Evert Dollekamp
De Snor
Bij gebrek aan beter en gebrek aan fantasie en te lui om verder te zappen, kijk ik soms wel eens naar Voetbal International op SBS. Een ongelofelijk slecht voetbalprogramma, vooral omdat het regelmatig niet over voetbal gaat. En als het er wel over gaat is gezeur en minachting over het vertoonde schering en inslag. Nu is dat voor een keertje wel leuk, maar het gaat op een gegeven moment vervelen. Het is me nog nooit gelukt het programma een keertje helemaal uit te kijken. Alleen als Jan Boskamp op bezoek is, is het nog wel uit te houden. Maar dat is toch vooral als hij weer eens in de zeik wordt genomen door zijn tafelgenoten. Ik moet bekennen dat ik daar ook wel om kan lachen.
Maar helaas is Boskamp niet altijd van de partij, zodat je je moet behelpen met René van der Gijp en Johan Derksen en een verdwaalde studiogast. Nooit geweten dat je met zoveel platvloersheid zoveel geld kunt verdienen. Dan doe ik toch iets verkeerd. Men kan van mij veel zeggen, maar niet dat ook ik veel diepgang heb. Aan mijn bankrekening is het helaas niet te merken.
Nu vergeet ik bijna Wilfried Guinee, de spelleider in genoemd programma en die altijd heel erg zijn best doet belangrijk te worden gevonden. Ik kwam Guinee een keer tegen in een wegrestaurant waar hij erg zijn best deed om een BN-er te zijn. Toen ik hem vroeg bij een lopend buffet even door te lopen (waar is het anders een lopend buffet voor) keek hij zichtbaar verstoord om. Toen ik geen enkele blijk van herkenning gaf (ik herkende hem natuurlijk wel, maar deed of ik niet wist wie hij was) was de teleurstelling van zijn gezicht af te lezen. Aan de kant ging hij overigens niet, dit even terzijde (wat hij dus ook niet deed).
Waarom al deze wetenswaardigheden op een damsite Dollekamp mien jong. Dat is De Snor. Johan Derksen gaat onder deze schuilnaam door het leven omdat hij een hele mooie snor heeft. Nou ja, mooi … snor dus. Laatst nog kwam ik een echt mooie snor tegen bij de Hoogvliet. Zo’n mooie krulsnor met de punten naar boven. Ik heb zelfs gemeend deze meneer met zijn uithangbord te complimenteren. Even terzijde: werkelijk dezelfde dag werd ik met mijn Feyenoord-mondkapje aangesproken door een erg blije Rotterdammer: ‘Het was gisteren weer een geweldige dag voor Feyenoord!’ Bleek dat aartsrivaal Ajax in de Champignonscup was uitgeschakeld.
Als we het in de zogenaamde damwereld over De Snor hebben, dan spreken we natuurlijk over Harm Wiersma. Zijn successen zijn nauwelijks op te noemen, dus daar begin ik niet aan. Maar als je zes keer wereldkampioen bent geweest, dan is er geen twijfel wie de beste Nederlandse dammer aller tijden is. En als je zijn laatste jaren bij Hijken DTC bekijkt, heeft Harm er nog steeds de wind flink onder. Ik geef het je te doen om in een beresterke competitie, waarin een enkele uitzondering daargelaten iedereen tegen je op remise loopt te spelen, jaar na jaar een vette plusscore weet neer te zetten. Het was nog maar even geleden of Wiersma werd topscorer van de NC. En dat op zijn ouwe dag, zijnde ergens rond de 65.
Evert Bronstring heeft volgens toernooibase veertien maal tegen Wiersma gespeeld. Score ongeveer 50%. Ik bedoel de helft remise en de rest verloren. Evert ging zoals tegen iedereen niemand uit de weg. Zodoende ving hij ook wel eens een grote vis. Maar in het NK van 1972 kwam hij er tegen Harm niet aan te pas. Evert speelde zijn geliefde 33-28-opening-met-alle-gevolgen-van-dien. Va banque als zo vaak speelde Evert zijn troeven uit totdat een over het hoofd geziene ruiten zeven schijfverlies inluidde. Ik heb ondanks mijzelf de partij op toernooibase even snel nagespeeld en dacht van: zulke fratsen kun je tegen Wiersma toch maar beter niet uithalen. Of juist wel! Want de enige kans tegen dergelijke grootmeesters is het spelen van je eigen spel. En dan maar zien waar het schip strandt.
Wiersma won het NK van 1972 met de fenomenale score van 8-3-0. Drie spelers ontsnapten met remise, waarschijnlijk nog fortuinlijk ook. 1972, dan praat je werkelijk waar over bijna vijftig jaar geleden. Wiersma was toen nog maar een teenager.
Wie is/was er nu sterker: Sijbrands of Wiersma. Ik wil deze vraag met een volmondig ja te beantwoorden. Maar ik ga voor Wiersma. Want hij heeft tegen mij nog nooit een punt laten zitten. Sijbrands wel. Duidelijker kan ik het niet maken. Lolbroeken die opmerken dat ik nog nooit tegen Wiersma heb gespeeld, moet ik helaas het voordeel van de twijfel gunnen. Maar ook is het waar dat Wiersma in zijn actieve NK historie mij consequent heeft ontweken. Bij mijn deelnames in 1984 en 1991 ontbrak er van Wiersma elk spoor.