Competitie 2023 – 2024 Ronde 7

André van der Kwartel

Feestdagen en jaarwisseling zijn voorbij. Voor sommige dammers een gelegenheid om allerlei kerst-, eindejaars- en/of oliebollentoernooien te spelen, voor anderen om een paar weken juist niet achter een dambord te gaan zitten. Maar vanaf begin januari moesten alle dammers weer aan de bak. Op 4 januari verzorgde Koos van Amerongen een uitgebreide training voor de leden van het Leids Damgenootschap. Uitermate leerzaam. Op 6 januari moest het achttal aantreden tegen het tweede team van 020 uit Amstelveen, waarin sommigen het geleerde direct in praktijk brachten. Het werd een verdienstelijk gelijkspel, maar er had duidelijk meer in gezeten. Op 11 januari moest het provinciale zestal spelen tegen Gouda Damlust 1. Het werd, zoals verwacht mocht worden, een stevige nederlaag na zes spannende partijen.

Achttal

020 kwam op voorsprong doordat Peter van den Berg zich liet verrassen. Of trapte hij in een lokzet? Na de 22e zet van zwart (17-21) stond de volgende stand op het bord:

Peter van den Berg – Laura Ratniece

Er is helemaal niets mis met 36-31, maar ik kan mij wel een beetje voorstellen dat Peter zijn stand wilde hergroeperen met 32-27×37. Maar hij heeft gemist dat zwart op dit moment al met een damzet dreigt…

32-27?? (23×32!), 27×16 (7-12), 38×27 (14-20), 25×23 (24-30), 35×24 (13-19), 23×14 (9×47).

Wit speelde nu 43-39. Dat lijkt de schade te beperken, maar na (12-17), 48-42 enz. is de lange vleugel van wit dermate uitgedund, dat zwart de partij moeiteloos naar winst schoof. KR adviseert om na de damzet voort te zetten met 40-34 en de dam met schijfverlies af te pakken, maar ook dat lijkt een kansloze missie.

Al snel hierna bracht Joop Burgerhout beide teams weer op gelijke hoogte. In een stelling die zich nog ruim binnen de remisemarges bevond, beging zijn tegenstander een positionele blunder die hem op een virtuele schijf achterstand zette. Joop haalde de winst soepel binnen.

Huub Kroes – Joop Burgerhout

Stand na de 38e zet van zwart.

De meeste dammers zullen voor hun geestesoog de zwarte aanval op de witte lange vleugel zich zien ontrollen. Daar moet je iets aan doen. Ofwel de verdediging proberen te versterken (49-43) ofwel een tegenactie organiseren op de andere vleugel (25-20, wat KR adviseert). Wit speelde 49-44?? en deed dus geen van beide. KR laat zijn waardering omslaan van -0.03 naar -1.72.

Vervolgens speelde Hein van Winkel gelijkwaardige remise, maar hij verzuimde daarbij in de opening een klein voordeeltje mee te pakken.

Hein van Winkel – Rajiv Balradj

Stand na de 12e zet van wit.

Zwart speelde hier (12-17) en wit antwoordde met 34-29×30. Hij had zwart echter met een korte vleugelopsluiting kunnen opzadelen door 37-31! (21-26) is namelijk verboden door: 33-28 (26×37), 28×10 (37x28A), 35-30 (5×14), 30-24 (20×29), 34×21.

A) Als zwart (5×14) slaat verliest hij ook een schijf na 32×41.

Wat de stand na de opsluiting 31-26 precies waard is, valt moeilijk vast te stellen, maar KR geeft ruim voordeel aan de witte stand. Jack van der Plas bracht de stand op 4-4, maar het lijkt erop dat hij een kans heeft laten lopen om LDG op voorsprong te zetten.

Paul Lohuis – Jack van der Plas

Stand na de 33e zet van wit.

Zwart speelde hier (3-8). Een zware keuze. De kracht van deze zet is dat na 42-37 het offer van Dussaut mogelijk wordt: (16-21), (24-29), (18-22). Het effect daarvan valt na 37-31 echter tegen. In de partij speelde wit 40-34 en de partij werd na een grote afwikkeling remise gegeven.

