Archive for 27/02/2020

Zestal eindigt als zesde

André van der Kwartel

Het zestal van het Leids Damgenootschap is in de Hoofdklasse van de Zuid-Hollandse Dambond op de zesde plaats geëindigd. Daarmee valt te leven. Het vorige seizoen speelde het zestal tot in de laatste ronde mee om het kampioenschap, maar ik had toen het gevoel dat we wat boven onze stand leefden. In de middenmoot voelt dit zestal zich goed thuis.

De laatste ronde ging tegen het zestal van VELO uit Wateringen. Deze vereniging was helaas niet in staat om zes spelers op de been te krijgen, zodat Casper Remeijer aan bord één ongetwijfeld tegen zijn zin een gemakkelijke avond had.

Koos van Amerongen overspeelde tussen de 32e en de 35e zet zijn tegenstander, die op de 36e zet definitief ten onder ging.

Zestal_VELO_1

Walter Thoen – Koos van Amerongen

Wit aan zet.

Partijverloop: 33-28? (23-29!), 27-22 (18×27), 32×21 (16×27), 31×22 (29-34) en wit gaf op.

In de diagramstand had wit nog enige weerstand kunnen geven met 45-40. (30-35) is dan verhinderd 33-28 (35×44), 28×19 (13×24), 27-21 (16×27), 31×2. Dus een mogelijk vervolg zou dan bijvoorbeeld zijn: (17-22), 40-35 (22-28!), 33×22 (30-34), 26-21 [ Op 43-39×49 volgt (16-21), 27×7 (18×47), 7×9 (25-30) met winst.] (11-17), 22×11 (6×26) en wit blijft onder grote druk staan.

De remise van Steven den Hollander zal hem ongetwijfeld hebben tegengevallen, maar dan had hij ook maar niet zo doldriest in de aanval moeten gaan. Nu kon zijn tegenstander een remise brengende combinatie afdwingen:

Zestal_VELO_2

Steven den Hollander – Arie Stoorvogel

Stand na de 42e zet van wit.

(8-12!) [Dreigt (12-18)] 28-23 (13-19), 23×14 (9×20) [ Dreigt (24-30)] 34-29 (12-18), 22×13 (3-8), 13×2 (21-27), 2×30 (25×41), 46×37 (20-24×24) en remise overeen gekomen.

Hans Kreder speelde remise, maar had eigenlijk met 4-0 moeten verliezen, als dat mogelijk zou zijn. Tot twee keer toe miste zijn tegenstander de winst.

Zestal_VELO_3

Hans Kreder – Aad Schrader

Stand na de 47e zet van wit.

Zwart kan hier winnen met (21-26), 29×20 (15×24). Niet dat het gelijk uit is, maar zwart wint minstens een schijf en/of breekt door naar dam.

Na het gespeelde (3-9), 29×20 (15×24!?) krijgt wit nog een verrassende mogelijkheid om de stand gelijk te houden: 37-31! (36×27), 28-23 en nu bijvoorbeeld: (9-14), 47-41 (25-30), 43-39 (27-31), 41-36, enz.

Wit benutte die mogelijkheid echter niet (hij speelde 47-42) en enige zetten later was de volgende stand ontstaan:

Zestal_VELO_4

Hans Kreder – Aad Schrader

Stand na de 52e zet van zwart.

Wit staat nog steeds verloren, maar bouwt een verrassende verdediging in, speculerend op de gretigheid van de zwartspeler: 34-29! (26-31?), 37×26 (36-41??), 32-28! (22×24), 42-37 (41×32), 38×16 en remise overeengekomen.

In de diagramstand kan zwart de winst zeker stellen door iets meer geduld op te brengen. Eerst (22-27) en daarna pas doorbreken wint snel.

Ik mocht zelf met een overwinning de stand op 8-2 brengen. Mijn tegenstander overzag in een gelijkwaardige stand een klein zetje, verloor een schijf en de partij. De eerlijkheid gebiedt mij echter toe te geven dat mijn tegenstander helemaal niet in een gelijkwaardige stand had behoren terecht te komen. Tijdens de partij negeerde ik een belangrijke mogelijkheid op groot voordeel.

Zestal_VELO_5

Ben de Koning – André van der Kwartel

Stand na de 16e zet van wit.

