Archive for Hans Tangelder

Scheveningse puntendeling voor LDG2

Wim Zwinkels

Na twee overwinningen was de derde wedstrijd Scheveningen uit. De reis naar de Scheveningse speelzaal verliep voorspoedig. De boeren hadden de hofstad op hun trekkers reeds massaal verlaten zodat we onze teamgenoten niet hoefden te waarschuwen met het bericht: “Wij staan achter de boeren. Op de A4.”

Het tweede team van onze tegenstander wordt ‘bemand’ door vier kwieke dames die ons hartelijk verwelkomden. Omdat er toch genoeg tijd was toonde een sympathieke Scheveningse heer met pet nog wat fraaie damstudies aan ons, ondertussen in een bijzin vermeldend dat hij de wereldkampioen op remise had weten te houden. Daar konden wij overheen met de mededeling dat wij in ons team twee spelers hadden die de wereldkampioen op remise hadden weten te houden, al was dat in die andere denksport en betrof het alle drie simultaanpartijen. Robert, die aanvankelijk als toeschouwer zou komen, bleek ook op tijd zodat besloten werd hem aan bord 3 te posteren en Eelco tot non-playing captain te bombarderen.

De wedstrijd leek goed te starten voor ons met prima speelbare stellingen en Robert kwam zelfs een schijfje voor. Wel stond iedereen in bedenktijd flink achter op de vlot spelende dames.

SchFoto

Rond 22 uur zag ik uit mijn ooghoeken de dames van de borden 2 tot en met 4 met uitstekende hand zich naar bord 1 begeven. Ik vreesde het ergste voor de onzen maar het blijkt in de damsport zeer gebruikelijk om tegenstanders te feliciteren met een overwinning.

Quirinius had dus gewonnen. Na analyse achteraf bleek dat hij wederom in een soort Haarlemmer was getrapt, onopgemerkt door zijn tegenstandster. Die aanmoedigingsprijs bij de zomercompetitie voor twee keer in de Haarlemmer lopen was dus volstrekt zinloos geweest!

Sch_D1

35-30 gevolgd door 29-24 door beiden gemist.

Daarna blunderde de tegenstander opzichtig een schijf:

Sch_D2

42-37?? (18-23)

Nadat er met een mooi hielslagje nog een schijf buit was gemaakt, tikte Q. het geconcentreerd uit. Ook met twee schijven meer blijft het opletten:

Sch_D3

Het woord is aan de maestro zelf: “Ik dacht hier eerst met (21-26) te winnen omdat wit moet zetten en dus geen meerslag vanaf 33 overhoudt. Maar wit wint met 45-40!! (26×28) 33×2 (35×33) 27-21 (16×27) 2×26!

Helaas werd de stand daarna weer gelijkgetrokken door de Scheveningers. Roberts tegenstander Hanny de Vaal kreeg via een hekstelling positionele compensatie:

Sch_D4

Na de blunder (20-25??) volgde 33-28 (22×33) 27-21 met doorbraak naar dam, waarna er weinig eer meer te behalen viel. De dam werd nog wel gevangen maar ten koste van veel schijven. Dam plus 4 schijven tegen zwarte dam was tenslotte kansloos.

In mijn partij nam de bij LDG bekende Nel Lindhout een brutale voorpost, waar ik dacht van te kunnen gaan profiteren. Dat kon al sneller dan ik voor mogelijk hield:

Sch_D5

Ik dacht dat 37-32 neer zou komen op ruil na (7-12) 32×21 (11-16) maar had even verder moeten rekenen om te zien dat 34-30 dan schijfwinst oplevert.

De voorpost werd opgelost door ruil en de partij leek gelijk op te gaan. Achteraf bleek de computer nog op tilt te slaan in de volgende stelling:

Sch_D6

Ik speelde het logische 38-32 maar de schijven kunnen de doos in na (22-28) 32×23 20-25!! In de partij speelde zwart (22-27) waarna de druk op de witte stelling ook resulteert in schijfverlies. 34-30 was de aangewezen zet.

De computer gaf nogmaals een combinatie aan die zelfs in de analyse met Steven en Casper op donderdagavond gemist is. Ik geef hem hier als opgave na 34-30, dat na vele malen een goede zet hier helemaal foute boel is. Ik ben benieuwd wie hem ziet!

Sch_D7

In de onderstaande stelling koos ik voor nog een schijfoffer 22-17 om naar dam te lopen (door Steven reeds per app aangegeven als de beste praktische kans), maar de computer geeft toch weglopen met 29-23 als beste, al zal dat bij goed spel ook wel winnen voor zwart.

Sch_D8

Nel tikte het eindspel bijzonder gedecideerd uit. 4-2 achter maar gelukkig was onze rots in de branding Eric nog bezig een gewonnen stelling uit te tikken. Dat had anders kunnen zijn als Gerda van der Meijden in de onderstaande stelling na 40-34 (15-20!!) had gespeeld 25×5 (21-26) 5×23 (18×49) met een zwart in plaats van een witte dam.

Sch_D11

De beslissing viel in onderstaande stelling:

Na (8-13) 34-29!

Sch_D10

Helaas dus een lichte domper na 4-4. Maar goed gespeeld van de dames en slim om hun sterkste spelers aan 3 en 4 te plaatsen. Het sterke Rijnsburg maakte geen fouten en staat nu een matchpunt los.

Zestal speelt gelijk

André van der Kwartel

In de derde ronde van de provinciale competitie heeft het zestal van LDG gelijkgespeeld tegen het tweede team van Damlust Gouda.

Het was een ongewoon gezicht op de clubavond van LDG: de speelzaal was te klein om alle dammers te bevatten. Het zestal en het viertal speelden tegelijkertijd hun competitiewedstrijd en bovendien waren nog zeven van de overige leden van LDG gekomen om voor de onderlinge competitie wedstrijden te spelen. Het leverde de prettige sfeer op van een druk bezochte clubavond. (Het verslag van de wedstrijd van het viertal vindt u elders op deze website.)

De score voor het zestal werd geopend met een remise van Casper Remeijer, waarvan geen opzienbarende fragmenten getoond kunnen worden. Ik mocht zelf het tweede punt binnen brengen in een partij waarin de computer ook geen bijzondere momenten aangeeft.

Hans Kreder scoorde de derde remise, maar dat had ook best een overwinning mogen zijn. Ik begin met een fragment uit zijn partij, waarover ik mij afvroeg of Hans niet een kansrijker voortzetting had gemist.

Zestal_Damlust2_1

Bouke Bruinsma – Hans Kreder

Stand na de 38e zet van wit.

Hans speelde hier (9-13) en de computer geeft daar geen commentaar op. Maar bij het oppervlakkig naspelen van deze partij vroeg ik mij twee alternatieven af die ik een paar zetten door de computer heb laten uitspelen (met 1 minuut rekentijd per zet voor beide partijen):

A) (7-11) [Met de bedoeling om 37-32 te kunnen beantwoorden met (11-16). De volgende variant rolt uit de computer:] 39-34 (12-18), 34-29 (11-16), 29×20 (15×24), 43-39 (9-13), 39-34 (18-23) en zwart staat aanzienlijk beter.

