Archive for Uncategorized

Geslaagd debuut Casper Remeijer in het NK Algemeen (1)

Vijfde van Nederland, ‘best of the rest’ achter Baliakin, Sipma, Groenendijk en Van IJzendoorn, maar voor nog drie GMI’s. Debuteren in het NK als enige speler zonder titel (zowel Nederlandse als internationale titels) en dan je gemiddelde halen. Eén partij verloren en ook een heel mooie partij gewonnen en verder nauwelijks in de problemen gekomen. Dat is een typering van mijn NK-debuut in een paar woorden.

Ik heb een goed toernooi gespeeld, het was leuk en leerzaam en ik ben uiteraard blij met de vijfde plaats en de behaalde meestertitel MN. Nog steeds vind ik de eindstand in Toernooibase gewoon mooi om naar te kijken: vijfde, gemiddelde en dat als enige speler zonder titel en met de lage rating van onder de 1400!

NK Algemeen 2019 Eindstand

Een NK begint echter ver voordat het NK daadwerkelijk begint. Je hebt de halve finales (HF), waar ik me ogenschijnlijk zeer gemakkelijk plaatste door mijn groep te winnen en dan krijg je reacties van mensen. Dat zijn natuurlijk voornamelijk felicitaties, maar ook dingen als (voor de HF helemaal afgelopen was) ‘Ik verwacht je in de finale. Hoewel dat geen pretje is.’ Verder beginnen de zenuwen zodra is doorgedrongen dat je het loodzware toernooi dat het NK is, gaat spelen en je kan je beginnen voor te bereiden. Het gebeurt niet vaak dat je (lang) van tevoren weet tegen wie je gaat spelen, maar met het NK (en ook met de HF) kan dat wel.

Mijn voorbereiding was echter niet optimaal: in maart was ik tweeënhalve week op vakantie in Colombia waardoor ik drie keer de onderlinge competitie miste en de enige partij tussen mijn vakantie en het NK verloor ik. Ik speelde op maandag een oefenpartij in Haarlem tegen Stefan Stolwijk. Dat was een leuke, interessante partij in de onvoltooide hekstelling en ik had dat verlies misschien wel nodig om even wakker geschud te worden. In Colombia heb ik tijdens de lange uren in de bus de masterclasses van Gantvarg van dit jaar doorgenomen en een paar specifieke openingsvarianten voorbereid die ik wel wilde spelen. Daar is natuurlijk helemaal niks van op het bord gekomen, maar de laatste partij tegen Jan Groenendijk had ik wel de eerste paar zetten van een voorbereide opening op het bord. Mijn speelplan tegen Jan (klassiek!) vind ik goed gekozen en ik hoefde alleen maar op te passen dat hij geen goede Ghestemdoorstoot kon plaatsen en toen werd het simpel remise. Klassiek leek me niet zijn favoriete speltype en ik zag in de partij ook dat het niet zijn beste speltype is. Verder had ik vanzelfsprekend een boekje met combinaties mee naar Colombia. Daarnaast heb ik voor het toernooi van mijn tegenstanders in de eerste paar rondes wel wat openingen en partijen bekeken, maar dat was veel minder dan ik eigenlijk gewild had.

Tegenwoordig heb ik niet zo veel last meer van zenuwen (dat was in mijn jeugd, maar ook toen ik 20 was, wel anders), maar toen ik op 5 april, de openingsdag, wakker werd voelde ik wel wat. De treinreis was ontspannen, de busreis met Hein Meijer, die ik op station Arnhem tegenkwam, gezellig druk en de openingsceremonie was minder erg dan ik verwacht had: de introducties van de spelers door bondscoach Rob Clerc waren leuk en de rest van de toespraken was minder lang en volslagen onzin dan normaal gesproken het geval is met dit soort dingen.

En toen was het toernooi begonnen. De eerste partij speelde ik met wit tegen Wouter Sipma. In de jeugd heb ik meerdere keren tegen hem gespeeld, maar hij heeft zich meer ontwikkeld dan ik. Hij houdt van omsingelen en van spannend en vaak apart spel. De laatste paar jaar haalt hij echter minder rare fratsen uit op het bord en speelt hij ook ‘gewoon normaal’ heel sterk. Het was een typische laveeropening, maar op de achtste zet kies ik ervoor met een ongewone zet mijn lange vleugel sterk te houden. Het blijft lang een redelijk rustige partij, waarbij de voornaamste vraag is wat ik ooit met mijn schijf op 46 ga doen. Wouter heeft echter ook veel schijven aan die kant van het bord dus dat komt vanzelf wel een keer goed leek me. Wouter lost ten koste van vier tempi schijf 15 op, waardoor mijn korte vleugel geen aanknopingspunt meer heeft. Dat maakt echter niet veel uit aangezien mijn korte vleugel toch relatief dun is en mijn lange vleugel juist sterk. Het oplossen van 15 (gegeven een voldoende sterke verdediging op die vleugel) is alleen nuttig als je op de andere vleugel spel hebt en daar overwicht kan krijgen. In het middelspel versmaad ik om redenen die me niet meer helder voor de geest staan om de achtergebleven schijf op 46 met 32-28 37-32 26×37 42×31 46-41-37 een bestemming te geven. Even later komt er toch spanning in de wedstrijd doordat ik ervoor kies om halfopen klassiek op het bord te brengen. Althans het zal halfopen klassiek worden, maar hij heeft op dat moment (nog) geen schijf op 23 staan. Schijf 46 staat nog steeds niet lekker, maar daar staat tegenover dat zwart vijf schijven aan de rand heeft staan in 6, 11, 16, 21 en 26. Na dertig zetten begon ik me toch af te vragen hoe ik mijn lange vleugel moest ontwikkelen. De beste manier leek me de linkerpiramide op te bouwen en naar 22 te gaan. Het partijplan van Wouter met 19-23 28×19 14×23 en de opsluiting was geen probleem en gaf eerder mij kansen dan hem. Dit moest ik wel even goed berekenen voor ik 32. 46-41 speelde, maar daar was het ondertussen dun genoeg voor. En dat was het eerste punt tegen een sterke jonge grootmeester.

Een opvallende partij uit de eerste ronde was de zeeslang van Martijn van IJzendoorn en Wim Kalis. Het speltype met meerdere opgedrongen randschijven werd heel sterk gespeeld door Martijn en hij bereikte een goed eindspel met een schijf meer. Met allebei een dam en vijf respectievelijk zes schijven erbij was dit een lastig macro-eindspel en dan worden er onherroepelijk fouten gemaakt, ook door grootmeesters. Wim raakte ergens onnodig een schijf kwijt, Martijn haalde een tweede dam en kwam gewonnen te staan. 52 zetten nadat beide spelers dam haalden kwam de volgende stand op het bord:

Martijn van IJzendoorn – Wim Kalis 1-1
NK Algemeen 2019 1 Martijn van IJzendoorn - Wim Kalis 1-1

Wim wist hier remise te maken met 105. … 1-7! en na 106. 6-1? 26-37! realiseerde Martijn zich na enig nadenken dat hij de meerslag over het hoofd had gezien. Gedesillusioneerd moest Martijn na 107. 1×41 36×47 in remise berusten. Als Martijn het laatste geintje van Wim niet overziet en 106. 49-16 speelt, wint hij wel.

De rondeprijs in de eerste ronde ging naar Martijn en Wim samen. Rondeprijzen zijn een enigszins vreemd fenomeen. Er is een jury die een beslissing maakt en dat is per definitie een subjectieve beslissing. Tijdens het toernooi was ook helemaal niet bekend wie er in de jury zat of zaten. Pas na het toernooi werd er iets gezegd over de jury, namelijk dat die iedere ronde uit drie personen bestond, waarvan minstens één iemand van de demonstrateurs van die ronde. Verder gaan de rondeprijzen (150 euro per rondeprijs) voornamelijk naar mensen die een partij winnen, terwijl de speler die verloor misschien wel ervoor zorgde dat het een interessante partij was door voor een gedurfde partijopzet te kiezen. Dan mislukt die partijopzet weliswaar uiteindelijk, maar wordt niet hij maar zijn tegenstander beloont. Op deze manier gaan de rondeprijzen voornamelijk naar mensen die toch al prijzengeld verdienen. Het prijzengeld is met ingang van dit NK gewijzigd: eerst kregen alle twaalf deelnemers prijzengeld en liep dat vanaf de laatste prijs langzaam op, maar nu kregen alleen de eerste zes prijzengeld en liep dat heel snel op en kreeg de top drie het grootste gedeelte van het prijzengeld. In twee rondes is er geen rondeprijs toegekend en daar heb ik dan wel mooi van geprofiteerd, want ze hebben twee extra prijzen uitgereikt en zo is mijn overwinning op Jos Stokkel toch nog beloond.

Wie Anton van Berkel kent, weet dat hij geen mapjesdammer is. Hij speelt een tikkeltje anders, soms echt vreemde openingen en het wordt wel eens echt een rommeltje. Typerend en grappig vond ik zijn opening tegen Rob Geurtsen in de eerste ronde. Na 1. 32-28 17-22 2. 28×17 12×21 3. 33-29 7-12 4. 38-33 1-7 5. 42-38 19-23 wilde Anton 35-30 spelen vertelde hij na de partij. Dan was 23-28 33×22 18×27 31×22 20-24 gekomen en na 29×20 15×35 moet wit zich in bochten wringen om schijf 22 te behouden en staat wit niet prettig. Een opening anders spelen en dan pas op de zet zelf erachter komen dat je geplande zet niet kan en dan maar ‘in arren moede’ het vervlakkende 6. 31-27 21×32 7. 37×19 14×23 spelen, zoiets verbaast je op een gegeven moment niet meer van Anton.

Na de eerste ronde kwam direct een dag met een dubbele ronde. Ik mocht eerst tegen teamgenoot Anton van Berkel en daarna tegen Rob Geurtsen, de zwakste deelnemer. Van tevoren had ik bedacht dat ik tegen Alexander Baliakin, Martijn van IJzendoorn en Jan Groenendijk, de drie 1500-spelers, rustig aan ging doen en dacht ik dat er vier mensen waren waar ik van zou kunnen winnen: Rob Geurtsen, Wim Kalis, Niek Kuijvenhoven en Anton van Berkel. Nu kreeg ik twee van die vier mensen op dezelfde dag dus ik hoopte toch zeker één partij te winnen.

