Hans Tangelder
Ter oplossing de combinaties uit de combinatietest van de Nationale Top Training van 4 april 1992. Volgend weekend worden de oplossingen op deze website gepubliceerd.
Hans Tangelder
Ter oplossing de combinaties uit de combinatietest van de Nationale Top Training van 4 april 1992. Volgend weekend worden de oplossingen op deze website gepubliceerd.
Hans Tangelder
Afgelopen donderdag is de zomercompetite van LDG weer van start gegaan.
Er werd gespeeld in een ruime speelzaal van het goed geventileerde Denksportcentrum Leiden met inachtneming van de coronarichtlijnen van de KNDB. De zomercompetitie vindt plaats elke donderdagavond in juli en augustus. Nieuwe deelnemers zijn van harte welkom.
Na de eerste twee rondes delen Koos van Amerongen en Hans Tangelder de eerste plaats door het behalen van twee overwinningen.
Hieronder volgt een bespreking van de spectaculaire partij tussen Peter van den Berg en Hans Tangelder.
P. v.d Berg – H. Tangelder LDG Zomercompetitie, 10-07-2020
1.32-28 20-24 2.34-30 17-22 3.28×17 12×21 4.31-26 11-17. Een ongebruikelijke zet. In Toernooibase vinden we deze zet alleen in de partij Natalia Sadowska – Stanislaw Urbanek uit het kampioenschap van Polen 2011.
5.37-32 14-20 6.36-31 10-14 7.31-27 20-25 8.41-37 25×34 9.40×20 14×25
Het Van Leeuwensysteem, vernoemd naar de Leidse damgrootheid Jan van Leeuwen, staat nu op het bord. Aan hem is uitgebreid aandacht besteed in het fraaie jubileumboek van LDG “Damsport in Leiden” van André van der Kwartel. Hieruit zijn onderstaande foto en anekdote overgenomen.
Jan van Leeuwen in diep gepeins tegen Baba Sy
Sijbrands citeert in zijn rubriek in de Volkskrant van 8 juli 1995 Van Leeuwen zelf over het ontstaan van deze naamgeving. Wij willen u deze geschiedenis niet onthouden:
“Eigenlijk is het de schuld van Bronstring. Als die niet zo uitgelaten had gereageerd, als die niet de fatale woorden had gesproken, dan…. dan was het nooit zover gekomen. Dan was mijn naam niet gekoppeld aan een systeem dat ik maar twee keer in mijn leven heb gespeeld. (…) Een systeem dat, daar zijn de kenners het over eens, niet eens kan, dat je in staat stelt op de meest afschuwelijke manieren te verliezen; alleen als je tegenstander flink meewerkt, sta je soms, héél soms, zomaar op een raadselachtige manier gewonnen. En dat idiote, waaghalzerige (…) systeem draagt mijn naam! Ik, die op het dambord de degelijkheid, de voorzichtigheid zelve ben. Dank u dames en heren dammers, dank u in het bijzonder heer Bronstring!”
Volgens Van Leeuwen is het naar hem genoemde systeem ontstaan, omdat hij in een partij tegen Wim Huisman, waarin zijn korte vleugel stond opgesloten, noodgedwongen aan de andere kant van het bord de rand in ruilde. Hij gaf niets meer voor zijn stand, maar won de partij wel. Pas thuis ontdekte hij dat deze spelwijze lang niet zo slecht was als hij dacht.
“Langzaam daagde het besef dat een opsluiting gecombineerd met randspel een tegenstander in tempodwang kan brengen. (…) Op de eerstvolgende clubavond liet ik mijn bevindingen aan Bronstring (,,,) zien en ik verkondigde de theorie die ik bij toeval ontdekt had. Bronstring was zichtbaar onder de indruk. ‘Wat niet terug kan, moet naar voren’, sprak hij filosofisch. En later: ‘Dit is een nieuw systeem. Dit is het Van Leeuwen-systeem’.”
Terug naar de partij:
10.44-40 5-10 11.46-41 10-14 12.50-44 15-20 13.40-34 7-11 14.44-40 4-10 15.49-44 10-15 16.41-36 20-24 17.37-31 24-30 18.35×24 19×30
Omdat 40-35 nu verhinderd is, wordt de ontwikkeling van de rechter vleugel van wit ernstig belemmerd.
19.42-37 2-7 20.47-42 14-20 21.33-29 9-14 22.38-33 14-19 23.42-38
23 19-24? Na 24. 40-35 gaat het snel mis voor zwart maar wit ging verder met 24.29-23 18×29 25.34×23 30-35 26.48-42 24-30 27.33-29 7-12.