B) In de diagramstand is ook een gewaagde directe actie mogelijk: (14-20), 25×23 (27-31), 30×19 (31×42). Op deze actie komt de computer met de volgende variant: 38-32 (42-48), [Wit kan de dam nu vangen met 47-42, maar dan loopt schijf 26 door.] 33-28 (7-11), 28-22 (48-31), 32-27 (31-36), 35-30 [Maakt (11-17) zinloos en op (12-17) volgt 23-18 en 19-13] (11-16), 47-41 (36×47), 30-24 (47×20), 19-14 (20-24), 22-18 (9×20), 18×7 (24-13) en er blijft een macro-eindspel over, waarin zwart toch wel de beste kansen lijkt te hebben met zijn schijven keurig aan de rand en veel witte schijven kwetsbaar midden op het bord.

Zo maar gratis en voor niets enkele bespiegelingen over deze diagramstand. Voor wat het waard is, maar vooral “ter leringhe ende vermaeck”.

Vanuit de diagramstand was het partijverloop als volgt: (9-13), 37-32 (13-18), 32×21 (26×37), 39-34 (17-21), 47-42!? (3-9!?). Met deze zet geeft zwart veel van zijn voordeel weg. Wit speelt namelijk 38-32 en 43-38, waarna de stand weer vrijwel in evenwicht is. In plaats van (3-9) had zwart moeten spelen: (21-27). De computer komt dan met de volgende variant: 33-29 (24×33), 38×29 (3-8), 29-24 (8-13), 43-38 (27-31), enz. De computer waardeert de zwarte stand alsof deze een schijf vóór staat.

In deze partij is dus waarschijnlijk de winst gemist. De partij van Steven den Hollander begon met een complexe opening, waarin de partijen met een bord vol schijven vast leken te lopen. Na de noodzakelijke grote afwikkeling bleef een stand over waarin Steven enig nadeel had, maar met een degelijke verdediging werden de remisegrenzen nergens overtreden.

Pas na deze vier remises viel de eerste beslissing, helaas in het nadeel van LDG. Hans Tangelder had lang stand gehouden tegen de sterkste speler van Damlust 2 en overzag op de 60e zet een remisewending.

Zestal_Damlust2_2

Hans Tangelder – Jochem Zweerink

Stand na de 59e zet van zwart.

Wit speelde 38-32, waarna zwart de partij uitmaakte met (21-27), 32×21 (35-40), 34×45 (47-38), 25×34 (38×2). Wit gaf op.

In de diagramstand had wit remise kunnen maken door 34-29! En nu bijvoorbeeld: (47×24), 25×34 (24-2), 7-1 (14-20), 1-29 (20-25), 29-42. De zwarte dam kan de witte schijven niet aanvallen wegens 42-26 en zwart doet niets tegen de dreiging 42-48 gevolgd door 34-30, waarna een drie-om-één op het bord verschijnt.

Koos van Amerongen zorgde met een overwinning voor de eindstand 6-6. Twee aardige momenten uit zijn partij.

Zestal_Damlust2_3

Kariem Droog – Koos van Amerongen

Stand na de 25e zet van wit.

De computer signaleert hier een damzet voor zwart, die echter niet door zwart is genomen. Nu zijn computers niet zo geweldig slim en is Koos dat natuurlijk wel, dus in plaats van aan te nemen dat hier sprake is van een gemiste kans, gaan we wat dieper kijken. Eerst de damzet: (14-20!?), 25×32 (13-18), 30×19 (22-28), 32×23 (18×49). Tot zover kunnen veel dammers nog wel doorrekenen en dan zien we in gedachten een dam op veld 49 staan en een witte voorpost die ogenschijnlijk gemakkelijk kan worden opgepeuzeld. Maar toch is de dam niet goed. Wit speelt namelijk 45-40 en zet de dam daarmee vast. En dan blijkt het winnen van die voorpost ook al niet goed te zijn. Op bijvoorbeeld (9-13) volgt 31-27 (13×24), 38-32 en zwart is zijn dam kwijt en staat een schijf achter. Kortom: met deze dam haal je je allerlei ellende op je hals.

Het tweede fragment laat zien hoe zwart met een verrassend offer een gewonnen stelling op het bord brengt.

Zestal_Damlust2_4

Kariem Droog – Koos van Amerongen

Stand na de 51e zet van wit.

Spelverloop: (15-20), 34-30? [Veel meer verdediging geeft 42-37×47] (20-25), 30-24 (32-38!!), 42×33 (14-19!) [Een fraai (schijn)offer, gevolgd door zetdwang!] 24-20 (25×14), 29-24 (19×30), 35×24 (27-32), 33-29 (22-27) en zwart won overtuigend.

Eén opmerking kan nog bij dit fragment worden geplaatst: De computer geeft aan dat hetzelfde offer hier al erg sterk is: (32-38), 42×33 (27-32), gevolgd door (22-27) ziet er inderdaad goed uit.

Tiental begint stroef aan de competitie

André van der Kwartel

Het tiental van het Leids Damgenootschap is de landelijke competitie begonnen met een ruime nederlaag tegen De Waarddammers. Het verlies was op zichzelf niet verrassend. De Waarddammers behoort naar verwachting tot de kampioenskandidaten. Tegelijkertijd is het Leids Damgenootschap ten opzichte van het vorige seizoen verzwakt door het wegvallen van Evert Bronstring en Evert Dollekamp. Maar dan nog viel de nederlaag van 5-15 teleurstellend hoog uit.

De wedstrijd begon veelbelovend voor LDG. Edwin van Hofwegen profiteerde van een blunder van zijn tegenstander.

Waard1

Pieter Trapman Sr. – Edwin van Hofwegen

Stand na de 27e zet van zwart.

37-32?? Zwart liet zich dit cadeautje niet ontgaan: (24-30), 35×24 (13-19), 24×22 (17×48). Wit hield het daarna wel voor gezien.

De Waarddammers bracht de stand al snel op gelijke hoogte. Peter van den Berg overzag een iets dieper, maar toch ook niet al te moeilijk slagzetje.

Waard2

Peter van den Berg – Peter de Hek

Stand na de 35e zet van zwart.

Wit staat lastig, maar had zich nog kunnen verdedigen met 38-33. Na (25-30), 34×25 (23×43), 49×38 (18-23) zal hij het wel zwaar krijgen, maar het is altijd nog beter dan de zet die in de partij werd gespeeld: 49-43?? (18-22), 29×27 (7-11), 16×18 (13×44). Na nog enkele symbolische zetten gaf wit op.

De Waarddammers kwam op voorsprong door de nederlaag van Maurits Meijer. Hij had in zijn partij al langere tijd onder druk gestaan en overzag op de 39e zet een verrassende finesse.

Waard3

Maurits Meijer – Theo de Swart

Wit aan zet.

Wit staat onder druk, maar met 37-32 heeft hij nog verdediging. Maurits speelde echter 39-34? (13-18!). Er dreigt nu(24-29) en (27-31). Deze dreiging wordt niet weggenomen als wit 34-29 speelt. Wit speelde dus het voor de hand liggende 37-32 en werd ongetwijfeld verrast door: (26-31), 32×21 (23-28), 36×27 (28×48). Maurits pakte de dam nog af met 34-30 (48×25), 40-34, maar verloor snel.

De Waarddammers liep al snel verder uit. Hein van Winkel verloor door een blunder in het eindspel.

Waard4

Henk Houweling – Hein van Winkel

Stand na de 50e zet van wit.

Zwart kan hier direct remise maken met (44-49). Maar hij speelde (44-50??), 20-14 (50×6) en liet zich 27-22 (6×46), 10-5 (46×10), 5×1 niet meer bewijzen.