Om half tien begon mijn partij tegen Anton en we speelden een opening die ik wel vaker speel. Ik had zwart en het begon met 1. 32-28 17-22 2. 28×17 11×22. Op de negende zet week Anton echter af, wat mij de mogelijkheid gaf een goede flankaanval in te nemen. Ik kreeg een prachtige flankaanval, maar ik miste een goede mogelijkheid om de afbraak daarvan te verhinderen. In onderstaand diagram heeft Anton net 25. 40-35 gepeeld, wat 34-29 23×34 33-28 22×33 38×40 mogelijk maakt.

Anton van Berkel – Casper Remeijer 1-1
NK Algemeen 2019 2 Anton van Berkel - Casper Remeijer 1-1

Ik speelde 25. … 7-11?, maar had de 2-om-2-ruil kunnen verhinderen met 25. … 19-24! Als wit nu ruilt met 26. 34-29 23×34 27. 33-28 22×33 28. 38×40 volgt namelijk 28. … 18-23! 29. 31×22 23-28 30. 22×33 24-30 31. 35×24 20×47 z+. Wieger Wesselink noemt in zijn analyse op de NK-website als mogelijk vervolg 25. … 19-24 26. 44-39 14-19 27. 34-29 23×34 28.39×30 9-14 met een aantrekkelijke aanval voor zwart. Na de 2-om-2 terug ruilde Anton mijn flankaanval van het bord en hoewel ik beter bleef staan, gaf het geen winstkansen.

Ook in de tweede ronde was er een heel opmerkelijk moment waarin een grootmeester een grote fout maakte. Ron Heusdens speelde een opening die hij heel goed beheerst tegen Wouter Sipma en leek zeer groot voordeel te hebben na twintig zetten. In de fase hierna speelde hij het echter niet helemaal goed en Wouter verdedigde zich goed. De partij leek al een tijdje recht op remise af te stevenen toen onderstaande stand bereikt werd.

Wouter Sipma – Ron Heusdens 2-0
NK Algemeen 2019 2 Wouter Sipma - Ron Heusdens 2-0

De wending 25-20 15×33 34-29 33×24 30×17 (of 30×10 zoals eigenlijk de bedoeling is. Ron heeft goed de meerslag naar 17 erin gebracht, maar kan dat er nu niet meer in houden.) speelt al een kleine tien zetten een rol, maar meer dan remise levert het steeds niet op. Zwart heeft in de diagramstand meerdere goede zetten zoals 14-20, 14-19 en 13-19, maar de meest logische zet is wel 12-18. Als wit na 12-18 25-20 15×33 34-29 33×24 30×10 neemt dan geeft zwart een schijf terug met 9-14 10×8 3×12 en deze stand is makkelijk remise. Schijf 35 heeft een vrije doortocht naar dam, maar zwart kan dan ook naar dam lopen en wit kan de zwarte schijven niet tegenhouden.

Ron wilde 12-18 spelen, maar had last van een motorische storing en speelde onbedoeld 42. … 13-18? Wouter was er uiteraard als de kippen bij om de wending met 43. 25-20 15×33 44. 34-29 33×24 45. 30×10 te nemen en in deze situatie was Ron kansloos en kon hij na een paar zetten opgeven. Ron had in de eerste ronde van Jan Groenendijk verloren en zo had Ron na twee rondes verrassend nog geen enkel punt!

Mijn tweede partij die dag was tegen Rob Geurtsen en dat was van begin af aan een interessante partij. We speelden een hekstellingopening waarin Rob Geurtsen met 7. … 19-24 een minder bekende variant kiest. Hij speelt het scherp met 11. … 3-8 en de ruil naar 22. Na de zetten 1. 34-29 19-23 2. 40-34 14-19 3. 45-40 10-14 4. 50-45 5-10 5. 31-26 20-25 6. 37-31 15-20 7. 41-37 19-24 8. 46-41 13-19 9. 32-28 23×32 10. 37×28 8-13 11. 38-32 3-8 12. 41-37 17-22 13. 28×17 11×22 komen we in de partij, zie onderstaand diagram:

Casper Remeijer – Rob Geurtsen 1-1
NK Algemeen 2019 3 Casper Remeijer - Rob Geurtsen 1-1

We waren allebei niet goed op de hoogte van de theorie in deze opening, want ik maak met 14. 43-38 een fout en Rob verzaakt dit af te straffen. Wat wit beter kan spelen is 14. 32-28 7-11 15. 28×17 11×22 16. 37-32 22-28 17. 33×22* 18×38 18. 42×33. Wit mag niet anders slaan op de 17e zet, want dan volgt een damcombinatie die typisch is voor de onvoltooide hekstelling. Zo verschalkte Evert Bronstring in de beginjaren van de onvoltooide hekstelling in 1965 Dammis van der Staaij met deze combinatie (het enige verschil met de diagramstand is dat 42 op 41 stond): 17. 32×23? 19×28 18. 33×22 18×27 19. 31×22 24×33 20. 39×28 25-30 21. 35×15 14-20 22. 15×24 13-18 23. 22×13 8×50 en na damafname middels 24. 26-21 50×26 25. 41-37 26×42 26. 48×37 had Evert een schijf meer.

Terug naar de partij: ik speelde 14. 43-38 en Rob antwoordde met 14. … 7-11, maar hij had hier 14. … 6-11! moeten spelen. De wending 15. 32-28? 25-30! 16. 28×6 19-23 17. 34×25 23×41 z+ is van belang en door ons allebei niet onderkend. Hierna is wit vrijwel gedwongen een keer naar 15 te ruilen met 35-30 en 29-23, maar zwart kan direct naar 30 ruilen met 14-20 en de witte korte vleugel is opgesloten en ziet er erg droevig uit. Misschien kan wit na 14. 43-38 6-11 nog 15. 47-41 spelen, maar dan moeten wel alle combinatieve valkuilen ontweken worden.

De hekstelling werd even verbroken, maar kwam later weer op het bord. Op zet 34 zag Rob zich genoodzaakt naar de rand te vluchten en kwam ik heel goed te staan. Een tiental zetten later heb ik volgens Kingsrow analytische winst gemist. Met beperkte bedenktijd verzandde ik in de vele goede mogelijkheden en de variant waarvan ik dacht dat die ging winnen, bleek toch net niet te winnen. En zo stond ik na drie rondes nog op mijn gemiddelde met één sterke tegenstander gehad en twee zwakkeren tegen wie ik kansen zou moeten kunnen krijgen. Ik was toch wel teleurgesteld over het resultaat op deze dag met dubbele ronde. Zowel tegen Anton van Berkel als tegen Rob Geurtsen stond ik heel goed en twee keer hou ik daar niks aan over. En nu had ik al twee van de vier mensen gehad waar ik echt winstkansen tegen dacht te kunnen krijgen.

Mijn gemiste winst tegen Rob Geurtsen was niet de enige de eerste paar rondes en ook niet als je alleen naar de derde ronde kijkt. Nu was dit een tweede partij op een dag en twee partijen spelen op één dag op hoog niveau is vermoeiend. De prachtige winst die Wouter Sipma miste tegen Hein Meijer is hem vergeven, want hoewel je in zo’n stand natuurlijk wel naar combinaties kijkt, was de forcing die hij uit had kunnen voeren behoorlijk verborgen en dan moet je ook nog zien dat de stand na de forcing wint.

Hein Meijer – Wouter Sipma 1-1
NK Algemeen 2019 3 Hein Meijer - Wouter Sipma 1-1 1

In bovenstaand diagram valt het gat op 39 op en wat ook opvalt is dat wit iets moet gaan doen om de voorpost op 23 te verdedigen. 26. 44-39 ligt voor de hand, maar zwart loopt naar veld 14 toe en dreigt met een 1-om-2. Vaak heeft zwart een schijf op 27 en kan wit antwoorden met zijn eigen 1-om-2, maar dat is hier niet het geval. Wit moet het hebben van een verdediging als 26. 44-39 5-10 27. 39-34 om 27. … 10-14 te kunnen beantwoorden met 28. 24-19 13×24 29. 34-30 met licht voordeel voor wit. In de diagramstand en in de laatste variant kan zwart meerdere combinaties nemen, maar dat is altijd een ruil.

Hein speelde echter niet de logische opbouwzet 26. 44-39, maar 26. 35-30? Het doel van deze zet is een kleine meerslagfinesse na 26. … 5-10? 27. 23-19! 20-25 28. 19-14 25×23 29. 14×5 w+. Ook na 26. … 3-9 komt 27. 23-19, maar nu levert dit na 27. … 9-14* 28. 19×10 5×14 29. 30-25* niet meer dan licht voordeel op.

Wouter had na 26. 35-30? op de volgende prachtige manier kunnen winnen: 26. … 20-25! 27. 44-39* 25×34 28. 39×30 15-20! 29. 24×15 5-10 30. 15×4 13-19! 31. 23×14 18-23 32. 29×27 12-18 33. 4×22 17×48 en deze stand verdient zijn eigen diagram:

Hein Meijer – Wouter Sipma 1-1
NK Algemeen 2019 3 Hein Meijer - Wouter Sipma 1-1 2

Wit heeft drie stukken meer, maar verliest er altijd minstens twee inclusief schijf 14 en verliest dus kansloos.

Wouter zag de forcing helaas niet en speelde 26. … 22-28 27. 23×32* 20-25 (de dam na 13-19 24×22 17×48 gaat er na 30-24 direct weer vanaf en wit houdt een prima flankaanval over) 28. 33-28* 25×23 29. 28×19 3-9 30. 24-20 15×24 31. 19×30 en het liep later remise.

In de eerste ronde kon Alexander Baliakin met een fraai offer winnen van Jos Stokkel, gaf Martijn van IJzendoorn op dramatische wijze een gewonnen eindspel uit handen en wist Anton van Berkel niet van Rob Geurtsen te winnen, omdat hij op de 46e zet niet zag dat hij ook met zijn dam kon slaan.

In ronde twee had je de merkwaardige situaties dat Rob Geurtsen opgaf in een remisestand tegen Wim Kalis, omdat hij niet wist of zag dat het 4-om-2-eindspel remise was, en Ron ‘De kneus’ Heusdens verloor door een miscommunicatie tussen zijn brein en zijn hand.