Natuurlijk had ik wel naar (21-27) gekeken, maar met mijn weerzin tegen (vervlakkende) afruilen koos ik voor (13-18) en kwam niet tot voordeel. (21-27) leidt echter tot veel groter voordeel dan ik in de partij had gezien: (21-27), 32×21 (17×37), 42×31 [Beter dan 28×17 want dan volgt (12×21), 42×31 (21-26), 31-27 en wit heeft op beide vleugels een probleem.] (10-14), 28×17 (12×21) en zwart heeft duidelijk het betere van het spel.

Hans Tangelder speelde ten slotte remise, maar ook hij mocht daarover zijn handen dichtknijpen, zoals het volgende fragment laat zien.

Zestal_VELO_6

Edwin Remmerswaal – Hans Tangelder

Stand na de 46e zet van zwart.

Wit was zich kennelijk niet bewust van zijn betere stand, want hij speelde hier 38-32? (27×38), 33×42, waarmee hij veel van zijn voordeel opofferde.

De computer komt met de volgende variant: 23-19 (9-14), 19×10 (15×4), 29-23 (8-13), 39-34, enz. Het is duidelijk dat wit zijn grote voordeel in stand houdt.

Ten slotte, bij wijze van toegift, een fragment uit de bekerwedstrijd tussen Joop Burgerhout en Peter van den Berg. Hij is na te spelen op Toernooibase:

partij Joop Burgerhout – Peter van den Berg

en volgens Hans Tangelder een goed voorbeeld hoe je voordeel kunt halen uit een naamloos skelet. Hans signaleerde bovendien ook nog een gemiste kans in deze partij:

Zestal_VELO_7

Joop Burgerhout – Peter van den Berg

Na (1-7?) miste wit de volgende afwikkeling: 24-19 (13×44), 34-29 (23×34), 32×1 (21×32), 1×2!!!

Schakende dammers stunten met winst op RDC Rijnsburg

Steven den Hollander

Sinds afgelopen zomer heeft LDG er maar liefs zes nieuwe leden bijgekregen. Deze leden hadden een klein voordeel, ze wisten al hoe een dambord eruit zag, en dat de stukken wit en zwart zijn. Het bord waarop ze normaal spelen is weliswaar iets kleiner, het aantal stukken iets minder en het geluid tijdens de wedstrijden gedempter. Toch doen deze schakers al heel erg leuk mee in de Derde Klasse van de ZHDB, wat aangetoond wordt met een zeer knappe tweede plek. Ook pikken ze al geregeld (bijna) een puntje (of twee) af van gerenommeerde dammers op de onderlinge. Zo heeft André mij wel eens toegefluisterd ze niet al te veel en hard te trainen, na een zeer zwaar bevochten overwinning op Wim Zwinkels.

Nadat de schakers al enthousiast aan de slag gingen met de Van der Wal, Wiersma en Sijbrands mappen werd er wel duidelijk wat er (bij een aantal) ontbrak. Discipline. Na keiharde onderhandelingen kwam daar afgelopen herfst verandering in. De Leidsche Dick Advocaat werd ingehuurd. Succestrainer die al meerdere van zijn pupillen naar Nederlandse Kampioenschappen heeft geloodst. Met deze succesformule kon het toch eigenlijk niet meer misgaan? Zeker niet toen de eerste twee wedstrijden tegen Reeuwijk en Delft gewonnen gingen.

Het eerste scheurtje diende zich aan tegen Scheveningen. Tegen al dat vrouwelijk schoon moest het eerste wedstrijdpunt cadeau worden gedaan. Maar de verliespartijen tegen Rijnsburg en Alphen kwamen hard aan. Waar aan het begin openlijk gesproken werd over een kampioenschap sloeg de twijfel nu toe. Maar wat helpt het beste tegen een crisis? Juist, een overwinning. En daarvan vielen er twee op rij, waarna LDG zich weer mengde in de titelstrijd. Helaas zorgde wederom een gelijkspel tegen Scheveningen ervoor dat het kampioenschap alleen nog maar bij uiterst bizarre uitslagen behaald kon worden.

Afgelopen vrijdag traden de titanen aan tegen koploper Rijnsburg. In de heenwedstrijd leek Leiden al een wedstrijdpunt uit het vuur te slepen, maar een gebrek aan ervaring brak de helden toen op. Rijsnburg wou niets aan het toeval overlaten, en kwam met een extreem sterke opstelling. De tot nu toe ongeslagen topscoorder Rinus Kromhout en de minstens zo sterke dochter Mariëlle zaten op de eerste twee borden. Op bord 3 zat Jan Oudshoorn, die met een rating van 900 ook meer dan goed mee kan in de derde klasse. Op bord 4 waren er wellicht wat kansen, daar zat Gert van Delft, waar Quirinius in de heenwedstrijd van had kunnen winnen.

Dan de opstelling van Leiden. Robert had met een online generator bepaald wat de opstelling zou worden, en daaruit bleek dat Eelco met zijn geliefde zwarte kleur Mariëlle mocht bestrijden op bord 1. Quirinius lootte tegen Rinus Kromhout, een zware opgave. Eric tegen Jan Oudshoorn gaf een mooie clash tussen Katwijk en Rijnsburg. Daan kon een keer lopend naar een wedstrijd komen, en trof dus Gert. Normaal gesproken zou een 6-2 nederlaag de meest realistische uitslag zijn, maar zoals altijd worden de wedstrijden nog steeds bepaald op het bord, en niet op papier.

afbeelding1

Toen ik rond 21.15 aankwam bij de speellocatie van RDC Rijnsburg trof ik Daan rokend daarvoor. Niet geheel positief gestemd. De loting was natuurlijk zwaar, Eelco stond al een dam achter, en de rest stond allemaal ook al onder druk. Dat ging dus al lekker. Eelco stond inderdaad al verloren, en speelde voor de vorm nog even door. Natuurlijk geen schande om te verliezen van Mariëlle, maar de manier waarop is een combinatie waar je minimaal een keer inloopt tijdens de damcarrière.

Diagram1

Met zwart besloot Eelco hier tot 14. .. 05-10? Dit is natuurlijk altijd een pikante zet in klassiek achtige standen, en dit buitenkansje werd direct benut. 15. 27-22 18×27 16. 38-33 27×29 17. 37-31 23×32 18. 34×05 en na nog enkele zetten kon Eelco de strijd staken.

Niet lang daarop liep Eric helaas in een hielslag. Deze had Eric al wel eens eerder gezien, maar helaas liep hij er toch in. Toch besloot Eric om niet op te geven, en gewoon door te knokken. Opgeven kan altijd nog, toch?

afbeelding2

In goed overleg is er afgesproken dat voor elk onnodig randschijf er een boete van €5 betaald dient te worden aan de trainer. Ook elke notatiefout kost €5 Na een eerste rondje door de zaal kwam ik er achter dat ik mij over de drankrekening in ieder geval geen zorgen hoefde te maken. Daan speelde zijn gebruikelijke spelletje, maar zette het prima op, ondanks de randschijven. Bij Eelco spotte ik al een notatiefout, dus dat ging lekker!

Het duurde hierna een uur voor er ontwikkeling in de score kwam. Daan won! Na een zeer rustige partij van beide kanten kon Daan met een kleine combinatie zomaar een schijf winnen, en die kans werd direct waargenomen.

Diagram2

In deze stand is voor beide kleuren niet veel aan de hand, wellicht dat wit iets makkelijker staat. Daan besloot om met 46. 34-29 achter een schijf te kruipen, en daarmee zijn tegenstander iets

terug te duwen. De reactie met .. 01-07 47. 29×20 25×14 was echter niet juist. Daan profiteerde optimaal met schijfwinst! 48. 28-23 18×29 49. 33×35 en de stand werd hierna juist gespeeld door Daan. Hij moest met weinig tijd het hoofd koel houden, maar dat is Daan wel toevertrouwd.

Intussen het Quirinius nog geen enkel nadeel tegen Rinus Kromhout, sterker nog Q stond zelfs lekkerder. Speelde prima met het Chichov-kanon, en ging brutaal de aanval in. Er zat een smerige, maar moeilijke forcing in, die helaas werd gemist. Q bleef echter goed staan, maar dat verwaterde toen hij Kromhout een grote afruil liet nemen. Na een kleine laveer fase ging Q echter wederom de aanval in, maar nu zo krachtig dat hij theoretisch gewonnen stond. Ook hier was het de vraag, met zijn weinige tijd of het zuiver uitgespeeld werd. Hier slaagde Q grandioos in, met een schitterende overwinning op de algeheel topscoorder uit de derde klasse. Grote klasse Q!!