Vervolgens verloor Joop Burgerhout na een goede partij tegen Wim Kalis. Geen schande. Tot aan de 51e zet hield Joop nog goed stand, maar toen sloeg de aanval van zijn tegenstander door. En dat was misschien niet nodig geweest.

Waard5

Joop Burgerhout – Wim Kalis

Stand na de 50e zet van zwart.

Spelverloop: 27-21A (29-34), 21-16B (33-39), 43-38 (39-44). Hierna ging de partij snel verloren voor wit. Bij A en B had wit zich wat taaier kunnen verdedigen:

B) De computer suggereert 35-30 en nu bijvoorbeeld: (34-30), 30-24 (40-44), 37-31 (44-49), 24-20 (49×36), enz.

A) Hier had wit beter direct kunnen doorbreken met 27-22 (18×27), 17-12 en nu bijvoorbeeld: (27-32), 12-7 (32×41), 7-1

Hans Kreder behaalde het derde punt voor LDG met een remise waarin zich geen bijzondere momenten voordeden. Dat geldt niet voor de tweede remise van de wedstrijd die op naam kwam van Arjan Varkevisser.

Waard6

André de Raad – Arjan Varkevisser

Stand na de 42e zet van wit.

Een gelijkwaardige stand in het klassieke spelgenre. Zwart kan de stand gelijk houden met (12-17), maar hij speelde (11-16?), 30-25 (6-11?) Een tweede fout. Ook hier had (12-17) nog meer verdediging gegeven. 35-30?? Maar wit ziet het ook niet erg scherp. Winst was geweest: 25-20 (24×15), 35-30 [Dreigt 30-24 en op (11-17) volgt 30-24 gevolgd door 27-21. Zwart heeft dus niet beter dan:] (23-29), 33×24 (11-17), 37-31 (26×37), 32×41 en wit zal gaan winnen. Na het foutieve 35-30 van wit volgde: (24×35), 25-20 (23-29×30) en de partij liep remise.

Harry Dekker behaalde met een gelijkwaardige remise het vijfde en laatste punt voor LDG binnen. De twee overgebleven partijen gingen verloren voor LDG. Eerst verloor Hans Tangelder. Hij had in zijn partij al langdurig onder druk gestaan en uiteindelijk resulteerde dat in een verloren vier-om-twee eindspel.

Ik mocht zelf de wedstrijd afsluiten. Helaas ook met een nederlaag. In mijn partij zijn twee opvallende momenten aan te wijzen.

Waard7

Peter Hartog – André van der Kwartel

Stand na de 35e zet van wit.

Een leerzaam moment: De benodigde zetcontrole moet niet alleen gaan over de vraag of de tegenstander na jouw zet een ‘zetje’ heeft, maar ook of jijzelf nog wel een goede zet over hebt. En daar ging het bij mij nu fout. Verstandig is hier (17-21×21), waarna de stand nog steeds gelijkwaardig is. 33-28 levert wit immers niets op, omdat zwart na 28×19 (15-20) speelt. In de partij speelde ik: (17-22??), 41-36 (22×31), 36×27. En hier realiseerde ik mij pas dat wit na (12-17) beschikt over 34-30 en 27-21. Een hele schrik, maar er is helaas geen alternatief voor (12-17). Wit nam deze drie-om-drie inderdaad en ik kon mij op een zware verdediging voorbereiden.

Het verrassende in dit fragment is overigens dat wit die drie-om-drie helemaal niet moet nemen. Veel sterker is 24-20×20. Omdat wit dan dreigt om met 34-29 en 27-21 een schijf te winnen kan zwart de schijf op 20 niet wegruilen en uiteindelijk zal dat resulteren in een winnende doorbraak voor wit. Bijvoorbeeld: (8-12), 20-15 (9-14), 34-30 (13-19), 30-25 enz.

Nadat ik op de 50e zet al een duidelijke remise had gemist, overzag ik op 61e zet mijn laatste remisekans.

Waard8correctie

Peter Hartog – André van der Kwartel

Zwart kan hier nog remise forceren met (22-28), 23×32 (47-41), 32-27 (41-36), 27-21 (36-9). Er dreigt (9-3) met remise. Op 8-3 maakt zwart remise met (9-18), 3×25 (18×45). Op 7-11 volgt toch 9-3! En dank zij de losse schijf op 40 is het dan remise. In de korte tijd die ik nog per zet beschikbaar had, heb ik dit detail in mijn berekeningen helaas gemist.

LDG 2 wint ook tweede wedstrijd!

Eelco Kuipers

De tweede wedstrijd van het seizoen bracht ons tegen DOS Delft 2. De eerste thuiswedstrijd voor ons dus toch weer een spannend moment. Ten opzichte van de eerste wedstrijd speelde Robert in plaats van Daan.

Ook het eerste speelde thuis en met daarnaast nog een aantal potjes voor de interne was het gezellig druk.

Robert maakte dus zijn debuut en mocht gelijk aan bord 1 zijn kunsten etaleren. Wat de anderen de eerste wedstrijd al hadden ondergaan was natuurlijk het noteren! Gelukkig hebben we de partij van Robert kunnen reconstrueren voor de archieven. Degelijke partij van Robert op 1 blunder na die direct beslissend bleek te zijn. Zijn tegenstander voerde keurig een diepe combinatie uit waarmee we op een 0-2 achterstand kwamen.

Eelco aan bord 4 speelde zijn schijven allemaal het centrum in terwijl zijn tegenstander juist voor de randen koos. Heel goed Eelco een soort Mozes die de Rode Zee spleet hoorde ik na afloop! Zelf ervaar ik dat centrum toch vooral ook als een soort Europa bij Risk, niet te behouden. De zwarte stelling was steeds iets beter maar echte vorderingen maken lukte niet. Net op het moment dat de partij in remise leek te gaan eindigen gebeurde het volgende:

Viertal_D1

Stand na 53…19-24 van zwart

Ik dacht hier wit zal 54. 32-27 doen waarna zwart met 54…24-29 wel remise zal maken.

Wit speelde echter 54. 31-26 ? om met een schijfoffer naar dam te lopen. Er volgde 54…24-29 55. 26-21 17×26 56. 16-11 22-27 57. 32×21 26×6 en zwart won.

Na afloop is er nog een tijdje gekeken voor wit om met 56. 32-27 een tweede schijf te offeren maar dit lijkt toch ook te winnen voor zwart bij handig spel.

Tussenstand 2-2 daarmee en volop spanning. Op de borden 2 en 3 was er nog weinig over te zeggen (in elk geval voor ons):

vierTal_Foto1

Even later leken we toch de beste kansen te hebben toen het als volgt stond:

vierTal_Foto2

Maar ja schakers die om moeten gaan met dam?!?

Bij Quirinius op bord leek de winst te worden vergooid totdat duidelijk werd dat er middels een briljante combinatie de 2 punten toch nog veilig konden werden gesteld:

Viertal_D2

Stand na 54…33-39 van zwart

Het probleem voor wit is dat na 55. 25-20 39×48 56. 31-26 48×31 er een meerslag is waardoor het remise is. Quirinius vindt de oplossing voor dit probleem:

55. 25-20 39×48 56. 35-30 ! 34×14 57. 31-26 48×31 en nu zit de meerslag er niet meer in en won wit met 58. 26×05

Een 4-2 voorsprong dus met Eric aan bord 2 te gaan. Beide partijen hebben hier kansen onbenut gelaten:

Viertal_D3

Stand na 32. 43-38

Zwart had hier een schijf kunnen winnen met 32…24-30.

Vervolgens was het de beurt aan wit die had kunnen winnen in de volgende stand:

Viertal_D4

Stand na 57…22-27

Wit had hier als volgt kunnen winnen: 58. 24-19 14×34 59. 25-20 15×24 60. 35×25 27-32 61. 25-20 32-37 62. 20-14 36-41 63. 47×36 37-42 64. 14-37 42×31 65. 36×27

Je moet het allemaal maar even zien!

Op de toernooibase staat een uitgebreide analyse van deze partij: https://toernooibase.kndb.nl/opvraag/applet.php?kl=16&Id=8435&r=2&jr=20&wed=1200243

Dat de partij uiteindelijk in remise eindigde is daarmee misschien wel terecht. Voor ons betekende dit in elk geval de 2e overwinning van het seizoen!

Na afloop heeft Steven met ons nog even de partijen doorgenomen, waarvoor dank!

De uitslagen nog even op een rijtje:

Viertal_Uitslag

Provinciale successen

André van der Kwartel

De twee teams van LDG die uitkomen in de provinciale competitie hebben in de afgelopen ronde goed gescoord. Het viertal – dat bestaat uit vier schakers die sinds kort ook de damsport beoefenen – won zijn eerste wedstrijd in de derde klasse met 6-2 van een jeugdteam van Reeuwijk. Het zestal, dat uitkomt in de provinciale hoofdklasse won zijn tweede wedstrijd met 3-6 van De Hofstad Dammers uit Den Haag.

Het viertal

De drie winstpartijen waren het resultaat van grove blunders van de zijde van de Reeuwijkers die met zetjes van één zet diep door de Leidenaren werden afgestraft. Daar valt voor een analyticus weinig plezier aan te beleven. De enige verliespartij van LDG geeft echter wel aanleiding tot wat nadere beschouwing.

VierTalEen

Maaike de Bruin – Quirinius van Dorp

Stand na de 31e zet van wit.

Tot op dit moment is er nog niets bijzonders gebeurd en de stand is dan ook in evenwicht.

(3-9??), 27-21! (26×17), 28-22 (17×28), 34-29!??A (23×45), 32×1. Goed gezien, maar deze afwikkeling had niet meer dan remise moeten opleveren. Spelverloop: (45-50), 37-31 (24-30?B), 31-27 (11-16??C), en na 38-33 kon zwart opgeven.

B) Hier had zwart zich nog kunnen verdedigen met (50-45). Zwart dreigt nu met (24-29) de witte dam te vangen. Wit wil dat voorkomen. Een mogelijk spelverloop is: 31-27 (11-17), 38-33 (24-29), 33×24 (17-21), 27×16 (13-18), 1×23 (45×1). Zwart dreigt nu met (6-11). Wit kan nog spelen 16-11 (6×17), 24-19 (1-18), 19-14 (18-4) en zwart zal dit remise kunnen houden.

C) Dit is de definitieve fout van zwart, maar hij had hier nog remise kunnen maken door (50-28) en nu bijvoorbeeld: 43-39 (28×44), 38-33 (44×31), 36×27 (30-35), 42-38 [Let op dat wit niet 1-45 mag spelen wegens (13-18) en (6-11)] (2-7), 1×9 (35-40) en dank zij de schijven 6 en 11 kan wit de zwarte schijf niet afstoppen.

A) Zoals aangegeven had de combinatie met deze zet niet méér moeten opleveren dan remise, maar wit had hier de combinatie ook een winnende wending kunnen geven: 34-30! (24×44), 43-39 (44×33), 38×18 (13×22), 32×1 en zwart kan de schijfjes in de doos doen.

Het zestal

In de wedstrijd tegen De Hofstad Dammers werd het eerste punt gescoord door Harry Dekker na een partij waarin het evenwicht geen enkele keer werd verbroken.

Het tweede punt werd binnengebracht door Koos van Amerongen, maar dat hadden er ook wel twee mogen zijn. Op meerdere momenten in de partij liet Koos groot voordeel weglopen, maar het meest duidelijke moment deed zich voor op de 52e zet:

ZesTalEen

Hans Jacobsen – Koos van Amerongen

Stand na de 52e zet van wit.

(8-12?), 33-28 (24-29). Dit lijkt overtuigend, maar na 38-33 (29×38), 32×43 (23×21), 30-24×24 liep de partij snel remise.

In de diagramstand kan zwart gemakkelijk winnen door: (17-22), 27-21 (8-12), 21-16 (12-17), enz.

Na deze twee remise volgden drie overwinningen voor LDG. De eerste kwam op naam van Edwin van Hofwegen. Na een wederzijdse doorbraak naar dam, waarbij Edwin wat meer schijven overhield dan zijn tegenstander werd de winst – ondanks een kleine slordigheid onderweg – binnengehaald. Hieronder een aardig tactisch moment uit deze partij.

Frans Teijn – Edwin van Hofwegen

ZesTalTwee

Stand na de 35e zet van wit.

Zwart speelde hier (24-30!?) waarna volgde 38-33 (9-14), 39-34 enz. en wit was weer even onder de zwarte druk vandaan. Zwart had die druk kunnen handhaven door (24-29!). Wit heeft niet beter dan 39-33, want op 28-22 volgt (29-33) en hoe wit ook slaat, altijd volgt (16-21). Na 39-33 volgt (29-34) en na een zet van wit, bijvoorbeeld 28-22 volgt (23-29×30), waarmee zwart zware druk op de witte korte vleugel houdt.

Hans Kreder bracht de voorsprong op vier punten, ondanks dat hij na een eenvoudige winnende doorbraak geweldig begon te knoeien. De doorbraak is niet zo interessant om te laten zien, het geknoei des te leerzamer.

ZesTalKreder

Hans Kreder – Bonne Douma

Stand na de 37e zet van zwart.

Wit staat totaal gewonnen en hoeft met 35-30! de buit alleen nog maar op te halen. Drie voorbeeldjes:

A) (34-40), 45×34 (20-24), 4-15 (24×35), 34-30

B) (34-39), 38-33 (39×28), 4-15

C) (11-17), 30×39 (7-12), 4-18 (20-24), 18×9 (3×14) en wit staat drie schijven voor.

In de partij speelde wit het onooglijke 48-43?? waarna volgde: (23-28!?), 32×23 (19×28), 35-30?? Woorden schieten te kort: (11-17), 30×39 (17-22), 4×27 (28-32), 37×28 (26×48).Wit staat nog steeds een volle schijf voor, maar heeft zich wel onnodig veel problemen op de hals gehaald. In het partijverloop werd de stand steeds meer gelijkwaardig, maar verloor zwart alsnog door een blunder.

Hans gaf als verklaring voor zijn geknoei de ergernis over het feit dat zijn tegenstander in een totaal verloren positie bleef doorspelen. Ik herken dat, maar er bestaat nu eenmaal geen morele verplichting om op te geven. Sterker nog: iedere dammer (en schaker) kent wel voorbeelden uit zijn of haar eigen praktijk waarin verloren partijen werden gered en soms zelfs nog gewonnen. Dat is voer voor mooie verhalen die soms nog jaren later worden verteld. Het is maar net aan welke kant van het bord je zit.

Ik mocht zelf de stand op 2-8 brengen. Ik was zeer tevreden met mijn partij, maar de computer liet zien dat mijn tegenstander in het eindspel nog had kunnen ontsnappen.