Naast de net genoemde gemiste winsten van mijzelf en Wouter Sipma kon ook Martijn van IJzendoorn in de derde ronde winnen van Niek Kuijvenhoven. Dat was in een dun klassiekje en dat was een stuk simpeler. De eerste drie rondes leverden in ieder geval al genoeg spektakel op en ook de rest van het toernooi viel er genoeg te beleven voor de toeschouwers, maar daarover een andere keer meer.

Onze jongens in Wageningen (1)

André van der Kwartel

In de week van 15 tot 19 april werd in Wageningen het jaarlijkse veteranenkampioenschap van Nederland verspeeld. Drie leden van het Leids Damgenootschap namen aan dit toernooi deel: Hans Kreder, Dick den Ouden en Hein van Winkel. Hein eindige op de 24e plaats (van de 88 deelnemers) met de uitstekende score van 10 punten uit 8 wedstrijden. Hans en Dick scoorden ieder 8 uit 8 en eindigden op respectievelijk de 49e en 51e plaats. Ik had mij voorgenomen een verslag te schrijven van de prestaties van onze damgenoten, maar dat duurt nog even, omdat slechts enkele partijen zijn ingevoerd in Toernooibase en ik dus nog veel handwerk moet verrichten om analyses te kunnen uitvoeren. Ik was dus aangenaam verrast toen Hein mij een uitgebreid artikel over zijn partijen toestuurde. Hieronder de bijdrage van Hein. Ik wens jullie veel leesplezier.

Hein van Winkel – Leo van der Laan

NK Veteranen ronde 1, 15-04-2019

1.32-28 18-23 2.33-29 23×32 3.37×28 13-18 4.28-23 19×28 5.29-24 20×29 6.34×32 14-19 7.39-33 10-14 8.44-39 5-10 9.41-37 17-21 10.50-44 9-13 11.32-28 11-17 12.37-32 6-11 13.46-41 21-26 14.41-37 1-6 15.40-34 3-9 16.44-40 17-22 17.28×17 12×21 18.49-44 7-12 19.35-30 19-23 20.30-25 14-19 21.34-30 10-14 22.30-24 19×30 23.25×34 14-19 24.34-29 23×34 25.40×29 12-17 26.45-40 2-7 27.40-35 7-12 28.29-24 19×30 29.35×24 9-14 30.33-29 17-22 31.39-33 21-27 32.32×21 16×27 33.44-40 12-17 34.40-35 8-12 35.35-30 14-19 36.30-25 19×30 37.25×34 13-19

HeinD1

38.34-30 4-10?

Zwart kan zich hier redden met 38…15-20 en dan bijv. 39.29-24 20×29 40.33×13 18×9 41.38-33 9-14 42.43-38 22-28 43.31×22 28×39 44.38-33 17×28 45.33×44.

39.29-24?

Ook wit mist hier iets eenvoudigs. Met 39.30-24 19×30 40.29-24 30×19 41.33-28 22×33 42.31×24 wint wit een schijf en partijwinst is niet moeilijk meer.

39…10-14 40.24×13 18×9 41.43-39 14-19 42.33-29 9-13 43.29-24 19-23 44.39-34 17-21 45.30-25 12-18 46.38-33 11-17?

HeinD2

Hier had zwart nog een uitstekende mogelijkheid. Via 46…11-16 47.42-38 23-28

48.24-19 28×30 49.19×8 27-32 50.37×17 21×3 51.25×34 26×37 bereikt zwart een iets beter staand eindspel. Bijv. 52.47-42 16-21 53.42×31 21-26 54.31-27 26-31 55.27-21 31-37 56.21-17 15-20 57.38-33 20-24 58.33-28 18-22 59.17-12 22×33 , maar hierover hoeft wit zich geen zorgen te maken.

47.42-38! 6-11

De alternatieven 1) 47…23-28 48.24-19 28×30 49.19×8 30-35 50.8-2 18-23 51.2-16 22-28 52.31×11 6×17 53.16×32. 2) 47…13-19 48.24×13 18×9 49.33-29 6-11 50.29×18 22×13 51.31×22 17×28 52.25-20 15×24 53.34-29 24×31 54.36×7.

48.34-29 23×34 49.24-19 13×24 50.33-28 22×42 51.31×13 42×31 52.36×7 34-40

HeinD3

53.7-1

Hier krijgt zwart nog een kans op een lang eindspel. Beter was 53.13-8 24-29 54.8-2 40-45 55.7-1 45-50 56.1×40 17-22 57.40-35 22-28 58.25-20 15×24 59.35×46.

53…40-45

Zwart had nog wat tegen kunnen sputteren met 53…40-44 54.25-20 44-49 55.20×29 49-40 56.29-24 40-35 57.24-19 17-21 58.1-34 35-44 59.13-9 44-35 60.9-4 35×2. Maar dit gaat wit ook winnen.

54.13-8 45-50 55.8-2 50-28 56.2×35 15-20 57.25×14 28×5 58.1-18 5-28 59.35-49 28-10 60.18-4 10-5 61.49-44 17-21 62.44-49 5-14 63.49×16 14-5 64.16-11 5-19 65.11-6 19-14 66.4-22 14-19 67.22-27 19-5 68.48-42 5-46 69.27-22

2-0

Cock van Wijk – Hein van Winkel

NK Veteranen ronde 2, 16-04-2019

1.32-28 18-22 2.37-32 12-18 3.41-37 7-12 4.46-41 1-7 5.31-26 19-23 6.28×19 14×23 7.32-28 23×32 8.37×28 10-14 9.41-37 5-10 10.38-32 20-24 11.43-38 14-20 12.34-30 9-14 13.30×19 13×24 14.40-34

HeinD4

14….3-9.

Hier was 14…24-29 goed speelbaar. Er kan eventueel 15.34×23 18×29 16.33×24 20×29 17.49-43 22×33 18.39×28 17-21 19.26×17 11×33 20.43-39 12-18 21.39×28 7-12 22.44-39 (na 22.28-23 volgt 29-34 23.32-28 18×29) 22…18-23 23.28×19 14×23

15.34-29 20-25 16.29×20 15×24 17.45-40 18-23 18.28×30 25×45 19.37-31 8-13 20.42-37 13-19 21.47-42 2-8 22.48-43 9-13 23.35-30 4-9 24.30-25

HeinD5

24….12-18.

Zwart heeft een lastige stand, maar na deze zet wordt hij compleet weggecombineerd. Beter was het proberen van 24…19-23 25.33-29 (Ik was eigenlijk bang voor 25.32-27 maar dan kan 23-28 26.27×18 13×22 27.31-27 22×31 28.33×22 17×28 29.36×27 9-13 en de voorpost lijkt prima te verdedigen.) 25…23×34 26.39×30 13-19 27.44-40 45×34 28.30×39 8-13 29.50-45

25.32-27 19-23 26.33-29 23×34 27.39×30 13-19 28.30-24 19×30 29.25×34 9-13 30.37-32 7-12 31.34-29 13-19 32.32-28 22×24 33.27-21

2-0

Hein van Winkel – Joop Roedolph

NK Veteranen ronde 3, 16-04-2019

1.32-28 18-23 2.33-29 23×32 3.37×28 20-25 4.39-33 12-18 5.44-39 7-12 6.50-44 19-23 7.28×19 14×23 8.41-37 10-14 9.37-32 14-20 10.33-28 13-19 11.31-27 20-24 12.29×20 25×14 13.34-30 5-10 14.46-41 15-20 15.41-37 20-24 16.39-33 10-15 17.44-39 8-13 18.30-25 2-8

HeinD6

Wat mag hier natuurlijk niet volgens diagram 17 uit “Oom Jan leert zijn neefje dammen”? Heel goed!, maar het volgde toch:

19.40-34 17-22 20.28×17 11×31 21.36×27 24-29 22.33×24 19×30 23.35×24 14-20 24.25×14 9×40 25.45×34 23-28 26.32×23 18×40

0-2

Wat ga je doen na zo’n debacle? Het liefst had ik heel hard op de grond gestampt en verdwenen als Repelsteeltje. Gelukkig zijn er mooie boswandelingen in de omgeving van Wageningen mogelijk. Daar ben ik dan ook maar een stuk gaan wandelen. En na ongeveer een uur begon mijn hoofd weer wat normaler te reageren. Damschijven verdwenen langzaam maar zeker uit mijn grijze massa. Ik had mijn fototoestel bij me en begon wat aan mijn hobby als planten/bloemen/fotograaf te doen. Waarvan het resultaat mijn tweede vijfklapper van de week was. De vijfklapper met hun wetenschappelijke namen.

HeinFoto1

De eerste een Sambucus racemosa of Trosvlier.

HeinFoto2

De tweede Taraxacum officinale of Paardenbloem.

HeinFoto3

De derde Ficus equi. Maar even geen commentaar bij dit diepe dal. Maar toch weer uit het dal geklommen.

HeinFoto4

De vierde Ceratocapnos claviculata of Rankende helmbloem.

HeinFoto5

De vijfde Fagus sylvatica of Beuk. De volgorde van deze plantjes geven wel iets weer van mijn gemoedstoestand. Bij vier een lieflijk klein bloemetje dat me tot rust bracht en bij nummer vijf de beuk erin. En de volgende dag ging de beuk er in.

Cees Osté – Hein van Winkel

NK Veteranen ronde 4, 17-04-2019

1.31-27 19-23 2.33-28 17-22 3.28×19 22×31 4.36×27 14×23 5.39-33 10-14 6.44-39 14-19 7.41-36 5-10 8.46-41 10-14 9.50-44 20-24 10.34-29 23×34 11.40×20 15×24 12.32-28 18-23 13.37-32 12-18 14.41-37 7-12 15.45-40 11-17 16.40-34 6-11 17.34-29 23×34 18.39×30 1-6 19.43-39 18-23 20.49-43 12-18 21.47-41 8-12 22.36-31 2-8 23.41-36

HeinD7

23… 17-21

Zwart vroeg zich af of dit nu een lokzet, lokvingerzet of vingerlokzet was. Wit vervolgde met

24.31-26

Zwart krijgt een extra tempo en waagt het erop:

24…. 23-29

Misschien is 24…4-10 25.26×17 11×31 26.36×27 6-11 27.37-31 11-17 28.31-26 17-21 29.26×17 12×21 30.30-25 10-15 31.44-40 beter voor zwart, maar speculeren op een vingerzet is ook leuk.