Wit komt nu in de problemen.
28.39-33 3-9.
Belangrijk is dat hier 33-28 verhinderd is door de meerslagfinesse 17-22.
Peter haalt nu een verrassende slagzet uit met 29.40-34 30×19 30.27-22 17×28 31.32×3.
Echter na 12-17 32.3×12 17×8 33.26×17 11×22 staat zwart een schijf voor. Een tiental zetten later staakte wit de strijd.
De oplossingen van de opgaven van vorige week zijn:
Diagram 1: Hoe wint wit?
1.34-30 25×43 2.48×39 23×43 3.24-19 13×24 4.44-39 43×34 5.40×20 15×24 6.27-22 17×39 7.38-33 39×28 8.32×5
Diagram 2: 25-20! (24-30) hoe wint wit nu?
2.20-14 9×20 3.28-22 17×37 4.33-28 23×21 5.26×8 13×2 6.38-32 37×28 7.39-33 28×39 8.43×1
Diagram 3: Wit wint.
1.37-31 26×37 2.48-42 37×39 3.27-22 18×27 4.32×21 23×43 5.47-42 17×26 6.42-37 39×28 7.44-39 43×34 8.40×7 2×11 9.37-31 26×37 10.41×5
Diagram 4: Mag 14-19?
Nee, er volgt
2.28-23 19×39 3.26-21 16×27 4.36-31 27×36 5.47-41 36×47 6.49-43 47×33 7.29×38 20×29 8.43×1
Diagram 5: Mag 37-32?
Nee, er volgt
1.37-32 17-21 2.26×19 18-22 3.32×21 22-28 4.33×22 11-17 5.22×11 6×46
Diagram 6: Wit wint.
1.37-31 26×39 2.47-41 36×38 3.27-21 16×27 4.17-11 6×17 5.29-24 19×30 6.25×5
Diagram 7: Wit wint.
1.25-20 14×25 2.24-20 25×14 3.29-23 18×29 4.38-33 29×38 5.43×3
Diagram 8: Wit wint.
1.27-21 17×26 2.37-31 26×28 3.33×22 18×27 4.38-32 27×38 5.39-33 38×29 6.34×5
Diagram 9: Levert de coup Royal hier iets op?
Ja, na
1.27-22 18×27 2.32×21 23×34 3.40×7 2×11
volgt nog
4.35-30 16×27 5.37-31 27×36 6.47-41 36×47 7.30-24 47×20 8.15×2
Diagram 10: Hoe wint wit?
1.29-23 18×29 2.27×18 13×22 3.38-32 29×27 4.44-39 20×29 5.39-33 29×38 6.43×1
Nu de coronamaatregelen zijn versoepeld kan de zomercompetitie van het Leids Damgenootschap plaatsvinden vanaf donderdag 9 juli met inachtneming van het Corona Protocol verantwoord dammen van de KNDB.
Deze zomercompetitie op de donderdag avonden is voor iedereen toegankelijk. We spelen in een ontspannen zomersfeer twee partijen op een avond. Uiteraard is de bar open.
Wie?
Welkom is iedereen die de spelregels kent en de coronamaatregelen in acht neemt:
Waar?
Denksportcentrum Leiden. Robijnstraat 4.
Wanneer?
Iedere donderdag vanaf donderdag 9 juli t/m donderdag 27 augustus.
Hoe laat?
De eerste ronde begint om 20:00 de tweede ronde begint rond 21:45.
Wat is het speeltempo?
20 min. + 25 seconden per zet.
Wat kost het?
Deelname is gratis.
Hoe meld ik me aan?
Er is een vrije inloop, je hoeft je niet aan te melden. Als je zorgt dat je er voor aanvang van een ronde bent word je ingedeeld.
Om toch iets van een competitie-element te hebben, wordt er een moyennesysteem gebruikt waarbij de eigenmoyenne twee keer zo zwaar telt als de tegenmoyenne. Deelnemers moeten minstens vijf partijen hebben gespeeld om voor de eindzege in aanmerking te komen.
Let op: consumpties kunnen alleen met pin betaald worden!
Overgenomen uit Damgenot (clubblad damvereniging De Ridder, Brunssum), tweede jaargang, nr. 1, januari/februari/maart 1975.
10 opgaven ter oplossing. Volgend weekend vindt de lezer de oplossingen op deze website.
Diagram 1: Hoe wint wit?
Diagram 2: 25-20! (24-30) hoe wint wit nu?
Diagram 3: Wit wint.
Diagram 4: Mag 14-19?
Diagram 5: Mag 37-32?
Diagram 6: Wit wint.
Diagram 7: Wit wint.
Diagram 8: Wit wint.
Diagram 9: Levert de coup Royal hier iets op?
Diagram 10: Hoe wint wit?
Overgenomen uit Damgenot (clubblad damvereniging De Ridder, Brunssum), 15e jaargang, nr. 1, augustus 1982.
Een 18-tal standjes, makkelijk en moeilijk door elkaar, waarvoor geldt dat wit in alle standen wint. De oplossingen verschijnen volgend weekend op deze website.
Diagram 1
Diagram 2
Diagram 3
Diagram 4
Diagram 5
Diagram 6
Diagram 7
Diagram 8
Diagram 9
Diagram 10
Diagram 11
Diagram 12
Diagram 13
Diagram 14
Diagram 15
Diagram 16
Diagram 17: 23-29?
Diagram 18: 23-29?
De oplossingen van de puzzels van vorige week zijn:
Diagram 1: 20-25?
27-22, 18×27, 33-29, 24×22, 35-30, 25×34, 40×20, 15×24, 32-28, 22×33, 38×20.
Diagram 2: 9-14?
32-28, 23×34, 40×29, 21×41, 9-3, 18×27, 3×46.
Diagram 3: 46-41?
24-29, 33×24, 19×30, 28×8, 2×13, 35×24, 13-19, 24×22, 17×46.
Diagram 4: zwart wint.
24-30, 34×25, 19-24, 28×17, 14-19, 22×13, 11×35.
Diagram 5: 30-25?
18-22, 25×23, 22×42, 48×37, 12-18, 23×3, 21-26, 3×21, 16×49.
Diagram 6: 34-29?
25-30, 29×20, 17-22, 28×8, 13×2, 35×22, 26×46.
Diagram 7: 36-31?
24-29, 33×24, 19×30, 28×19, 14×23, 25×34, 23-29, 34×23, 12-18, 23×12, 8×28, 32×23, 13-18, 23×12, 11-17, 12×21, 16×47.
Diagram 8: wit wint.
34-29, 23×34, 25-20, 15×24, 28-22, 17×28, 2×14, 21×43, 48×19, 9×20, 37-31, 13×24, 26-21, 16×27, 31×2.
Diagram 9: 39-33?
16-21, 27×16, 17-21, 16×27, 23-28, 33×13, 8×50.
Diagram 10: 21-27?
26-21, 17×26, 28×17, 12×21, 30-24, 19×30, 40-34, 30×28, 38-32, 27×38, 43×1.
Diagram 11: 17-21, 28×17, 12×21?
24-20, 15×24, 34-29, 23×25, 38-32, 27×29, 39-33, 29×38, 43×5
Diagram 12: 37-32?
21-27 32×21 26-31 36×27 17×26 28×17 12×32 38×27 18-23 29×18 20×40 35×44 13×31
Diagram 13: 24-20?
25-30 20x9A 13×4 34×25 18-23 29×27 21×45
A 34×25 18-23 20×27 21×45
Diagram 14: 8-12?
24-20 14×25 29-23 28×19 38-32 27×29 34×5
Diagram 15: 37-31?
28-32 38×27 14-20 25×23 18×49 27×7 49-43 30×19 43×11
Diagram 16: 40-35?
11-16 35×24 23-29 24×22 16-21 27×16 18×49
Diagram 17: 11-17?
37-31 26×37 48-42 37×28 29-23 18×29 30-24 19×30 35×2
Diagram 18: 4-10?
35-30 24×35 33-28 22×24 34-30 25×34 39×19 13×24 27-21 16×27 31×4
Overgenomen uit Damgenot (clubblad damvereniging De Ridder, Brunssum), 13e jaargang, nr. 1, 1980.
Onderstaande diagrammen ter oplossing. De oplossingen worden volgend weekend op deze website gepubliceerd.
Diagram 1: 20-25?
Diagram 2: 9-14?
Diagram 3: 46-41?
Diagram 4: zwart wint.
Diagram 5: 30-25?
Diagram 6: 34-29?
Diagram 7: 36-31?
Diagram 8: wit wint.
Diagram 9: 39-33?
Diagram 10: 21-27?
Diagram 11: 17-21, 28×17, 12×21?
Diagram 12: 37-32?
Diagram 13: 24-20?
Diagram 14: 8-12?
Diagram 15: 37-31?
Diagram 16: 40-35?
Diagram 17: 11-17?