ZesTalVier

Hugo Simons – André van der Kwartel

Stand na de 56e zet van wit.

Zwart heeft een mooie stand op het bord die zichzelf lijkt te spelen, maar toch is nog steeds zorgvuldigheid vereist. Eerst het spelverloop: (22-28), 42-38 (18-22), 36-31A (27×36), 38-32 (26-31B) en wit gaf op.

B) Let op: niet (36-41) wegens 32×23 (41×32) en met 23-18 ontsnapt wit nog.

A) Op dit moment had wit zich nog aanzienlijk beter kunnen verdedigen: 38-33 (13-18) [op (27-32) kan volgen 24-20, 39-34 en 37×17] Maar nu kan wit spelen: 24-19 (14×23), 37-32 (27×29), 30-24 (29×20), 25×14. De winst voor zwart lijkt erg ver weg. In de partij heb ik deze mogelijkheid niet gezien.

De belangrijke vraag is dan: had ik deze mogelijkheid kunnen vermijden. Dat had inderdaad gekund, als ik in de diagramstand was begonnen met (18-23), 39-34 [Op 42-38 volgt (13-18)] (23-28), 42-38 (13-18), 36-31 (27×36), 38-32 (28-33), enz. Ook nu kan een lang eindspel volgen, maar dat ziet er gunstiger uit dan in de partij had kunnen ontstaan.

De wedstrijd werd afgesloten met een remise van Casper Remeijer. Hij deed er alles aan, maar kon het evenwicht niet doorslaggevend verbreken. De ongetwijfeld frustrerende eindstand van deze partij was:

ZesTalVijf

Casper Remeijer – Krijn Toet

In deze stand werd remise overeen gekomen. Wit kan de zwarte schijven niet aanvallen. Op 6-11 of 6-17 volgt bijvoorbeeld (29-45) en (12-17) respectievelijk (7-11). Wit kan zijn dam niet terugtrekken naar bijvoorbeeld veld 50, want dan volgt (7-11) met remise. Als wit met zijn dam naar 1 gaat, speelt zwart (29-45) en wit komt niet verder. Ten slotte kan wit nog spelen: 36-31 maar dan volgt (29-18), 31-26 (18-29) en wit zit met dezelfde problemen.

Analyse Evert Dollekamp van partij met onvoltooide hekstelling, opgesloten dam en Coup Turc

Met enkele aanvullende opmerkingen in blauw van Hans Tangelder

Maurits Meijer – Hans Tangelder 2-0 Onderlinge 12-9-2019

1.32-28 18-23 2.34-29 23×34 3.40×29 20-25 4.37-32 15-20 5.41-37 19-24 6.45-40 13-18 7.40-34 9-13 8.50-45 17-22 9.28×17 11×22 10.31-26 14-19 11.44-40 10-14 12.49-44 6-11 13.46-41 5-10 14.37-31 3-9 15.41-37 11-17 16.47-41 22-28 17.33×11 24×33 18.39×28 25-30 19.35×15 14-20 20.15×24 19×50 21.11-6 50×17 22.31-27 7-11 23.26-21 17×26 24.6×17 12×21 25.38-33 18-23 26.42-38 26×42 27.48×37 10-14 28.27-22 13-19 29.32-28 23×32 30.38×27 21×32 31.37×28 8-12 32.41-37 9-13 33.40-34 19-24 34.34-29 24-30 35.43-39 16-21 36.45-40 12-18 37.37-31 18×27 38.31×22 30-35 39.29-23 35×44 40.39×50 13-19 41.33-29 2-7 42.50-44 7-11 43.36-31 21-26 44.31-27 11-16 45.22-17 16-21 46.27×16 26-31 47.17-12 31-37 48.16-11 37-41 49.11-7 4-10 50.44-40 10-15 51.7-2 41-47 52.2×24 47-38 53.40-35 38-43 54.12-8 1-7 55.23-18 43-25 56.28-22 14-19 57.24×13 25-3 58.13-19 3×13 59.18×9

3…20-25 Meestal weet je na een paar zetten al met welke kleur Hans speelt.

5…19-24 Een onvoltooide hek is minder slecht dan een hele. Maar ik zou het niet doen.

MauritsHans1

Stand na 7… 9-13

8.50-45 De vrije velden 45 en 40 zijn ideaal voor het Tegenspelen. Gemiste kans.

10.31-26 Juist!

11.44-40 Brengt zichzelf in de moeilijkheden.

11…10-14 Juist! Dwingt een verzwakking af.

13.46-41 De 2-om-2 naar 15 geeft zwart goed spel. Plus dat hij van de hekstelling af is. Ook de 3-om-3 met 33-29 naar 6 geeft zwart goed spel. Plus dat hij van de hekstelling af is.

MauritsHans2

Stand na 13… 5-10

14.37-31 De 3-om-3 met 32-28 naar 6 geeft zwart goed spel. Plus dat hij van de hekstelling af is.

16.47-41 Zwart kan nu uit de hekstelling ruilen. Maar veel beters was er niet.

MauritsHans3

Stand na 16. 47-41

16…22-28 Mooi gezien! Zwart bevrijdt zich uit de hekstelling en krijgt gewonnen spel.

22…7-11 Een typische Tangelder-zet. Met 18-22, x23 heeft zwart de touwtjes in handen.

23.26-21 Juist!

MauritsHans4

Stand na 25. 38-33

26.42-38 Maurits zou dit even kunnen laten staan. Voor het publiek of zo. 36-31 is helaas geen echte optie. Hoewel: tegen Hans weet je het maar nooit.

27…10-14 13-18 houdt de druk op de ketel.

28.27-22 Haalt de druk van de ketel. Een hele goede zet!

29.32-28 Juist!

MauritsHans5

Stand na 31. 37×28

MauritsHans6

Stand na 40…39×50

Wit heeft nu een mooi centrum. Als 36 op 37 zou staan heeft hij mooie kansen. Maar ja, als telt niet.

41…2-7 Liever met 1 naar 11 lopen.

MauritsHans7

Stand na 49.11-7

49…4-10 Hans speelt vaak zetten waar niemand anders over nadenkt. Na 49…41-46 50.44-40 faalt 14-20 vanwege 7-2!

53.40-35 In het eindspel zoveel mogelijk naar de rand

54…1-7 Hans speelt vaak zetten waar niemand anders over nadenkt.

56. 28-22 Speelt op de Coup Turc

57…25-3 Trapt erin

MauritsHans8

Stand na 58.13-19

Zo wil ik ook wel eens winnen. Een mooie zege van Maurits!

Derde prijs voor LDG in zilveren ooievaar toernooi

André van der Kwartel

Op 31 augustus werd de 30e editie verspeeld van het Zilveren Ooievaar Toernooi. In het verleden werd dit toernooi jaarlijks georganiseerd door de damclub Den Haag. Nadat dit toernooi een aantal jaren van de damkalender was verdwenen, besloot de Stichting The Hague Open deze traditie met ingang van 2019 nieuw leven in te blazen.

De opzet van het toernooi is dat er door de deelnemende teams (viertallen) in slechts drie (rapid) ronden een volledige competitie wordt gespeeld. Dit wordt gerealiseerd door te spelen volgens het zogenaamde VOS-systeem. Hierbij spelen in één wedstrijd de leden van één team tegen leden van verschillende andere teams. Dus bijvoorbeeld: de eerste speler van LDG speelt tegen de eerste speler van Den Haag. De tweede speler van Leiden speelt tegen de tweede speler van Dordrecht, enz. Op die manier komen alle teams elkaar in wisselende samenstellingen tegen. Hoewel er een zekere geluksfactor bij komt kijken, is het toch een aardige manier om in een beperkt aantal rondes een competitie te spelen, waarin alle teams elkaar op de een of andere manier tegenkomen.

Aan het toernooi namen zestien teams deel, naar sterkte verdeeld over twee groepen van acht. Het Leids Damgenootschap speelde in de sterkste groep en bereikte daarin de derde plaats achter Den Haag 1 en IJmuiden, maar vóór de teams van respectievelijk Dordrecht, Haarlem 1, Haarlem 2, CEMA/DVZ en Hilversum. Overigens moet hierbij worden vermeld dat het Leidse team door allerlei omstandigheden met slechts drie spelers naar Den Haag was getogen. Gelukkig waren Jan Kok (Den Haag) en Ron Tielrooij (Haarlem) bereid om als invaller de vierde plek op te vullen. Jan Kok speelde een partij remise en wist een partij te winnen en ook Ron Tielrooij leverde een bijdrage aan het Leids succes met een remise.

Een paar technische fragmenten ter verhoging van de feestvreugde:

Zoals verwacht mocht worden behaalde Casper de hoogste score van het team: 5 uit 3. Ook in rapid partijen heeft hij de tijd om de notatie bij te houden. Daarom kan ik uit ieder van zijn drie partijen een fragment laten zien:

GortelCasper

Martijn van Gortel – Casper Remeijer

De witspeler maakt hier een nauwelijks zichtbare fout die onmiddellijk door Casper wordt afgestraft: 33-28? (24-30!), 35×24 (19×39). Wit staat voor een keuze uit twee kwaden. Slaan met schijf 43 verliest een schijf door (26-31), 28×19 (31×22) en de schijf op 19 gaat verloren. In de partij koos wit dan ook voor de andere mogelijkheid: 28×19 (13×24), 43×34 . Maar nu krijgt hij te maken met een onhoudbare aanval op zijn korte vleugel: (24-30!). Wit accepteerde nu schijfverlies door 32-28 te spelen. Als hij wegloopt met 34-29, schuift zwart door met (30-35) en breekt door naar dam.

Ook de tweede ronde leverde een overtuigende winst op voor Casper. Maar toen ik aan de computer vroeg of zijn tegenstander zich niet beter had kunnen verdedigen, kwam daar een verrassend antwoord op.

CasperKnoops

Casper Remeijer – Nico Knoops

Zwart aan zet.

Wit heeft een dreigende aanval op schijf 24 en in de partij komt die er helemaal uit:

(3-9!?), 44-40 (9-14), 43-39 (14-19), 34-30 (7-11), 39-34 (11-17), 49-43 (17-22), 43-38 en de schijfwinst is gerealiseerd.

Toch had zwart zich in de diagramstand beter kunnen verdedigen en wel door: (10-14!).

34-29 wordt nu verrassend weerlegd door (27-32), 29×9 (32×41), 36-31 (3×14), 47×36 (14-20), 25×14 (13-19), 14×23 (18×47). 34-29 voorbereiden met 37-31 gaat niet wegens (24-30!), 35×24 (14-19).

Na (10-14) lijkt de aanval van wit op schijf 24 niet door te slaan. Bijvoorbeeld: 42-38 (5-10), 34-29 (3-9), 29×20 (10-15), enz.

In de derde ronde speelde Casper remise. Hij koos voor een verrassend zetje, maar had beter rustig verder aan zijn stand kunnen bouwen.

BosKasper

Jesse Bos – Casper Remeijer

Casper kon de verleiding niet weerstaan om 34-29 te beantwoorden met (17-22!?), 28×30 (25×45). Dat gaat soms goed, maar in dit geval had zwart te weinig verdediging en wit te degelijke formaties om winnend voordeel te verkrijgen.

Zwart had na 34-29 beter kunnen vervolgen met (12-18). Het ziet er dreigend uit, maar bij goed spel houdt wit remise.

Hans Tangelder (2 uit 3) had zijn partijen ook genoteerd, maar kon er achteraf maar één reconstrueren. Helaas alleen van zijn enige verliespartij. Hieronder het beslissende fragment.

HansDeGroot

Hans Tangelder – Gerard de Groot

Hans speelde hier 39-33 en gaf na (17-22), 27-21 (18-23), 49-44 op.

In de diagramstand had Hans remise kunnen forceren door: 47-41 (36×47), 27-21 (47×50), 21×1 (18-22), 1-45 en de dreiging 25-20 verzekert de remise.

Zelf scoorde ik 4 punten in 3 ronden.

In de eerste ronde behaalde ik een gemakkelijke overwinning:

LangerakAndree

Jaap Langerak – André van der Kwartel

Wit aan zet.

Een eenvoudig zetje dat iedere dammer een keer gezien moet hebben: 48-43?? (24-29), 33×24 (23-29), 24×33 (14-20), 25×23 (18×47) en wit gaf op.

In de tweede ronde had ik het geluk te winnen door tijdsoverschrijding van mijn tegenstander. In de derde ronde maakte ik het mijzelf onnodig moeilijk, waardoor ik in tijdnood een verrassende remise miste:

AndreeRompa

André van der Kwartel – Simon Rompa

Wit aan zet.

In tijdnood meende ik te zien dat wit vast zou lopen en daarom koos ik voor het kansloze 31-27, 28-23, 38-32 en 33×11. Maar dat kon ik enkele zetten later opgeven.

Wat had ik gezien en wat had ik moeten zien?: 39-34 (2-7), 34-29 (7-12), 29-23A (19-24), 31-26 (25-30). Ik dacht dat wit hier kon opgeven, maar had ik maar één zet verder gekeken: 32-27! (21×43), 26-21 (17×26), 28×8 met remise.

A) Hier direct 31-26 verzekert wit ook van de remise.

Open Leids Sneldamkampioenschap

Hierbij nodigt LDG u van harte uit om mee te doen aan het open Leids sneldamkampioenschap volgende week donderdag 5 september 2019.

Wat: open Leids sneldamkampioenschap

Wanneer: 20:00 uur, donderdag 5 september 2019

Waar: Denksportcentrum Leiden, Robijnstraat 4

Speeltempo: 5 min. + 3 s/zet

Toernooivorm: 7 rondes Zwitsers

Kosten: gratis

Aanmelden: vrij inloop, aanmelden niet nodig, gaarne voor 20:00 uur aanwezig zijn

Rotterdams Open 2019

André van der Kwartel

Van 14 tot 20 juli vond in het sportcomplex van de Erasmus Universiteit het jaarlijkse Rotterdams Open damtoernooi plaats. Het toernooi kende 128 deelnemers, waaronder twaalf internationaal grootmeesters. Ook drie Damgenoten deden mee: Steven den Hollander. Hans Tangelder en Hein van Winkel. Hans eindigde op de 26e plaats met 11 uit 9. Steven eindigde ongeslagen op de 38e plaats met eveneens 11 uit 9. Hein kwam op plaats 106 terecht met 7 uit 9.

Het is gebruikelijk bij dit type toernooien dat in de eerste rondes spelers met een hoge rating worden gekoppeld aan spelers met een duidelijk lagere rating. Die geleide loting leidde er dit jaar toe dat Hans Tangelder in de eerste ronde ‘mocht’ aantreden tegen Alexander Georgiev. En Hans had voor een kleine sensatie kunnen zorgen….

GeorgievHans

Alexander Georgiev – Hans Tangelder

Stand na de 32e zet van wit.

In de partij volgde: (13-19??), 32×23 (19×28), 42-38 (31×42), 39-34 (28×39), 34×43 (42×24), 30×10 en Hans kon enkele zetten later opgeven.

In de diagramstand had Hans echter ook een verrassende remise-combinatie uit kunnen halen: (17-21!!), 26×10 (16-21!!), 37×17 (28×48), 17×28 (48×5) en wit heeft dan nog geluk: 30-24 (x), 33-28 (x30), 35×24 met remise. Juist van Hans hadden de meeste van ons Damgenoten verwacht dat hij zo’n slagzet er wel uit had kunnen halen.

Ook Hein van Winkel had in die eerste ronde een opvallend resultaat kunnen boeken, maar in een gelijkwaardige stand tegen Andrew Tjon A Ong beging hij een kleine slordigheid:

AndrewHein

Andrew Tjon A Ong – Hein van Winkel

Stand na de 41e zet van wit.

Na bijvoorbeeld (3-8) is de stand vrijwel in evenwicht. Maar Hein kwam op de onzalige gedachte om (17-21??) te spelen. Nu volgde een eenvoudig, maar toch wat verborgen zetje: 47-42 (36×47), 42-37 (47×33), 39×26 en Hein gaf op.

Zoals hierboven al aangegeven, geniet Hans Tangelder een zekere bekendheid voor het uitvoeren van verrassende slagzetten. Maar hij kan ook winnen met subtiele zetjes.

HansMoens

Hans Tangelder – John Moens

Stand na de 24e zet van wit.

De toeschouwer krijgt de indruk dat zwart de witte dreiging totaal niet ziet: (12-18??), 34-30!! Geen spektakel, maar de stand is wel gelijk uit. Zwart kan niet laten slaan, want op grond van de meerslagregel moet zwart met schijf 14 slaan, waarna wit op dam komt met 25×5. Op (13-19) volgt 28-23 (19×39), 30×19 (14×23), 25×5. Behalve dat wit een dam heeft, gaat ook schijf 39 nog verloren. Zwart speelde nog (18-22) en (4-9) en gaf toen maar op.

Een enkele keer had Hans niet over geluk te klagen. Wat te denken van het onderstaande fragment?

ThomasHans

Thomas Wielaard – Hans Tangelder

Stand na de 12e zet van wit.

Twee sterke dammers die beide een zetje over het hoofd zien. Altijd weer bijzonder: (17-21??), 37-32?? Beide spelers overzien: 31-26! (21×23), 26-21 (16×27), 34-30 (25×34), 40×16 en wit verovert de zwarte schijf op 27.

Later in de partij zou Hans ook nog ontsnappen uit een stand die positioneel helemaal verloren was.

Hans had trouwens in dit toernooi wel vaker geluk. Wat te denken van het volgende fragment:

HansOlga

Hans Tangelder – Olga Balthazy

Stand na de 37e zet van zwart.

46-41? [Misschien geeft 47-41 meer verdediging omdat (23-28) dan direct wordt beantwoord met 37-32.] (7-11!?) [De interessante vraag is of zwart hier een schijf had kunnen winnen. Met behulp van de computer kom ik na (23-28) tot de volgende scherpe spelgang: 39-34 (18-23), 34-30 en nu zijn er twee acties voor zwart mogelijk die beide winnend lijken:

A) (13-19), 24×13 (27-31)

B) (14-20), 24-19 (13×24), 30×19 (23×14), 38-32 (27×38), 43×23 (20-24), 49-44 (14-20), 35-30 (24×35).

Het gaat wat ver om in dit verslag de diagramstand grondig uit te analyseren, maar mijn voorlopige indruk is dat zwart hier de winst heeft gemist.

Steven den Hollander won na een complexe partij van Harry Clasquin. Hieronder de stand na de 31e zet van zwart.

StevenHarry

Steven den Hollander – Harry Clasquin

47-42!? [Sterker lijkt 31-26 omdat daarmee (23-29) niet speelbaar is wegens 28-23.] (4-9?) [Zwart komt nu in het nadeel. Zoals gezegd had zwart zich hier kunnen verdedigen met (23-29). Een enkel voorbeeld: 42-37 (17-21), 44-40 (21-26) en nu wordt 28-23 enz. beantwoord met de plakker (16-21). Ook de afwikkeling na (23-29) moet even bekeken worden: 28-23 (19×26), 30×10 (17-21), 25×14 (21×34), 33×24 (15-20!), 24×15 (34-39), 44×33 (13-19), 14×23 (18×47)] 31-26 (17-21), 26×17 (12×21), 42-37 (8-12), 44-40 (12-17), 39-34 (7-11) [De zwarte stand was al reddeloos verloren, maar nu volgt ook nog eens een winnend offer:] 27-22 (18×27), 34-29 (23×34), 40×29 (13-18), 45-40 [Wit kan al met 28-23 enz. een winnende afwikkeling nemen, maar dan kan zwart met de schijf op 39 nog op dam komen. Waarom al die moeilijkheden toelaten? De winst loopt niet weg.] (9-13), 28-23 (19×39), 30×8 en zwart gaf op.

Tot slot een leerzaam fragment uit een partij van Hein van Winkel

MarianneHein

Marianna Fedorova – Hein van Winkel

Stand na de 39e zet van wit.

De stand is vrijwel gelijkwaardig, maar met zijn volgende – onschuldig ogende – zet komt hij vrijwel verloren te staan. (12-18?) Het is leerzaam om te zien hoe de witspeelster hierop reageert: 43-39 (14-20), 34-30 (20-24), 30-25 De zwarte stand wordt steeds meer ingeklemd. (24-29) [nog wat meer verdediging geeft (23-29)] 40-34 (29×40), 45×34 (21-26) [Wat anders?] 39-33. Zwart staat verloren. Hij probeerde nog: (16-21), 27×16 (18-22), maar met 16-11 (17×6), 28×17 werd deze actie van zwart weerlegd. Enkele zetten later gaf zwart op.

In de diagramstand moet zwart zijn stand flexibel houden met bijvoorbeeld: (14-20), 43-39 (20-24), 39-33 (15-20) en de stand wordt verder vereenvoudigd na ofwel 34-29 en (20-25) ofwel 37-31 (21-26).

Komkommerdam

André van der Kwartel

De periode tussen de reguliere competitie en de persoonlijke kampioenschappen enerzijds en de diverse zomertoernooien anderzijds gebeurt er in Nederland niet zo veel waarbij damgenoten zijn betrokken. Het is dan een beetje komkommertijd. Daarom voor dit moment een bijdrage voor de website bestaande uit een aantal gemengde fragmenten. Eerst wat eigen werk uit de afgelopen interne competitie. Daarna geef ik aandacht aan het toernooi in Salou, waaraan maar liefst vier Damgenoten deelnamen. Mijn volgende bijdrage aan de website zal gaan over de prestaties van de drie Damgenoten die hebben deelgenomen aan het Rotterdams Open 2019. Dat waren: Steven den Hollander, Hans Tangelder en Hein van Winkel.

Uit de onderlinge competitie

Half april speelde ik tegen Evert Bronstring een partij waarin ik hem alle gelegenheid gaf zich in zijn befaamde randspel uit te leven. Hieronder een spannend fragment uit deze partij waarbij de zwarte stand duidelijke kenmerken vertoont van de hand van Evert.