25.26×17 11×31 26.36×27?

Na 26.37×26 18-22 (26… 29-34 27. 28-23 19×37 28. 30×10 4×15 29.39×30 verliest zwart een schijf.) 27.28×17 12×21 28.26×17 29-34 29.36-31 34×25 is er een gelijkwaardige stand.

26…29-34 27.37-31 34×25 28.31-26 18-23 29.27-21 16×27 30.32×21 23×32 31.38×27 13-18 32.33-29 24×33 33.39×28 9-13 34.42-38 4-10 35.21-16 19-23 36.28×19 14×23 37.44-39 6-11 38.16×7 12×1 39.38-32 10-14 40.26-21 14-19 41.48-42 25-30 42.35×24 19×30 43.32-28 23×32 44.27×38 30-35 45.39-34 13-19 46.38-33 19-23 47.42-38 23-29

0-2

Hein van Winkel – Jan Lammers

NK Veteranen ronde 5, 17-04-2019

1.32-28 16-21 2.37-32 11-16 3.41-37 7-11 4.34-29 1-7 5.40-34 21-26 6.45-40 20-24 7.29×20 15×24 8.50-45 10-15 9.34-30 18-23 10.31-27 14-20 11.30-25 17-21 12.25×14 9×20 13.37-31 26×37 14.32×41 21×32 15.28×37 4-9 16.33-29 24×33 17.38×18 12×23 18.42-38 5-10 19.37-32 10-14 20.41-37 7-12 21.39-33 12-18 22.44-39 8-12 23.46-41 2-8 24.40-34 12-17 25.49-44 8-12 26.44-40 20-24 27.47-42 23-28 28.32×23 19×28 29.33×22 17×28 30.34-30 14-19 31.38-32 18-23 32.40-34 9-14 33.42-38 3-9 34.30-25 15-20 35.34-30 13-18 36.36-31 9-13 37.41-36

HeinD8

37… 11-17?

De computer geeft aan dat er na 37…16-21 38.31-26 28-33 39.26×8 33×31 40.36×27 13×2 41.39-33 11-17 42.48-42 6-11 43.42-37 2-7 44.33-28 18-22 45.27×29 24×22 46.45-40 22-28 47.32×23 19×28 voor wit zware tijden aanbreken.

38.31-26 6-11

HeinD9

39.37-31?

Na een partij onder zware druk, had ik hier met tijdgebrek niet meer het vermogen om de gevolgen van 48-42 uit te rekenen. Er zat zelfs een voordelige vijfklapper voor mij in, die een eervolle vermelding opleverde bij de mooie combinaties. Enkele varianten:

39.48-42

A(vijfklapper) 39…16-21 40.38-33 18-22 41.39-34 28×48 42.42-38 48×31 43.36×27 (en niet 43.36×9?? 14×3 44.25×14 19×10 45. 30×28 22×42).

B 39…17-22 [of 18-22] 40.38-33 12-17 [12-18] 41.42-38 16-21 42.39-34 28×48 43.38-33 48×31 44.36×7.

C 39…28-33 40.39×28 16-21 41.37-31 11-16 42.45-40.

D 24-29 40.30-24 19×30 41.35×22 18×27 42.32×21 16×27 43.39-33 12-18 44.37-32 17-22 Wellicht is D nog het beste omdat er nog spel blijft.

De partij ging verder met

39…28×37 40.31×42 23-28 41.42-37

Beter was 41.39-34 18-23 42.34-29 23×34 43.30×39 12-18 44.36-31 16-21.

41…17-22?

Volgens Flits is 41…18-23 42.48-42 12-18 43.38-32 17-22 44.36-31 veel beter. In plaats van de partijzet geeft Flits nu de volgende variant: 42.48-42 11-17 43.38-32 28-33 44.39×28 22×33 45.45-40 18-23 46.40-34 33-39 47.43-38 39-44 48.34-29 24×33 49.38×7 20-24 50.7-2 14-20 51.25×23 13-18 52.23×21 16×47 53.30×19 44-50 54.37-32 47-29. Maar er volgde een snel einde via

42.37-31? 11-17 43.38-32 28×37 44.31×42 16-21 45.43-38 21-27 46.39-33 18-23 47.45-40 13-18 48.42-37 23-28 49.40-34 28×39 50.34×43 27-31

0-2

Piet van Eeden – Hein van Winkel

NK Veteranen ronde 6, 18-04-2019

1.34-30 20-25 2.39-34 14-20 3.44-39 10-14 4.50-44 5-10 5.31-26 20-24 6.33-29 24×33 7.38×29 18-23 8.29×18 12×23 9.39-33 15-20 10.44-39 10-15 11.42-38 20-24 12.49-44 15-20 13.47-42 8-12 14.32-27 2-8 15.37-32 17-21 16.26×17 11×31 17.36×27 6-11 18.41-37 11-17 19.46-41 4-10 20.33-28

Volgens Flits is 20.41-36 10-15 21.33-28 13-18 22.37-31 17-21 23.31-26 1-6 24.26×17 12×21 25.39-33 6-11 26.42-37 21-26 27.44-39 sterker.

20…17-21 21.41-36 12-18 22.39-33 7-12

Met 22…21-26 23.44-39 8-12 24.37-31 26×37 25.42×31 kan zwart de KVO vasthouden.

23.34-29 23×34 24.30×39 10-15 25.27-22 18×27 26.28-23 19×28 27.33×31 21-26 28.31-27 13-18 29.32-28 9-13 30.37-31 26×37 31.42×31 14-19 32.28-22 12-17 33.22×11 16×7 34.39-33 8-12 35.43-39 3-8 36.48-43

HeinDCorrectie

Nadat ik Piet uit een kortevleugelopsluiting had laten ontsnappen (kwestie van zetcontrole), krijg ik op de 36e zet eindelijk de kans om het voordeel opnieuw naar mij toe te trekken. Na bijvoorbeeld 36.38-32 19-23 37.33-28 24-29 38.28×19 13×24 39.39-34 18-23 40.48-43 23-28 41.32×23 29×18 42.34-29 24×33 43.35-30 25×34 44.40×38 18-23 45.38-33 is er weinig aan de hand, maar nu heeft wit op zijn rechtervleugel geen zet meer.

36…1-6

Met 36…18-23 37.27-21 12-18 38.21-16 8-12 39.33-28 23×32 40.38×27 12-17 had zwart de lastige bezetting van 28 kunnen vermijden met groot voordeel.

37.27-21

Flits geeft aan dat met 37.33-28 18-23 38.38-32 12-17 39.31-26 7-11 40.36-31 13-18 41.27-21 17-22 42.28×17 11×22 43.21-16 24-29 44.43-38 nog een heel eind gekomen was. Nu is het eigenlijk al afgelopen.

37…6-11 38.21-16

Niet beter is 38.31-26 11-17 39.36-31 18-22

38…11-17 39.31-26 17-22 40.26-21 7-11 41.16×7 12×1 42.21-16 1-6 43.35-30 25×34 44.39×30 24×35 45.33-29 22-27 46.43-39 18-22 47.39-33 20-24 48.29×20 15×24 49.40-34 19-23 50.45-40 13-19 51.34-30 8-13 52.40-34 13-18 53.44-39 27-31 54.36×27 22×31 55.38-32 31-36 56.32-28 23×32 en wit zag dat ik na 34-29 gewoon zou laten slaan.

0-2

Hans van der Laan – Hein van Winkel

NK Veteranen ronde 7, 18-04-2019

1.34-29 19-23 2.40-34 14-19 3.45-40 19-24 4.32-28 23×32 5.37×28 20-25 6.29×20 25×14 7.41-37 14-19 8.46-41 10-14 9.37-32 17-22 10.28×17 12×21 11.41-37 7-12 12.50-45 5-10 13.35-30 19-24 14.30×19 13×24 15.33-28 9-13 16.38-33 21-26 17.43-38 11-17 18.34-29 14-20 19.40-34 17-22 20.28×17 12×21 21.32-28 18-22 22.28×17 21×12 23.38-32 6-11 24.32-28 11-17 25.42-38 13-18 26.45-40 17-22 27.28×17 12×21 28.29-23 18×29 29.34×23 1-7 30.38-32 7-12 31.33-28 24-30?

HeinD11

32.31-27?

Beide spelers zijn in slaap gevallen. Niet -of te laat- opgemerkt, dat 32.32-27 21×41 33.40-34 26×37 34.34×5 4-10(of?) 35.5×19 41-46 36.19-5 37-41 37.48-42 2-7 38.42-37 41×32 39.28×37 46×10 40.5×11 16×7

32…30-35 33.48-43 20-25 34.27-22 4-9 35.47-42 9-13 36.42-38 12-17 37.22×11 16×7 38.36-31 7-11 39.31-27 11-16 40.40-34 15-20 41.38-33 10-15 42.44-40 35×44 43.49×40 13-19 44.23×14 20×9 45.40-35 9-13 46.33-29 13-18

Na een aantal wat zwakkere zetten staat zwart niet goed meer, sterker: waarschijnlijk verloren. Het is aan wit om eens flink door te rekenen of 29-24 dan wel 35-30 te spelen om de aanval op zwarts lange vleugel winnend te laten zijn. Wits hand bevond zich enkele keren boven schijf 35. Dan is het stand op pokerface om niet te laten merken dat je dan zult toeslaan. Even zetcontrole en het zou ook niet gebeuren. Maar…

47.35-30??