KR adviseert voor de diagramstand (17-21!) en geeft zwart groot voordeel. Als we de mogelijke sprongen van een kat in het nauw negeren, lijken de volgende zetten voor de hand te liggen: 40-34 (21-26), 42-37 en nu (15-20!!). Ik geloof niet dat ik deze zet vanuit de diagramstand achter het bord zou hebben gevonden. Op 28-22 volgt eenvoudig (3-8) en wit mag het verder uitzoeken. Dus: 34-29 (23×34). Na 37-31×41 of 28-22 volgt (34-40) en wit staat een schijf achter. Dus: 27-22 (18×27), 32×21 (16×27), 28-23 (19×28), 30×17 (27-31!!) en er is een bizarre situatie op het bord verschenen, die in ieder geval wint voor zwart.

Hans Tangelder speelde remise in een partij waarin zijn tegenstander vrijwel steeds de beste kansen had. Nadat deze op de 46e zet een kansrijk offer achterwege liet, liep de partij snel remise. LDG kwam op voorsprong door een overwinning van Edwin van Hofwegen die op het laatste moment voor uw verslaggever was ingevallen.

Wiebo Drost – Edwin van Hofwegen

Stand na de 45e zet van zwart.

Tot nu toe was er niets spectaculairs gebeurd. Edwin had naar eigen zeggen goed opgelet bij de trainingsavond die door Koos van Amerongen was verzorgd. Een citaat: “Tempo’s pakken, schijven goed verdelen, keuzes openhouden, en formaties houden richting het centrum.” Met deze uitgangspunten kwam Edwin duidelijk beter te staan. (Zie diagram) Maar na 33-28 (13-19) is er volgens KR nog geen sprake van winnend voordeel. Wit speelde echter het zwakke 44-40? (17-22), 48-42 (11-17), 31-26 (22×31 (26×37), Zwart kan nu de volle winst binnen halen door (17-21!). Speel een paar variantjes en je zult zien dat wit helemaal nergens meer komt. Het zou een prachtige overwinning zijn geweest. Maar zwart speelde: (17-22??) en gaf daarmee wit de gelegenheid tot 32-27 (22×31) 37×26. Het is duidelijk dat zwart na (23-28×27) nog steeds veel beter staat, maar KR oordeelt dat wit nu nog steeds remise in handen heeft. Wit verdedigde zich echter niet op zijn sterkst en zwart behaalde alsnog een prachtige overwinning.

Hans Kreder speelde een boeiende partij, waarin hij wel steeds het beste van het spel had, maar tot aan de 50e zet bleven beide partijen ruim binnen de remisegrenzen. In het eindspel begon zijn tegenstander echter te knoeien en bereikte Hans een gewonnen stand die hij echter met één zet weer vergooide.

Hans Kreder – Gerrit Tigchelaar

Stand na de 57e zet van zwart.

Wit speelde hier 14-9?? en moest na (12-18!) constateren dat zwart na damhalen altijd een remise brengende plakker heeft. 14-10 had een gewonnen stand opgeleverd. Bijvoorbeeld:

A) (30-35), 39-34 (11-17), 10-4 (17-22), 4-10.

B) (8-13), 10-5 (13-19), 33-28 (23×34), 5×45.

Rudi van Velzen speelde een partij waarin hij langdurig onder druk stond. Hij hield moedig stand tot aan de 49e zet. Toen maakte hij de verkeerde keuze, waardoor hij verloren kwam te staan en LDG een wedstrijdpunt misliep.

Rudi van Velzen – Hans van den Heuvel

Stand na de 48e zet van zwart.

Een lastige stand. Er valt iets te zeggen voor de strategie 23-18-12 en 32-27-21-16. Maar de vraag is in welke volgorde die zetten gespeeld moeten worden. KR waardeert op dit moment de stand op remise, maar na Rudi’s zet 23-18? verklaart KR de stand in alle varianten verloren.

De remise variant van KR ziet er als volgt uit: 32-27 (30-35) [Op (25-30) volgt het nuchtere 23-18] 27-21 (20-24) [Op (35-40) volgt 33-29] 21-17 (35-40), 17-11 (40-44), 11-6 (44-49) [Op (44-50 volgt het onwaarschijnlijke 37-32 (50×41), 6-1 (41×10), 1×40 en KR verklaart deze vier-om-twee doodleuk tot remise. Ik zou er achter het bord niet op durven gokken.] 6-1 en ondanks potentiële vangstellingen houdt KR deze stand nog steeds remise.

Zestal

Het zestal liep in deze ronde tegen een enorme zeperd op. Met maar liefst 1-11 werd verloren van het eerste team van Damlust Gouda. Dat het verlies bij iets meer alertheid van de LDG-ers aanzienlijk lager had kunnen uitvallen, is maar een schrale troost.

Hans Tangelder verloor als eerste. Hij had de gehele partij onder druk gestaan, maar beging ook een wel erg eenvoudige fout.