André van der Kwartel – Evert Bronstring

KwartBron

Stand na de 37e zet van zwart.

32-28?? [Dit is zo’n zet die Evert in de handen doet wrijven. Veiliger is 36-31-27. Naar 22-18 en 33-29 heb ik helemaal niet gekeken.] (13-18), 22×13 (3-9), 13-8 (2×13), 23-19 [Merk op dat wit na 40-34 (13-18), 34-29 (9-13) een schijf verliest. Dat is één van de tactische wendingen die Evert in dit systeem al heel wat punten heeft opgeleverd.] (13-18) [Hier mist Evert een verrassende schijfwinst met (30-34!!). Wit moet wel 19×17 slaan en zwart blijft na 34×23 een gezonde schijf voor. Zoals zwart het in de partij speelt, ga ik ook een schijf verliezen, maar daar had ik al iets op gevonden.] 19-14 (9×20), 28-22!! (18×27), 40-34. Wit staat tijdelijk twee schijven achter, maar wint met 37-31 een schijf terug en heeft daarna ruim voldoende compensatie. De partij eindigde in remise.

In een partij tegen Harry Dekker van begin mei kwam de volgende stand voor:

Harry Dekker – André van der Kwartel

DekkKwart

Stand na de 32e zet van wit.

Dank zij een wat al te drieste aanvalspoging van de witspeler sta ik hier al een schijf voor, maar gezien de stand op zwarts lange vleugel lijkt wit enige compensatie te hebben. Ik vluchtte in deze stand met (27-31) de rand in, omdat ik de volgende dreiging zag: 38-33 (27×38), 24-20 (15×24), 29×20 (38×29), 20-15. Ik was er niet blij mee, omdat na (27-31) wit steeds meer compensatie krijgt voor zijn verloren schijf.

Het had zo ver niet hoeven te komen. In de diagramstand kan zwart namelijk (8-13) spelen. De door mij gesignaleerde dreiging wordt nu fraai weerlegd: 38-33 (27×38), 24-20 (15×24), 29×20 (38×29), 20-15 (26-31!), 37×17 (11×22), 15×4 (13-18), 4×13 (18×9). Zwart blijft een schijf voor en de problemen op zijn lange vleugel zijn opgelost.

In mijn laatste wedstrijd van het seizoen 2018-2019 mocht ik aantreden tegen Casper Remeijer. Uiteraard kwam ik zwaar onder druk te staan en ik verloor uiteindelijk kansloos. Dacht ik. De computer gaf echter aan dat ik vlak voor het einde nog een verrassende remise heb gemist.

André van der Kwartel – Casper Remeijer

KwartReme

Stand na de 49e zet van zwart.

Hier koos ik voor het kansloze 34-29 en 37-32, maar de computer ontdekte: 37-32! (27-31), 38-33!!  Zwart doet niets tegen de dreiging 34-29. Drie voorbeelden:

A) (31-36), 34-29 (25×23), 33-28 (19×30), 28×17 =

B) (18-22), 34-29 (25×23), 32-27 (19×30), 27×9 =

C) (18-23), 32-28 (23×32), 34-39 (25×23), 33-28 (19×30), 28×17 =

Ik heb deze vondst aan Casper gemeld en zijn reactie is de moeite waard om hier mee te nemen:

Ik heb die mogelijkheid in de partij niet gezien, hoewel het niet heel ingewikkeld is. Zwart kan na 37-32 27-31 38-33 wel nog 12-17 spelen en dan heb je op 34-29 33-28 nog 7-12, maar dat eindspel is remise.

Moeilijk te zien en eigenlijk een soort van grappig is dat 1-6 i.p.v. 1-7 net voor de diagramstand beter is. Als je in de diagramstand 7 naar 6 verplaatst en 22-27 terugneemt, dan had ik 19-23! kunnen spelen. Mijn computer vindt dat nog steeds veel beter voor zwart, omdat 34-29 23×34 30×39 wordt beantwoord met 25-30. Op weglopen volgt 12-17-21, maar in de partij had 16-11! 7×16* 24-20 kunnen volgen en dat is waarom 1-6 beter was geweest. Om op hoog niveau partijen te winnen, moet je dit soort dingen ruim genoeg van tevoren zien.”

Salou 2019

Eind mei vond in Salou het jaarlijkse internationale damtoernooi plaats. Aan dat toernooi deden vier leden van het Leids Damgenootschap mee: Koos van Amerongen, Steven den Hollander, Jack van der Plas en Arjan Varkevisser. Koos van Amerongen eindigde ongeslagen op een gedeelde achtste plaats. Een mooie prestatie, te meer daar hij onderweg ook nog remise speelde tegen niemand minder dan Alexander Georgiev.

Ik heb niet de hand kunnen leggen op alle partijen van onze Damgenoten, maar ik kan voor deze bijdrage wel drie fragmenten laten zien.

Grigorij Getmanski – Steven den Hollander

GetMHoll

Stand na de 19e zet van zwart.

Wit had hier veilig 33-28 kunnen spelen, want de dam na (11-17), 22×11 (16×7), 27×16 (26-31), 37×26 (18-22), 28×17 (12×21), 26×17 (24-29), 34×23 (19×46) wordt met 38-32 voor gelijk spel afgenomen. De witspeler wacht echter een zet: 47-42?? (18-23!). Zwart dreigt een schijf te winnen en 33-28 is nu verhinderd wegens dezelfde damzet, maar wat meer verdiept: (11-17), 22×11 (16×7), 27×16 (26-31), 37×26 (23-29), 34×23 (7-11), 16×18 (13×44), x (19×46). De witspeler had dit ook gezien en offerde met 25-20 een schijf en verloor later.

In het tweede fragment is te zien hoe Arjan Varkevisser aan een nederlaag ontsnapte.

Arjan Varkevisser – Jose Lino

VarkLino

Stand na de 22e zet van zwart.

46-41? (17-21??) De zwartspeler overziet hier (18-22!). 39-33 is nu verhinderd door (17-21) en (14-20). Op 38-33 volgt: (25-30), 34×25 (14-20), 25×23 (12-18), 23×21 (16×49), 28×17 (49×35).

Ten slotte nog een fragment op naam van Steven den Hollander. De vraag is of hij hier ook aan verlies is ontsnapt.

Steven den Hollander – Fred Roedolph

HollRoed

Stand na de 41e zet van zwart.

Spelverloop: 47-42!? (13-19), 23-18 (20-25), 18-12 (17×8), 42-37 en vanwege de dreiging 28-22 en 37-31 liet zwart de zet 28-23 toe, waarna de partij later remise liep. De oplettende lezer heeft natuurlijk al gezien waarom het tijdelijke offer van wit (18-12) nodig was. Dat roept de vraag op of zwart het na 47-42 wellicht beter had kunnen doen. Dat is inderdaad het geval. In plaats van (13-19) had zwart (20-25) moeten spelen. Na 42-37 volgt nu pas (13-19). Wit zit in grote problemen:

Op 28-22 volgt (17×28), 23×12 (17×8)

Op 23-18 volgt (25-30), (17-22) en (11×43)

Op 37-31×41 volgt (25-30), 34×25 (27-31), 36×27 (21×34), 29×40 (17-22), 28×17 (19×39)

Op 49-43 volgt (17-22), 28×17 (21×12), 32×21 (19×28), 33×22 (16×18).