HeinD12

47…26-31 48.37×17 18-22 49.27×18 8-12 50.17×8 2×35

En de volgende vijfklapper was een feit. Er volgde nog

51.32-27 25-30 52.34×25 35-40 53.43-38 40-45 54.38-33 45-50 55.27-22 50-45 56.33-28 16-21 57.39-33 45-40

0-2

Jaap Langerak – Hein van Winkel

NK Veteranen ronde 8, 19-04-2019

1.34-30 20-25 2.30-24 19×30 3.35×24 14-20 4.33-28 20×29 5.28-22 17×28 6.32×34 10-14 7.37-32 5-10 8.41-37 14-20 9.39-33 11-17 10.44-39 10-14 11.46-41 17-21 12.31-26 14-19 13.26×17 12×21 14.50-44 7-12 15.32-28 20-24 16.37-32 1-7 17.41-37 21-26 18.37-31 26×37 19.32×41 9-14 20.41-37 14-20 21.37-32 24-30 22.36-31 7-11 23.47-41 11-17 24.41-36 4-9 25.42-37 30-35 26.28-23 19×28 27.33×11 6×17 28.32-28 9-14 29.39-33 14-19 30.44-39 35×44 31.49×40 17-21 32.37-32 21-26 33.34-29 26×37 34.32×41 19-23 35.28×19 13×24

Ik was vredelievend aan deze partij begonnen met het oog op de +1 in het toernooi te verdedigen. Maar ik nam bewust deze zooihekstelling in omdat het toch wat combinatieve probleempjes met zich mee kon brengen. Wie weet?!

36.38-32 18-22 37.32-27 22×31 38.36×27 12-18 39.41-37 8-12 40.48-42 12-17 41.43-38 3-8

HeinDCorrectie2

42.40-34

Na 42.37-32 2-7 43.29-23 18×29 44.42-37 7-12 is er weinig aan de hand.

42…8-12 43.45-40?

Wit had zich nog kunnen redden met een variant als 43.37-32 2-7 44.42-37 17-22 45.37-31 22-28 46.33×13 24×42. Maar nu is het meteen uit. Na de slagzet staan de schijven perfect op hun plaats.

HeinD14

43…25-30 44.34×14 17-21 45.29×20 21×45 46.14-9 15×24 47.9-4 45-50 48.4×36 50×46

Het afspel was niet moeilijk meer.

49.36-13 24-29 50.13-30 46-28 51.30-25 12-17 52.25-3 16-21 53.3-20 29-34 54.20-38 21-26 55.38-21 17-22 56.21-16 28-14 57.42-38 34-40

0-2

En de vijfde vijfklapper kreeg vorm als de vijfde overwinning.

De memoires van Joop Burgerhout: De eerste jaren!

Uit de oude doos”

Enige tijd geleden heb ik de leden van het Leids Damgenootschap opgeroepen om bijdragen voor de website aan te leveren. Ik dacht aan fragmenten uit de onderlinge wedstrijden en aan leuke of leerzame fragmenten uit het verleden. Joop Burgerhout heeft zodanig uitgebreid op die laatste suggestie gereageerd, dat het de speelse term “uit de oude doos” verre overstijgt. Daarom heb ik de vrijheid genomen om de titel te veranderen in “De memoires van Joop Burgerhout”. Ik wens jullie veel plezier bij het lezen en kijk uit naar de volgende bijdragen van Joop!

André van der Kwartel

De memoires van Joop Burgerhout:

De eerste jaren!

Mijn oertijd …

Ergens in 1966 ben ik gaan dammen. Mijn ouders verhuurden kamers, en een van de huurders was een ambtenaar, afkomstig uit Suriname. Ik was bruin met Moluks bloed, hij was tegen het zwarte aan en zijn roots lagen in West-Afrika. We speelden dampartijtjes. De televisie stond ongetwijfeld aan in ons huis, want in het protestantse Katwijk was tv nog weinig populair. “Je haalt daarmee de duivel in huis” en we keken dus naar ieder programma. Wat niet mocht, was vaak wel lekker. Had je in de tijd al de Piraten TV? Ik weet het niet, maar daarop waren voor een jongetje in de puberteit aantrekkelijke zaken te zien. De duivel heb ik overigens thuis nooit ontmoet. Maar wel een tegenstander van formaat. Zijn naam was Ulrich Aron. Hij zou furore gaan maken in Suriname, is genoemd als kandidaat minister en zo. Deze informatie haal ik trouwens van internet, want ik heb hem tientallen jaren geleden voor het laatst gezien.

Onze dampartijtjes stonden in het teken van zetjes, kleine combinatietjes die me enorm veel verwondering opleverden. Tussen de partijtjes door keken we televisie. Positiespel speelde geen rol, alles draaide om de zetjes. Zo heb ik het spel geleerd.

Familiedammen …

Als 12-, 13-jarige jongen wilde ik alleen maar spelen. Oom Gijs (Haasnoot), de broer van mijn moeder, zou heel goed kunnen dammen. Dus ging ik naar hem toe met een dambord onder mijn arm en schijven in een zakje. Tante Cock, van oom Felix, was ook een grootheid … haar bezocht ik ook. We hadden discussies over ‘blazen’ (als je vergeet te slaan, dan mag de schijf weggenomen worden) en over de ligging van het bord en de kleur van de te bespelen velden. Moest het donkere veld links- of rechtsonder; moest gespeeld worden op witte of donkere velden?

Het eerste toernooi en knoflook!

Op 14-jarige leeftijd zat ik op ’t Visser ’t Hooftlyceum. Schoolsporten en ik was de vertegenwoordiger van klas 2f bij het dammen. Frans de Jonge zat een klas boven mij, hij was trouwens nagenoeg mijn buurjongen. Hij woonde op Parklaan 102, ik op Parklaan 56. Het was mijn eerste toernooi. Frans deed niet mee, en ik won niet, en dat kwam door de zenuwen.

Ik ben nu al jaren actief in de psychologie, en ik ga pas nu de zenuwen van toen wel een beetje begrijpen. Mijn enorme ambitieniveau stond op gespannen voet met mijn enorme angst om te verliezen. Alles draaide om winnen. Sportief was ik niet. Ik nam knoflook, rookte sigaretten en blies rookwalmen over het bord … Ik heb meer dingen gedaan, maar ach … ik was jong en nog maagd.

Ton Sijbrands en de Rijnsburgse Damclub

In 1969 kwam Ton Sijbrands naar Rijnsburg. Hij speelde daar een simultaanseance, en die was aangekondigd in de Nieuwe Leidsche Courant. Met de fiets ben ik ernaar toegegaan. Wim Leeuwenburg, drievoudig kampioen van Rijnsburg, zat naast me en ik speelde een leuke partij. De volgende dag stond er een stukje in de krant over mij (zie hieronder).

Leeuwenburg had mij dezelfde avond al lid gemaakt van de Rijnsburgsche Damclub!

De partij tegen Ton heb ik niet genoteerd. Ik wist namelijk niets van notatie. Achteraf is dat jammer, want grootmeester Sijbrands won met een combinatie die wonderschoon was. Vanaf die tijd heb ik hem bewonderd. Meer dan welke grootmeester dan ook.

Joop1

Uit het Leidsch Dagblad, 30 juli 1969

Het eerste conflict …

Pas jaren later hoorde ik dat dit stukje in het Leidsch Dagblad aanleiding was voor een scherpe brief. Jan Schoneveld, voorzitter van de Katwijksche Dam Club, was woedend op de Rijnsburgers. “Hoe halen jullie het in je hoofd om een Katwijker te ronselen?” De Rijnsburgers moesten erom lachen. De stamboom werd erbij gehaald, en ziedaar: “Jouw vader, Jacob Burgerhout, is in 1912 geboren, en weet je waar, Joop? In Rijnsburg! En jouw oma, zijn moeder, heette Janna Brussee, en Brussee is een Rijnsburgse naam”.

De Katwijkers lachten niet.

Mijn vader maakte zich alleen maar druk of ik wel genoeg deed aan mijn huiswerk. Dat was niet het geval. Een vervelend gebeurtenis maakte dat ik van de HBS gestuurd werd. In 1970 ging ik werken op de Flora bij Gert van Zuylen. Hij was een van ’s Rijnsburgs beste dammers, bloemenhandelaar en ik ging werken. ’s Avonds damde ik met Frans de Jonge en op de damclub.

Spijt …

Mijn fanatisme was enorm. Ik heb al wat schreven over knoflook, maar er was meer gaande. In mijn eerste jaar won ik de Najaarsbeker, een toernooi uitgeschreven door Wim Leeuwenburg. Ik zal het nu maar eerlijk opbiechten, ter leringhe ende vermaeck van een ieder die aangetast is door het “altijd-maar-willen-winnen-virus”. Ik heb in januari 1970 een uitslag verkeerd doorgegeven. In plaats van remise heb ik gemurmeld dat ik had gewonnen. En toen werd ik de winnaar van de beker.

Met terugwerkende kracht moet de beker naar Jac. van Egmond, maar die is al jaren dood. Ik voel nog steeds de schaamte die ik toen niet had.

Eerste resultaten

In 1970 was er sneldammen, en dat won ik. De jarenlange ervaring met de Surinaamse dammers had me geleerd om op zetjes te spelen. Ik had er aardigheid in om ingewikkelde standen op te bouwen, vooral de Partie Bonnard had mijn voorkeur. Uiteraard vanwege de vele combinaties. Ik was jong en kon heel snel en diep rekenen.

(Dat vermogen is na 50 jaar behoorlijk verdwenen, merk ik. Als jong dammertje was een variant van 15 – 30 zetten diep doorrekenen niet vreemd, maar nu zit ik te zweten op een niveau van minder dan tien zetten en dan klopt er nog geen bal van … Korsakow, Alzheimer ??? )

Techniek

Uit de beginjaren een fragment Joop Burgerhout (wit) tegen Cees Breed (zwart). Het komt uit een partij,die gespeeld werd in het kader van de wedstrijd Noord-Holland versus Zuid-Holland. Ik zat bij de jeugd, en speelde in het provinciale tiental. De datum was 28 augustus 1971 en plaats van handeling IJmuiden. Baris Dukel ontmoette ik daar. Hij was Nederlands kampioen geweest in 1956, en deelnemer aan een WK. Wat een enorm aardige vent was hij! Hij liet me openingsvarianten zien, en wat me bijstaat is dat ware kampioenen geen opscheppers zijn.

Joop2

Joop Burgerhout – Cees Breed

Na het gespeelde 23. (…) 11-17, volgde 28. 40-34 en zwart staat verloren. Er dreigt 34-30 (25×23) 28×10. Om dat te pareren komt maar één zet in aanmerking, namelijk

28 . … 4-10 en toen volgde

29. 34-30 25×34, 30. 28×19 20×29, 31. 42-37 14×23, 32. 38-33 29×49, 33. 46-41 29×27, 34. 31×4!

Nieuwe beker avonturen van LDG: de kunst van het tellen

Dinsdagavond 9 april stonden de bekerwedstrijden van de Zuid-Hollandse Dambond op het programma. LDG, Van Stight Thans, Den Haag 1 en 2, Damlust en de Hofstad Dammers namen aan dit toernooi deel. Van het deelnemend viertal van LDG was Hans Kreder al in Den Haag, maar Hans Tangelder, Koos van Amerongen en Steven den Hollander moesten met een overvolle vertraagde NS trein van Leiden naar Den Haag reizen.

drukteNS

Drie spelers van LDG op weg naar Den Haag. Helaas zijn ze niet zichtbaar vanwege de drukte.

Bij aankomst in de speelzaal waren daarom al enkele minuten van hun bedenktijd verstreken. Hans Tangelder speelde tegen Friso Fennema (Damlust) en kwam snel onder zware druk te staan, maar hield wel een gecompliceerde stelling op het bord. Friso Fennema kon Hans echter niet over de rand van de afgrond duwen, nam in tijdnood uiteindelijk een 4 om 2 naar dam, liet die weer voor 1 schijf afpakken en leed zo een heel verrassende nederlaag.

Vage notatie

Helaas is er geen reconstructie meer mogelijk van de partij van Hans.

Hans Kreder kwam tegen Gerrit van Mastright (Van Stight Thans) gewonnen te staan en wilde het afmaken door een winnende damzet te nemen. Helaas verwisselde hij bij de uitvoering van de damzet twee zetten en liep daardoor tegen een onverdiende nederlaag aan.

Steven den Hollander bleef op remise steken tegen Nizaam Muradin (De Hofstad Dammers).

Koos van Amerongen wist de sterke Berke Yiğittürk (Den Haag 1) te verslaan:

KoosBerke

Koos van Amerongen – Berke Yiğittürk 

Zwart is met solide doch maar wat saai spel prima uit de opening gekomen. Wit is er net met 25.37-31 achtergelopen. Zwart heeft meerdere opties. Na 25..17-22 greep wit zijn kans om de stand te compliceren:26.24-19! 4-10 (na 26..3-9 heeft wit de tijd om 27.41-37 in te lassen) 27.38-33 27-32* 28.35-30 en het is het niet duidelijk waar zwart het van moet hebben. Getuige het partijverloop Berke ook niet: 28..3-9 29.30-24 11-17 30.49-44 7-11 31.44-39 9-13? 32.33-29! en wit breekt op termijn door op rechts: 39-34-30-25 etc. (2-0)

Na de eerste ronde deelden Van Stight Thans, Den Haag, Den Haag 2 en LDG de eerste plaats met 5 punten, Damlust en De Hofstad Dammers deelden de laatste plaats met 2 punten.

In de tweede ronde speelde Steven den Hollander een snelle remise tegen Edwin de Jager (Van Stight Thans), hield Koos van Amerongen Erno Prosman (Damlust) knap op remise, en hield ook Hans Kreder Gerard de Groot (Den Haag 1) knap op remise.

Hans Tangelder speelde tegen Bas Baksoellah (Den Haag 2).

HansBasB

Hans Tangelder – Bas Baksoellah
Hans Tangelder nam hier een fraaie dam met 34-30 25×34 3.28-22 17×39 4.37-31 26×28 5.50-44 21×43 6.44×2 34-39 7.2×30. Helaas volgde 15-20 8.49×38 39-44 9.30-43 44-50 en Hans stond een schijf achter.

Hans bood remise aan met een schijf achterstand, omdat Bas een stuk minder bedenktijd had. Uiteraard weigerde hij dit te accepteren en werd de partij doorgespeeld, waarbij beiden spelers enkele zetten later elkaar er op moesten wijzen dat slaan verplicht is.

Uiteindelijk eindigde deze spectaculaire partij nog in remise, omdat Bas met een schijf meer vanwege zijn geringe resterende bedenktijd remise aanbod, hetgeen Hans accepteerde.

Met die vier remises stond na de tweede ronde LDG op de derde plaats met twee punten voorsprong op Damlust.

In de laatste ronde moest LDG de voorsprong op Damlust zien vast te houden.

Dat ging helaas mis omdat Hans Kreder het niet kon bolwerken tegen de sterke Erik Hoogendoorn (Damlust), Steven tegen Emre Hageman (Den Haag 1) remise speelde en Hans Tangelder blunderde tegen Harold Jagram (De Hofstad Dammers).

HaroldHans

Harold Jagram – Hans Tangelder

Na 7-11? haalde Harold Jagram verwoestend uit me de zesklapper 34-30 37-31!.

Wel behaalde Koos van Amerongen een mooie overwinning tegen Nico Leemberg (Den Haag 2).

Nadat onze partijen afgelopen waren, had Steven uitgerekend dat we altijd vierde zouden zijn. Daarom gingen we weg voordat alle partijen uit waren (dan zouden we nog rond middernacht terug zijn in Leiden). Helaas waren we de landelijke beker kwartfinale misgelopen.

Het slechte nieuws was inmiddels gedeeld via de LDG WhatsApp door Steven. Op de terugweg vertelde hij nog dat hij bij zijn studie nog een bevoegdheid had gehaald voor wiskunde docent. We twijfelden dan ook niet aan de berekening van Steven van de eindstand.

Echter even na middernacht verschenen de volgende berichten op de LDG WhatsApp:

Steven:

BekerZHDB

Steven: “Volgens mij heb ik een optelfout gemaakt”

Steven: “Geen idee of Damlust door is, of wij”

Na navraag bij de competitieleider bleek LDG toch noch derde te zijn vanwege de beste score op het eerste bord (Koos van Amerongen voor LDG 5 punten, terwijl Erno Prosman voor Damlust op 4 punten bleef steken, Koos won de eerste ronde van Berke Yiğittürk, maar Erno kwam in de laatste ronde niet verder dan remise tegen Berke).

De beker avonturen van LDG kriigen daarom een landelijk vervolg in de kwartfinale van de landelijke beker op 18 mei.

Goede start Casper Remeijer op NK

Met 5 remises en helaas een gemiste kans op een overwinning is Casper Remeijer het NK goed begonnen.

Onderstaande grafieken laten voor de gespeelde partijen van Casper de waardering van de stelling door twee computer programma’s zien. Op de X-as staat het aantal gespeelde zetten, op de Y-as de waardering van de stelling. Boven nul betekent voordeel voor wit en onder nul voordeel voor zwart. Waarde 1.0 komt ongeveer overeen met 1 schijf voordeel.

CasperRonde1

Computer waardering van de partij Casper Remeijer – Wouter Sipma, 5-4-2019

CasperRonde2

Computer waardering van de partij Anton van Berkel – Casper Remeijer, 6-4-2019

CasperRonde3

Computer waardering van de partij Casper Remeijer – Rob Geurtsen, 6-4-2019

CasperRonde4

Computer waardering van de partij Casper Remeijer – Ron Heusdens, 7-4-2019

CasperRonde1

Computer waardering van de partij Hein Meijer – Casper Remeijer, 8-4-2019

De computer grafieken laten zien dat Casper nooit in de moeilijkheden is geweest in de eerste vijf partijen, maar wel een duidelijke winstkans heeft gemist in zijn partij tegen Rob Geurtsen.

NK D1

Casper Remeijer – Rob Geurtsen, stand na 42. 31-27.

Op dit moment komt zwart na 20-24? gewonnen te staan. Aangewezen was 7-11, 28-22, 11-16. 32-28, 6-11 om de schade beperkt te houden. De partij ging verder met 29×20, 15×24, 34-29, 7-11, 29×20, 25×14.

NK D2

Casper Remeijer – Rob Geurtsen, stand na 45. 25×14.

Na het gespeelde 37-31? 26×37, 32×41 slaagde wit er niet meer in om schijf 30 te winnen of beslissend voordeel te halen. Dat was wel gelukt na 28-22! Op 14-20 volgt dan 40-34, 20-25, 34-29, 11-16, 44-40, 35×44, 39×50, 30-35, 29-24, 18-23, 33-28, 26-31, 28×17, 31×33, 50-44, enz.

We wachten met spanning af of Casper in de resterende zes rondes, die van dinsdag 9 april tot en met 13 april gespeeld
worden, nog weet toe te slaan, of tegen een nederlaag aanloopt.

Paasdamtoernooi

Op donderdag 18 april organiseert het Leids Damgenootschap weer haar traditionele Paasdamtoernooi.

Paasdammen

Op die avond worden meerdere korte dampartijen gespeeld. Daarbij wordt ervoor gezorgd dat iedere deelnemer zo veel mogelijk speelt tegen spelers van ongeveer gelijke sterkte. Dus ook mensen die alleen maar thuis zo af en toe een potje dammen, kunnen gerust meedoen. Graag zelfs!

Deelname is gratis. Van tevoren aanmelden is niet nodig.

U wordt gevraagd om uiterlijk 19:45 uur aanwezig te zijn, zodat de dampartijen om 20:00 uur kunnen beginnen. Rond 22:30 uur wordt de eindstand opgemaakt. De wedstrijden worden gehouden in ons clublokaal in het Leids Denksportcentrum, Robijnstraat 4, Leiden.

De onderlinge wedstrijden (1)

André van der Kwartel

Hans Tangelder heeft enige tijd geleden mede namens mij gevraagd om partijfragmenten of partijnotaties uit de onderlinge wedstrijden naar mij toe te sturen, zodat wij met enige regelmaat de prestaties van onze damgenoten bij de onderlinge wedstrijden met elkaar kunnen delen. Tot nu toe heeft alleen Dick den Ouden aan dat verzoek voldaan. Ik begin dan ook met zijn bijdrage:

Ouden

Dick den Ouden – Evert Bronstring

Een leuke, scherpe stand, waarin Dick met een verrassende zet komt: 37-31!? Dick speculeert met deze zet op een remisevariant die er helemaal niet in zit: (21-26?!), 25-20 (26×46), 20×9 (13×4), 22×2 maar nu kan volgen: (24-29), 2×33 (11-17), 28×19 (46×5), 33×11 (6×17) en zwart wint. Evert had kennelijk niet de moeite genomen om verder te kijken dan de slag 22×2 en speelde in de partij (11-17), 22×11 (6×17), 41-36! [Nu is (21-26) verhinderd wegens 27-21.] (23-29!?), 28-23! (19×26), 39-34 (21×43), 34×3 (43-49), 3×6 (49-21) en remise overeen gekomen.