André Venema – Hans Tangelder

Stand na de 34e zet van wit.

De witte dreiging is er al, maar kan nog worden weerlegd. (11-17??), 25-20! (14×25) [ Daar gaat de weerlegging.] 44-40 (45×23), 28×8. Na nog zeven zinloze zetten gaf zwart op.

Joop Burgerhout was de tweede die opgaf. Te zeer geïmponeerd door het klassenverschil met zijn tegenstander (Erno Prosman) speelde hij een kansloze partij. Hans Kreder was de volgende die een nederlaag moest incasseren. Aan het zesde bord trof hij een invaller die te sterk voor hem was. Het cruciale moment in zijn partij deed zich voor op de 39e zet.

Friso Fennema – Hans Kreder

Stand na de 38e zet van zwart.

28-22! Een sterke zet. Wit dreigt met 27-21 (26×28), 32×3 en als zwart die dreiging wil weerleggen volgt het sterke 22-17. Fennema zelf geeft op Toernooibase aan dat zwart nu het beste kan spelen: (16-21), 27×16 (18×27), 32×21 (26×17), 16-11 (17-22), 39-34 (6×17), 34-30 (25×34), 40×20 en voegt daaraan toe: “… maar dat doe je niet voor de lol.” KR ziet in de stand na (22-28) nog steeds remise. Ook kiest KR na de zet 28-22 voor een andere reactie van zwart, namelijk (24-30×30). 22-17 wordt nu beantwoord met (30-34) en (18-23). Op 32-28 volgt (16-21) en ook die voortzetting valt volgens KR nog steeds binnen de remisegrenzen.

Ik had weer eens last van wat ik langzamerhand mijn “spokensyndroom” ga noemen. Tegen het einde van – soms een goede – partij ga ik spoken zien en de meest idiote blunders maken. In mijn volgende verslag kom ik daar – helaas – nog op terug. Het overkomt mij te vaak.

In dit geval offerde ik in het eindspel twee schijven om vervolgens te ontdekken dat de overblijvende stand gemakkelijk te winnen was voor mijn tegenstander. Op het moment van het offer had ik nog remise in handen. Vervelend, maar in dit geval kon ik er vrede mee hebben omdat achteraf bleek dat mijn tegenstander al veel eerder had kunnen winnen:

Erik Hoogendoorn – André van der Kwartel

Stand na de 43e zet van wit.

Zwart kan hier remise forceren door: (16-21), 22-18 (21-27). Nu is 47-42 remise door: (8-13), 18-12 (13-19), 24×4 (20-24). Zwart kan dus op veld 32 komen, waarmee de remise verzekerd is. In de partij heb ik deze variant gemist. Ik speelde (8-12?). Erik antwoordde met 48-42, maar dat is nog steeds remise. Kingsrow concludeert na lang rekenen (44 ply diep!) dat de stand na 24-19 in alle varianten gewonnen is voor zwart.

Door remise te spelen redde Rudi van Velzen de spreekwoordelijke eer van LDG. Nou ja, eer… Hij kreeg het voor elkaar om in één partij twee keer een totaal gewonnen stand remise te laten lopen. Ik zal alleen het tweede moment laten zien.

Rudi van Velzen – Henk Meester

Stand na de 56e zet van zwart

Partijverloop: 18-12?? (44-50) Dreigt (50-45). 4-18 (50-17), 12-7 (17-12), 7-1 en remise overeengekomen.

In de diagramstand wint 18-13 vrijwel moeiteloos. Bijvoorbeeld: (21-26), 13-8 (44-49), 32-28 (49-38), 29-23 (38-21), 8-3. Ten slotte moest ook Steven den Hollander verlies incasseren. Dat was zuur, want hij had in een heerlijk complexe partij huizenhoog gewonnen gestaan. Ik wil één belangrijk moment presenteren:

Steven den Hollander – Teun van de Krol

Stand na de 36e zet van zwart.

In de partij werd 34-29 gespeeld, maar in de commentaren ging het vooral over de variant: 32-27 (18×29), 34×23 (30-34), 39×19 (20-24), 19×30 (25×45), 38-32 (14-20), 43-38 (20-25), 27-22.

Steven had deze variant uiteraard gezien, maar vertrouwde de doorbraak van zwart niet. In werkelijkheid staat hij in deze variant volgens KR inderdaad huizenhoog gewonnen.

One comment

  1. Edwin schreef:

    Mooi verslag en interessante vondsten!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *