iedere indeling, heb ik daarbij soms knopen moeten doorhakken die een ander op een andere wijze gehakt zou hebben. Het zij zo.
Eelco Kuipers – Joop Burgerhout
Eelco had voor een verrassing kunnen zorgen met 28-23! (19×28), 32×23 (18×29), 34×23 (13-19A), 40-34 (19×28), 34-30 en na (24-29) wint wit een schijf door 38-32.
A) Op (13-18) volgt: 35-30 en 23-19.
Anton Kwestro – Gé Berbee
(14-20), 44-39?? Deze kans liet Gé zich niet ontgaan: (22-27!), 31×2 (13-19), 2×24 (20×47).
Gé Berbee – Steven den Hollander
KR geeft aan dat 40-34 een gezonde zet is. Wit speelde echter 47-41? (21-27!), Dreigt met (24-30), (27-32), (13-19). Dus voor de hand ligt: 37-32 (27-31), 36×27 (16-21), 27×16 (17-22), 28×17 (12×21), 16×27 (24-30), 35×24 (13-19), 24×13 (8×46.
André van der Kwartel – Steven den Hollander
Na een tamelijk consequente partij was bovenstaande boeiende stand ontstaan.
Ik had hier simpel een schijf kunnen winnen door 44-40, omdat (29-33) wordt weerlegd door 38×29 (34×23), 30-24 met schijfwinst.
Het gebeurt mij echter helaas vaker dat ik op beslissende momenten niet de tijd neem om de benodigde zorgvuldigheid in acht te nemen. Dat is een nette manier om te zeggen dat bij mij de zetcontrole er nogal eens bij in schiet. Zo ook hier: 39-33??? (19-24!!), 30×10 (5×14), 33×24 (34-40), 45×34 (14-20), 25×14 (9×49) en na nog een achttal manmoedige zetten gaf ik op. Natuurlijk wel weer een mooie combinatie van Steven.
Arjen de Mooij – Anton Kwestro
In deze stand haalde Arjen een slagzet uit die qua uitvoering nog veel mooijer had kunnen zijn dan in de partij:
29-24 (19×30), 26-21 (16×27), 32×21 (17×26), 33-28 (23x32A), 37×10 (5×14) W +1
A) Het had nog veel mooier gekund: (22×33), 39×17 (30×50), 40-35 (11×22), 38-33 (50×28), 37-31 (26×37), 41×1.
MISSERS
Gé Berbee – Cees de Leeuw
Partijverloop: 45-40?? (13-19??). Zwart miste hier de actie (29-33), 38×29 (14-20), 25×14 (13-19), 14×23 (12-18), 23×21 (16×47) met winst voor zwart. De partij eindigde in remise.
Cees de Leeuw – Edwin van Hofwegen
33-29? (19-23?) beide spelers misten het eenvoudige maar toch verrassende: (17-21), 26×17 (11×31), 36×27 (12-17!) en wit ontkomt niet aan schijfverlies.
Gé Berbee – Hein van Winkel
Partijverloop: 39-33?? (9-14??). Beide spelers overzien: (21-27), 22×31 (13-19), 23×3 (12-17), 3×21 (16×49). De partij ging verder met: 33-29 (12-17), 22×11 (16×7), 36-31 (7-11??) en zwart verloor kansloos na 29-24 (11-17), 31-27, enz.
In plaats van (7-11??) had zwart remise kunnen houden met (13-19!). 31-27 faalt nu op (19×28), 27×16 (26-31). En op 32-28 volgt (7-11) en bij goed spel zit er voor wit niet meer dan remise in.
Arjen de Mooij – Dick den Ouden
Arjen speelde hier 48-42?? En Dick had voor een kleine sensatie kunnen zorgen als zijn oog was gevallen op: (24-29!!), 33×24 (18-22!!), 27×20 (21-26), 24×13 (26×48), 28×19 (48×41).
Helaas, het oog viel niet. Zwart speelde (14-20) en speelde alsnog knap remise.
Dick den Ouden – André van der Kwartel
Alweer een stevige misser van mij. Ik speelde hier (12-17×7??), maar na (14-20×10) zou de stand pardoes uit geweest zijn. Op 27-22 volgt (16×27), 22×31 (23-28) en op 38-32 volgt toch wel verrassend (18-22!). Ik won de partij overigens wel.
EINDSPELEN
André van der Kwartel – Gé Berbee
Onder enige druk van de klok had ik hier berekend: 11-6 (24-29), 6-1 (29-33), 18-13 (14-19!), 13×24 (33-38) en remise. Daarom probeerde ik 11-7, maar dat loopt ook snel remise.
Het is niet bij mij opgekomen om de zetten om te wisselen: 11-6 (24-29), 18-13!! (39-33), 13-8!! (3×12), 6-1 en wit wint.