Zelf heb ik in recente partijen ook een aantal aardige fragmenten weten te fabriceren, uiteraard altijd in noeste samenwerking met mijn tegenstanders. Twee voorbeelden:

KwartelHofwegen

André van der Kwartel – Edwin van Hofwegen, 3 januari 2019

Stand na de 33e zet van zwart.

Ik dacht hier een sterke voortzetting te zien: 34-30 (25×34), 39×30. Er dreigt 30-25 met allerlei ellende voor zwart. (20-25!?) 44-40! (25×34), 43-39 (34×32), 37×6 en ik won snel. Ik was natuurlijk zeer tevreden totdat na afloop Steven (of was het Casper?) aangaf dat zwart na 39×30 een schijf had kunnen winnen door het offer (22-28), 23×32 (20-25).

BurgerhoutKwartel

Joop Burgerhout – André van der Kwartel, 7 maart 2019

Stand na de 21e zet van wit.

Ik speelde hier (14-19) puur op positionele overwegingen. Ik ging ervan uit dat ik na 48-43 enz. duidelijk beter zou staan. In de partij kwam dat er ook goed uit. Joop signaleerde hier de volgende mogelijkheid: (11-17), 37-31 (26×28), 24-19 (13×35), 27-22 (18×27), 34-30 [Moet wel, anders wordt de dam direct met schijfwinst afgepakt.] (35×24), 38-32 (x), 42×4. Een fraaie, maar te dure damzet. Na (14-19) verdwijnt de dam toch snel met schijfverlies van het bord. Er dreigt (3-9) en als wit zijn dam terugtrekt naar bijvoorbeeld 36 volgt (12-18) en (15-20).

Ten slotte heb ik vernomen dat sommige damgenoten ook bereid waren om eens in oude schoenendozen te snuffelen om daarmee een rubriek “uit de oude doos” te vullen. Lijkt mij een leuk initiatief en ik wacht dan ook graag jullie inzendingen af. Wie weet hoeveel pareltjes we met ons allen kunnen produceren. Als er ook nog een anekdote bij valt te vertellen, is dat helemaal mooi. Misschien kunnen we daar te zijner tijd dan nog eens een klein boekje van maken. Een voorbeeld uit mijn eigen archief:

KwartelVerboom

André van der Kwartel – Wim Verboom, 7 november 1969

Het was mijn tweede seizoen bij wat toen nog de Leidse Damvereniging heette. Ik herinner mij nog dat ik enorm in tijdnood zat. Ik zag een slagzet schemeren, maar durfde het niet aan om hem door te rekenen. Ik speelde in deze toch wel gewonnen stand dus maar 38-32 en miste daarmee: 45-40! (26×37), 28-23 (19×39), 30×10 (15×4), 25×14 (9×20), 38-32 (37×28), 29-24 (20×29), 40-34 (x), 35×2.

Achterstallig verslag 3: De Hofstad dammers

André van der Kwartel

Het tiental heeft de competitie afgesloten tegen De Hofstad Dammers. Er stond voor beide teams niets meer op het spel. LDG was zeker van behoud voor de Eerste Klasse, De Hofstad Dammers wisten al dat zij veroordeeld zouden zijn tot het spelen van een promotie/degradatiewedstrijd. Misschien waren de Leidenaren door dit gegeven wat minder scherp. Bovendien moest het tiental met twee invallers aantreden. In ieder geval verloor het tiental tamelijk onverwacht met 11-9.

De wedstrijd werd zoals gebruikelijk geopend door Evert Dollekamp die een snelle remise overeen kwam met Krijn Toet.

Daarna verloor Hans Tangelder doordat hij – heel ongebruikelijk – in een slagzetje liep.

HansJaap

Hans Tangelder – Jaap van Hal

Stand na de 28e zet van zwart.

Na 41-37? Volgde: (17-21), 26×28 (23×41), 47×36 (27-32), 38×27 (25-30), 34×25 (14-20), 25×23 (18×47) en Hans kwam er niet meer aan te pas.

Peter van den Berg speelde remise. Hij kreeg een vrij gemakkelijke schijfwinst in de schoot geworpen en het was jammer dat de overblijvende stand zo veel compensatie bevatte, dat zijn tegenstander betrekkelijk gemakkelijk naar remise kon spelen.

Vervolgens speelde Maurits Meijer remise. Dat was vooral te danken aan zijn strijdlust in combinatie met slordigheden van zijn tegenstander. De manier waarop hij een schijf achter kwam, was het gevolg van een bekende manoeuvre, die ik hier nog maar eens laat zien. Iedere dammer behoort dit mechanisme te kennen. Waarschijnlijk kende Maurits hem ook wel, maar ontbrak het even aan de benodigde zetcontrole.

MauritsHugo

Maurits Meijer – Hugo Simons jr.

Stand na de 14e zet van zwart.

28-23?? (27-32!), 38×27 (22-28), 23×32 (18-22), 27×18 (12×23), 29×18 (20×27), 31×22 (17×28).

Nooit meer vergeten!

Na deze schijfwinst verkreeg zwart een gewonnen stelling, maar op verschillende momenten speelde hij niet de sterkste zetten. Het meest spectaculaire fragment staat hieronder.

MauritsHugo2

Maurits Meijer – Hugo Simons jr.

Stand na de 42e zet van zwart.

35-30 (24×35), 33-29 (4-9!?), 29×27 (35-40), 32×23 (40×18). Dit lijkt voldoende en dat had het ook moeten zijn. Maar zwart had in plaats van (4-9) krachtiger kunnen handelen: (25-30), 29×27 (28-33!) en hoe wit ook slaat, zwart komt snel op dam en wint gemakkelijk. In de partij speelde zwart nog enkele zwakke zetten en kwam Maurits met remise weg.

Jack van der Plas speelde een gelijkwaardige remise. Dat deed Evert Bronstring ook, maar dan tegen een relatief duidelijk zwakkere tegenstander. Vervolgens bracht ook invaller Hans Kolfoort een remise binnen, maar hij heeft daarbij misschien wel wat geluk gehad.

HansNuzarim

Hans Kolfoort – Nizaam Muradin

Stand na de 45e zet van wit.

De zwartspeler kon de verleiding niet weerstaan: (13-19), 24×22 (21-27), 22×31 (26×39). Maar na 38-32 leverde die actie niets op. Duidelijk sterker zou zijn geweest: (21-27), 32×21 (16×27). Zwart dreigt met (13-19), dus wit moet wel: 42-37 (3-9) en wit heeft ernstige problemen. Bijvoorbeeld: 49-43 (27-31), 36×27 (18-23), 29×18 (13×42), 38×47 (25-30), 24-19 (30-34) met voordeel voor zwart.

Hans Kreder bracht na een interessante partij de score op 8-8. Het einde van de partij was aardig om te zien.

HansBonne

Bonne Douma – Hans Kreder

Stand na de 48e zet van wit.

Zwart staat inmiddels een schijf voor, maar maakt het zich hier onnodig moeilijk: (14-20!?) [(14-19) was beter geweest om de actie 26-21 en 28-22 uit te schakelen.] 26-21 [Wit gaat te vroeg over tot actie. Meer verdediging gaf 39-33.] (17×26), 28-22 [Zelfs hier was 39-33 nog beter geweest.] (18-23), 22-18 (29-34!!) en wit gaf op.

De tweede invaller, Arjan Varkevisser, speelde verdienstelijk remise, waarna de uitslag van de wedstrijd afhing van de partij van teamleider Harry Dekker. Het zou een dramatische partij worden.

HansHarry

Hans Jacobsen – Harry Dekker

Stand na de 37e zet van zwart.

Na 47-41?? Miste zwart een verrassende damzet: (25-30), 34×25 (24-29), 33×24 (22-27), 31×22 (13-19), 24×11 (6×46). De overblijvende stand is na bijvoorbeeld 39-34 niet gewonnen, maar in ieder geval is het veel beter dan zoals het in de partij liep.

Na deze gemiste kans ging Harry in het eindspel namelijk nog dramatisch in de fout.

HansHarry2

Hans Jacobsen – Harry Dekker

Stand na de 54e zet van wit.

Zwart kan de stand hier gemakkelijk remise houden met (13-19×9). Hij speelde echter (18-23??), 39-34?? [Wit mist de winst. Na 31-27×27 is de stand gewonnen.] (14-19), 24-20 (13-18?) [Nu gaat de partij verloren:] 20-15 (22-28), 15-10 (28×26), 10-5 en zwart gaf op.

Het verrassende is dat zwart in plaats van (13-18) had moeten spelen: (22-28). 32-27 wint dan zeker niet, maar ook het voor de hand liggende 34-29 faalt: (28×26), 29×9 (19-23), 9-4 (23-28), 4-27 (28-33), 27-43 (11-17) [Nu dreigt (17-21), (26-31) en (33-38) met remise] 43-48 (33-38) en nu volgt altijd (26-31) met remise.

Tot slot

Het Leids Damgenootschap is met slechts zeven punten de competitie geëindigd op de negende plaats. De individuele scores waren:

NAAM

AW

SCORE

Hans Tangelder

11

15

Evert Dollekamp

10

13

Hans Kreder

9

10

Edwin van Hofwegen

9

9

André van der Kwartel

9

9

Jack van der Plas

9

9

Maurits Meijer

11

9

Evert Bronstring

11

9

Peter van den Berg

10

8

Harry Dekker

10

5

Joop Burgerhout

1

2

Hans Kolfoort

2

2

Dick den Ouden

3

2

Arjan Varkevisser

1

1

Hein van Winkel

2

1

De tabel illustreert de matige resultaten van het tiental. Slechts drie van de basisspelers scoorden boven hun gemiddelde. Drie spelers scoorden precies volgens hun gemiddelde en de overige bleven daaronder.

Achterstallig verslag 2: Rijnsburg

André van der Kwartel

In de laatste ronde van de provinciale competitie moest het zestal aantreden tegen de Rijnsburgse Damclub (RDC). Het had een spannende strijd om het kampioenschap kunnen worden, ware het niet dat Damlust uit Gouda al eerder zijn laatste competitiewedstrijd had gewonnen en daarmee onbereikbaar was geworden voor de concurrentie. Of dat gegeven een rol heeft gespeeld, valt niet na te gaan, maar het zestal liep tegen een onverwacht grote nederlaag aan. RDC won met maar liefst 10-2 van de Leidenaren.

Evert Dollekamp volhardde in zijn streven om zijn partijen niet langer dan de verplichte veertig zetten te laten duren en in dit geval lukte het hem door op de 37e zet een stevige blunder te begaan.

DeLeeuwDollekamp

Marco de Leeuw – Evert Dollekamp

Stand na de 37e zet van wit.
(9-14???). Ook sterke spelers maken wel eens blunders, hetgeen ons, gewone dammers, nog wel eens tot troost wil zijn. 27-21 (16×27), 28-23 (19×28), 33×11 en zwart gaf op.

Vervolgens speelde Frank Eektimmerman remise. Hij kwam vroeg in de partij een schijf achter, maar wist deze terug te veroveren, waarna de partij betrekkelijk moeiteloos remise liep. Op het moment dat Frank zijn schijf terugwint lijkt er iets vreemds aan de hand met de evaluatiefunctie van de computer:

WielaardFrank

Thomas Wielaard – Frank Eektimmerman

Stand na de 38e zet van zwart.
Eerst het partijverloop: 34-29 (13-19), 31-27 (19×28), 30-25 (2-8), 27-22 (28-32), 22×11 (6×17), 42-38? En hiermee geeft wit het laatste beetje voordeel dat hij nog had uit handen. Mijn verbazing betrof het feit dat 34-29 niet door de computer werd gesignaleerd als een foutzet. Maar de fout van wit ligt veel later, alhoewel zetten als 31-27 of 42-37 in plaats van 34-29 duidelijker zijn. Schijf 23 is immers beschermd doordat na het slaan 30-24 volgt. In feite is de zet 27-22 in het spelverloop pas de foutzet. Als wit op dat moment 42-37 speelt, kan hij alsnog op het juiste moment schijf 28 veroveren.

Hans Tangelder verloor omdat hij ditmaal de grenzen van de speelbaarheid van standen te ver op wilde rekken.

TangelderStar

Hans Tangelder – Jan van der Star

Wit staat al niet zo heel goed, maar na 27-21 ging het snel mis: (30-35), 38-33 (35×44), 39×50 (11-16), 32-27 (18-22), 27×18 (16×36) en wit kwam twee schijven achter.

Harry Dekker verloor nadat hij in het middenspel een wat ongelukkige opbouw had gekozen, waarna hij positioneel steeds slechter kwam te staan.

Steven den Hollander speelde remise in een partij waarin de remisemarge nooit in gevaar kwam.

De wedstrijd werd afgesloten met een nederlaag van Casper Remeijer. Gezien het goede seizoen dat Casper achter de rug heeft, mag dat wel een grote verrassing worden genoemd. Vooral ook door de manier waarop het verlies tot stand kwam. Casper heeft in deze partij eigenlijk geen kans gehad.

Achterstallig verslag 1: Den Haag

André van der Kwartel

De trouwe volgers van deze website hebben nog drie verslagen te goed van de verrichtingen van respectievelijk het Tiental tegen de Damclub Den Haag, het Zestal tegen de Rijnsburgse Damclub en het Tiental tegen De Hofstad Dammers. Ik ben wat achter geraakt met de verslaglegging, maar die achterstand zal snel worden ingelopen. Als eerste het verslag van de wedstrijd van het tiental tegen de Damclub Den Haag uit de tiende ronde van de landelijke competitie. De wedstrijd eindigde in een verdienstelijke 10-10 tegen het team dat uiteindelijk op de tweede plaats zou eindigen.

Evert Dollekamp opende de score door alweer een snel behaalde schijf winst moeiteloos naar winst te schuiven. Het was een eenvoudige, maar in een bepaald opzicht toch ook verrassende schijfwinst.

FransTEver

Frans Teijn – Evert Dollekamp

Stand na de 12e zet van zwart.

37-32?? (22-28!), 32×23 (21-27), 31×22 (13-18), 22×13 (8×28), 33×22 (24×44), 43-39 (44×33), 38×29 (20-24), 29×20 (15×24). De eenzame voorpost op 22 werd vervangen door een nog eenzamere voorpost op 19 die vervolgens eenvoudig werd opgepeuzeld. Hoewel wit nog lang tegenstribbelde werd de klus binnen twee uur geklaard.

Den Haag kwam op gelijke hoogte doordat Jack van der Plas – in deze wedstrijd spelend aan het eerste bord – al vroeg in de partij op een schijf achterstand kwam.

JackNicoL

Jack van der Plas – Nico Leemberg

Stand na de 14e zet van zwart.

Wit heeft zijn stand iets te optimistisch ingericht. De schijf op 23 is lastig te verdedigen. Het beste lijkt nog 39-34 (10-14), 43-39, alhoewel dat er nogal geforceerd uitziet. In de partij speelde wit echter 49-44?? (22-27!) met een onweerlegbare dreiging. Op 37-32 volgt (11-16×27). In de partij speelde wit 39-34, waarna volgde: (26-31), 37×26 (27-32), 38×27 (20-25), 29×20 (18×49). 26-21 (25×14), 21-16. Zwart stond een schijf voor en wit kwam er niet meer aan te pas.

Na geruisloze remises van Hans Kreder en Edwin van Hofwegen mocht ik de stand op 5-5 brengen. Maar zoals wel vaker in deze competitie liet ik weer eens de winst liggen. Vermoedelijk zelfs meer dan één keer. Maar één fragment is overduidelijk.

AndreeGerard

André van der Kwartel – Gerard de Groot

Stand na de 31e zet van wit.

Hoewel… overduidelijk? In de diagramstand speelde zwart (8-12!?). Waarschijnlijk speculeerde hij op: 28-22?? (12-17), 22×31 (13-19), 24×22 (17×48) en nu kan wit de zwarte dam niet direct afpakken met 31-26 wegens de meerslag naar veld 6. Na afloop gaf mijn tegenstander aan dat wit hier winst had kunnen forceren met 40-34 en de dreiging 34-30. Dat klopt echter niet vanwege (21-26×17), waarna zwart met (3-9) de dreigende slag naar veld 8 kan neutraliseren. De computer komt echter wel degelijk met een verrassende winnende actie: 24-19!! (13×24), 37-31. Ik heb geen seconde naar dit offer gekeken. In de partij speelde ik 28-23.

Tegen het eind van de partij miste ik nogmaals de winst, maar één keer mezelf in het openbaar kritiek geven lijkt mij genoeg. Debutant Joop Burgerhout deed het aanzienlijk beter, waarbij moet worden opgemerkt dat zijn tegenstander een wel heel ernstige fout maakte.

JoopPlodder

Joop Burgerhout – Piet Lodder

Stand na de 38e zet van wit.

Na (17-21×21) is de stand gelijkwaardig, maar zwart speelde (20-24??). Natuurlijk volgde 27-22 (18×27), 32×21 (16×27), 28-23 (19×28), 30×10 en wit won snel.

Hans Tangelder bracht de volgende remise binnen en daar mocht hij zijn tegenstander dankbaar voor zijn. We komen erin als de stand voor Hans al enige tijd uitzichtloos is. Maar Hans hanteert het gezonde principe “Opgeven kan altijd nog.”

HanTRoyB

Hans Tangelder – Roy Bidesi

Stand na de 51e zet van wit.

Zwart kan hier de stand gemakkelijk in het slot gooien met (14-19), 40-34 (11-6). Maar zwart speelde direct (11-16) en dat was een slordigheidje. Wit kan nu een taaie verdediging bouwen met 27-22 (18×27 anders breekt wit door), 21×32 en de actie (25-30-34-39) blijkt onvoldoende voor de winst. Wit mist echter deze mogelijkheid: 40-34? (14-19), 27-22 (18×27), 21×32 (16-21??) [Een ernstige fout van zwart. (17-22) is eenvoudig gewonnen.] 32-28 (12-18), 45-40 [Dit had de verliezende zet moeten zijn. 44-39 geeft nog kansen op remise.] (17-22), 26×17 (22×24), 17-11 (19-23), 11-7 (18-22??) [Een moment van damblindheid? (24-30) is direct gewonnen.] 44-39 (35×33), 7-1 en remise overeengekomen.

Vervolgens verloor Harry Dekker. Harry is de laatste tijd in een wat mindere vorm. Ook in deze partij valt nauwelijks een duidelijke fout aan te geven. Hij kwam gewoon langzaam steeds slechter te staan en verloor. Als nuancering moet wel worden aangegeven dat zijn tegenstander zo’n 200 ratingpunten sterker was.

Evert Bronstring bracht de stand met een remise op 9-9, maar zijn fraaie partij had een beter lot verdiend en dat had ook gemakkelijk gekund.

EvertBBas

Evert Bronstring – Bas Baksoellah

Stand na de 51e zet van zwart.

Wit is aan zet en kan in één zet winnen: 6-1!! Ga het zelf maar na: (35-40) werkt niet. Op (12-17) volgt 1-6 of 1-12. In de partij werd gespeeld: 44-39 Nu kan zwart remise houden met (24-29) vanwege de plakmogelijkheid (29-33), maar hij speelde (12-17), 6-1 (24-30). Nu kan wit weer in één zet winnen door 1-34, maar ook dit moment wordt gemist. Gespeeld werd 42-37?, waarna verrassend volgde: (8-12), 1×3 (27-31) en remise gegeven.

Maurits Meijer sloot de wedstrijd af met een remise die na een merkwaardige partij tot stand kwam. Maurits kwam vroeg in de partij een schijf achter, won deze terug ten koste van een kwetsbare voorpost. Die ging ook weer verloren, maar inmiddels had Maurits zo veel compensatie gekregen dat zijn tegenstander de gewonnen schijf maar weer terug offerde en er alsnog remise overeen werd gekomen. Een partij met een verhaal, maar niet echt opwindende momenten.