Diagram3

In deze stand mist Q de lastige forcing. Als hij met 35. 37-31! had vervolgd, was het schijf op 21 voor hem geweest. Op de meest logische verdediging (weglopen!) volgt .. 21-26? 36. 28-23 26×17 37. 34-30 19×28 38. 33×02 Ook de andere logische verdediging kost een stuk, namelijk met 12-18 36. 31-26 18×27 37. 26×17 13-18 38. 32×21 18-22 39. 34-30 22×11 40. 28-23 19×28 41. 30×10 15×04 42. 33×22 Een schitterend geheel.

afbeelding3

Maar goed, dan zou het maximale een 4-4 zijn, toch? Eric was al vroeg een schijf achtergekomen, maar bleef knokken. Op het moment dat het definitief uit leek te zijn verslapte Oudshoorn echter. Hierop combineerde Eric verrassend naar doorbraak. Door damgeven kon Oudshoorn er nog een 3 om 3 van maken, waar Eric nog wel onder druk stond. Door het tijdig geven van zijn schijven bereikte Eric net op tijd, en puur op wilskracht de remisehaven. Een toch zeer verrassende 3-5 overwinning van LDG 2 op Rijnsburg.

Dit werd dan ook uitbundig gevierd bij huize Binnendijk, waar wij nog tot laat hebben mogen genieten van alles wat Daan had ingeslagen, dank daarvoor!

Geschreven door:

Een trotse coach

Casper Remeijer plaatst zich overtuigend voor het NK

Hans Tangelder

Zaterdag 22 februari werd de laatste ronde van de halve finales van het Nederlands Kampioenschap gespeeld. Uit groep A plaatste Casper Remeijer zich glansrijk met 11 punten uit 7 wedstrijden, nadat hij in de slotronde Steven den Hollander versloeg. Steven eindigde op een teleurstellende vijfde plaats gedeeld met Leopold Sekongo met 6 punten uit 7 wedstrijden. Ook Jitse Slump plaatste zich overtuigend voor de finale door in groep A 12 punten uit 7 wedstrijden te halen.

Uit groep C plaatsten zich Jan van Dijk (11 uit 7) en Ron Heusdens (9 uit 7).

In groep D plaatste zich verrassend Henk Grotenhuis ten Harkel met 11 punten uit 7 wedstrijden voor het NK, en moesten Anton van Berkel, Henk Kalk en Stijn Overeem (8 uit 7) een barrage speelde om de andere NK plaats. De eerste twee wedstrijden van de barrage eindigde in remise, waarna Anton van Berkel na winst tegen Stijn Overeem de barrage won.

In groep B stelde veelvuldig NK deelnemer Hein Meijer teleur met een score van 7 uit 7. Hij leed een onverwachte nederlaag tegen Bhiem Ramdien, nadat hij verrast werd in het eindspel.

RamdienMeijer

Bhiem Ramdien – Hein Meijer

Na het gedwongen 24-29 volgde 5-28; 29-34? (25-30 levert remise op) 28-44; 25-30 22-18; 12×23; 44-35!

Mede dankzij deze winst won Ramdien met 10 punten uit 7 wedstrijden groep B. De andere finale plaats ging naar Bart Terwel, nadat hij de barrage om de tweede plaats won van Andrew Tjon A Ong.

Dat het eindspel vol zit met verrassende finesses laat ook een door Hans Kreder gecomponeerd eindspel zien, gepubliceerd in een Telegraaf rubriek uit de jaren tachtig. Harm Wiersma kon de oplossing niet vinden, iets wat hoogst zelden voorkomt. (zie ook het commentaar van Hanco Elenbaas op toernooibase bij de partij Paul Oudshoorn – Hans Kreder)

EindspelHansKreder
Eindspel compositie Hans Kreder uit de jaren tachtig

Oplossing: 1.3-14 41-46 2.15-10 36-41 3.14-37! 41×32 4.10-5

Tiental mist laatste kans

André van der Kwartel

Het tiental van LDG zal na afloop van dit seizoen een beslissingswedstrijd moeten spelen om degradatie uit de Eerste Klasse van de landelijke competitie te voorkomen. Om die beslissingswedstrijd te ontlopen, had het tiental zijn laatste twee competitiewedstrijden moeten winnen. Maar de eerste van die twee wedstrijden ging al ruim verloren. Het derde team van het Wageningse WSDV was met 7-13 te sterk voor de Leidenaren, die collectief leken te falen en nergens aanspraak konden maken op een beter resultaat.