Diagram 18: 4-10?
André van der Kwartel
In het LDG-toernooi op Lidraughts van 4 juni jl. mocht ik het genoegen smaken uit te komen tegen Joop Burgerhout. Spektakel verzekerd. Tot mijn schrik kwam de Van Westerloo-variant in de Keller-opening op het bord. Dat gaat om de volgende openingszetten (Joop heeft wit):
1.33-29 17-22 2.39-33 11-17 3.44-39 6-11 4.50-44 1-6 5.31-26 16-21 6.32-28 19-23 7.28×19 14×23 8.35-30 10-14 9.30-24 5-10 10.33-28 22×33 11.39×19 14×23. De volgende stand is ontstaan:
Joop Burgerhout – André van der Kwartel
Op dit moment herinnerde ik mij dat Joop in de afgelopen competitie in dit speltype een fraaie overwinning had gehaald op Herman van Westerloo zelf, de naamgever van deze variant. Gegeven het feit dat Joop ongetwijfeld een grondige studie van deze partij had gemaakt, mede gesteund door de deskundige commentaren van onder andere Casper en Koos, was mijn eerste impuls om de partij maar direct op te geven. Tot ik mij realiseerde dat Joop in die betreffende partij met zwart had gespeeld. Toch maar een paar zetten doorspelen.
12.37-32 Volgens Turbo Dambase wordt hier in verreweg de meeste gevallen 38-32 gespeeld. 11-16 13.36-31 9-14 Minder goed. Wit krijgt nu voordeel. 14.31-27 3-9 15.41-36 Maar hiermee geeft wit zijn voordeel weer weg. Sterker was 38-33. 15…20-25 16.40-35 14-19 17.35-30 Dapper en interessant, maar 43-39 was veiliger. 17…10-14 18.44-40 Feitelijk de beslissende fout van wit. Ook hier had wit met 38-33 de schade nog beperkt kunnen houden. 18…23-28 19.32×23 21×32 20.38×27 19×28 21.36-31 De volgende stand is nu ontstaan:
17-21! Het grappige is dat Turbo Dambase deze zet afkeurt en de voorkeur aan 7-11 geeft. Dat zou pas een gemiste kans zijn! 22.26×17 12×32 23.42-38 en nu volgde na enig nadenken het verrassende 28-33! 24.38×27 33-39!! Joop dacht een – voor mij – zenuwslopende drie minuten na en gaf op. Ogenschijnlijk wat erg vroeg, maar de witte stand is een puinhoop geworden.
Na afloop gaf Joop aan dat deze vondst een weerlegging van de Van Westerloo variant was, maar gezien de fase tussen de 12e en de 17e zet lijkt dat mij wat al te veel eer, Neemt niet weg dat de manoeuvre 28-33-39 er een is om te onthouden!
Ik mocht ook aantreden tegen Casper Remeijer. Twee keer zelfs. De eerste van die twee partijen kende een aardige opening. (Casper heeft zwart.)
1.33-28 17-21 2.39-33 21-26 3.44-39 11-17 4.50-44 7-11 5.33-29 20-25 6.38-33 14-20 7.42-38 19-23 8.28×19 13×24 9.32-28 17-22 10.28×17 11×22 11.38-32 Casper weet natuurlijk dat ik niet kijk naar flauwe zetten als 34-30 en 33-28. Maar zijn volgende twee zetten zijn te ambitieus. 12-17 12.43-38 17-21 13.48-43!
André van der Kwartel – Casper Remeijer
Wit dreigt met 32-27 een schijf te winnen en zwart had er het meest verstandig aan gedaan om (2-7) te spelen. 21-27 14.32×21 Zwart mag niet (26×17) slaan wegens 35-30 en 29-24 met schijfwinst. Maar ook naar voren slaan had in de partij tot schijfverlies moeten leiden. 16×27 15.38-32 27×38 16.33×42 24×33 17.39×17 1-7 18.31-27
André van der Kwartel – Casper Remeijer
10-14? (7-11) zou de schijf op 17 niet hebben terugveroverd wegens het verrassende : 27-21! (11×22), 35-30 (26×17), 30-24 (20×29), 34×21. Daarom zou (20-24) beter zijn geweest dan het gespeelde (10-14). 19.42-38 18-23 20.37-31? Nu wint zwart zijn schijf terug na de afruil (23-29) en (25-30). Dat had wit kunnen voorkomen door 38-33 te spelen. (7-11) en (7-12) worden immers nu beide weerlegd en het is niet te zien hoe dat wel mogelijk gaat worden.