Cees de Leeuw – André van der Kwartel
39-33. Na een taaie partij dacht ik dat ik nu alsnog de winst kon binnenhalen: (18-23), 28-22 (23-28), 22-17 (28×48), 17-11 (48-39), 11×2 (3-8) en zwart won. Thuis verdween mijn tevredenheid als sneeuw voor de zon. KR geeft na 39-33 aan dat de stand nog steeds remise zou zijn. Na (18-23) speelt KR 43-39 (23×21), 26×17 (7-12), 17×8 (3×12). KR geeft nu aan dat het na 39-34 remise is. Daar zit je dan met je schijf voorsprong.
Peter van den Berg – Gé Berbee
Wit aan zet. Volgens KR is de stand remise. Het partijverloop was: 39-33 (25-30), 34×25 (35-40), 33-28 (40-44), 28-22 (44-49), 38-33 (49-44), 33-28 (16-21) en wit gaf op.
KR adviseert in de diagramstand: 38-32.
Dezelfde reactie van zwart als in de partij wint zeker niet. Bijvoorbeeld: (25-30), 34×25 (35-40), 25-20 (40-45), 20-14, Zwart kan nu geen damhalen wegens 14-9. Dat kan wit er lang genoeg in houden. Maar ook andere pogingen falen. Een tweede voorbeeld: (16-21), 32-28 (21-27), 28-23 (25-30), 34×25 (35-40), 23-19 (40-45), 19-13, enz.
Dick den Ouden – Gé Berbee
Zwart aan zet is in grote moeilijkheden. De enige weg naar remise (KR) is het schijfoffer (30-34×24). Zwart speelde echter (7-11?) en wit maakte nu de fout om zijn prachtige stand met 23-18? Om zeep te helpen. Er volgde: (24-29), 18×9 (8-13), 9×18 (29-34) en de partij liep remise.
Na (7-11) had wit echter moeten spelen: 26-21! De stand is volgens KR nu bij goed spel gewonnen voor wit. Bijvoorbeeld: (8-12), 23-18 (12×23), 21-16. Er komen allerlei kleine combinaties in de stand als zwart probeert door te breken.
Evert Dollekamp – Jack van der Plas
Partijverloop: (14-19), 39-33 (19-23), 33×24 (20×29) en remise overeengekomen.
Niets opvallends totdat de partij aan Kingsrow wordt voorgelegd. KR verklaart de partij na (14-19) verloren voor zwart. Wit kan daarna namelijk winnen door: 26-21×21!
Ik heb natuurlijk enkele varianten aan KR voorgelegd en de conclusie is al gauw duidelijk:
A) (2-7), 21-17 (19-24), 39-34 (29-33×33), 44-39 W+
B) (2-7), 21-17 (19-23), 39-34 (20-24), 44-39 (25-30), 34×25 (23-28), 39-33 (28×39), 40-34 W+
C) KR begint dan ook na 26-21×21 met (2-8). Dat geeft langer tegenspel, maar gaat ook verloren voor zwart.
Zwart had in de diagramstand (20-24) moeten spelen. 26-21×21 wordt dan beantwoord met (25-30), waarna zwart alles onder controle heeft.
Hein van Winkel – André van der Kwartel
Zwart dreigt met (24-29) en (23-28) en dat ziet er toch wel kansrijk uit. KR adviseert: 35-30 (24×35), 37-31 (14-19), 31-26 (23-28) met remise. Het partijverloop was: 27-22!? (13-19), 33-28 (1-7??). Hiermee geef ik al mijn voordeel weg. Ik had eerst de zetten (21-26) en (16-21) moeten meenemen. Bijvoorbeeld deze variant van KR: (21-26), 50-45 (14-20), 40-34 (16-21), 40-34 (24-29), enz. Het verdere spelverloop was: 50-44 (14-20), 44-39 (20-25), 39-34. Nu is (7-11) voldoende voor de remise, maar ik speelde (24-29??) en werd verrast door: 22-18! (29×40), 35×44 (23×12), 28-23 (19×28), 32×23. Totaal overdonderd bood ik remise aan, maar dit werd na enig beraad omgezet in opgave.
Hans Tangelder – André van der Kwartel
Wit staat met een schijf meer natuurlijk huizenhoog gewonnen, maar ik ‘zag’ nog iets: (10-14), 34-29?? (17-21!!), 29×20 (8-13), 16×27 (13×31) 41-36A (31-37), 36-31 (37×26), 23-18 (14-19) en de partij liep remise. A): Wit had nog steeds kansrijk spel kunnen verkrijgen door hier direct 23-18 te spelen. De in de partijvariant gezonde zet (14-19) is dan verliezend voor zwart.
Steven den Hollander – Arjen de Mooij
In deze stand gaf de zwartspeler op. Dat prikkelt tot nader onderzoek, want KR waardeert de witte stand slechts op 0.36. Het roept de vraag op of zwart zich nog kan verdedigen. KR komt met de volgende “hoofdvariant”: (17-21!), 26×6 (37-41), 9-14 (41-46), 14-5 (12-17), 40-34 (8-13) en na de uitwisseling 47-41 (13-19) blijft er een vier-om-vier over.