Een opvallend beeld bij WSDV: er speelden maar liefst vier jeugdspelers van veertien jaar of jonger mee, waaronder drie meisjes. Die vier jeugdspelers zorgden met elkaar voor zes bordpunten. Niet alleen speelden ze sterk, ze toonden ook een voorbeeldige discipline in de zin van het urenlang geconcentreerd achter het dambord blijven zitten.

Joop Burgerhout speelde een riskante experimentele opening die al na zes zetten nog niet eerder was voorgekomen. Na de twaalfde zet van zwart was de volgende stand ontstaan:

Tiental_WSDV_1

Joop Burgerhout – Ivar Smijers

Wit staat hier al heel slecht. Met 33-28 had hij de partij nog gaande kunnen houden, hoewel de perspectieven erg slecht zijn. Het zou mij niet verbazen als de witte stelling hier al aantoonbaar verloren is, maar dat vergt een analyse van Sijbrands-achtige omvang.

Het partijverloop was: 42-38 (23-28), 32×23?A (14-19), 23×14 (18-23), 29×18 (13×42), 48×37 (20×29), 33×24 (9×29), 34×23 (25×32), 37×28. Wit gaf op.

A) Iets beter is 33×22 enz. Dan komt wit maar één schijf achter, maar of dat veel had gescheeld voor de uitslag valt te betwijfelen.

Harry Dekker speelde een snelle remise. Na veertig zetten werd in een gelijkwaardige stand de vrede getekend.

Een volgende tegenvaller was het verlies van Edwin van Hofwegen. Hij werd verrast door een actie van zijn tegenstander waardoor hij een verre voorpost kreeg. Het lukte hem niet om de juiste verdediging te vinden.

Tiental_WSDV_2

Anton van Drumpt – Edwin van Hofwegen

Stand na de 20e zet van wit.

Zwart zal de reactie van wit overzien hebben: (8-13!?), 34-29 (23×34), 40×20 (15×24), 28-23 (19×39), 30×17 (21×12). Aan zwart is een verre voorpost opgedrongen. De vraag is of zwart die nog kan verdedigen. Tijd voor een nieuw diagram.

Tiental_WSDV_3

Anton van Drumpt – Edwin van Hofwegen

32-28 Wit begint de aanval op schijf 39. (3-8), 38-32. Nog even niet. (7-11?) Maar nu is zwart te traag. Hij had hier (4-10) moeten spelen. De mogelijke actie (18-22) of (18-23) zou de schijf op 39 in veiligheid kunnen brengen. Het spelverloop was: 42-38 en nu kan (4-10) niet meer wegens: 48-43 (39×48), 28-22 (48×31), 22×15 (31×4), 25-20 (14×25), 32-27 (4×31), 36×27. Zwart verliest dus nog een tempo: (8-13), 47-42 (13-19??). De definitieve fout. (2-8) had nog enige verdediging gegeven. Nu volgde 35-30. Zwart ging een schijf verliezen en later de partij.

Maurits Meijer zal zich zijn verjaardag anders hebben voorgesteld. Hij verloor nadat hij tot de 28e zet het betere van het spel had gehad. Het omslagpunt deed zich in onderstaande stand voor.

Tiental_WSDV_4

Maurits Meijer – Bas van Berkel

Hier is de stand nog min of meer gelijkwaardig en met 31-27 had wit het evenwicht kunnen bewaren. Hij speelde echter 40-34!? (21-26), 34-30? En dit is de definitieve fout. Alsnog 31-27 had nog houdbaar spel gegeven. Nu ging wit snel een schijf verliezen: (26×37), 42×31 (22-28), 33×22 (24×42), 48×37 (18×27), 31×22 (12-17) en wit verloor een schijf en de partij.

Daarmee was de stand gekomen op 1-7 in het voordeel van WSDV.

Evert Bronstring kwam niet verder dan remise, maar Hans Kreder leek met een overwinning de spanning weer wat terug te brengen. Die overwinning had hij wel grotendeels te danken aan zijn tegenstander die in een betere stelling een onbegrijpelijk slechte zet speelde.

Tiental_WSDV_5

Hans Kreder – Gerard Zijlema

Stand na de 34e zet van wit.

Na (13-18) en (8-12) staat zwart voortreffelijk. Hij speelde echter (15-20??). waarna hij eigenlijk direct verloren stond: 38-33 (13-18), 34-29 (23×34), 40×29 en wit brak na de nodige voorbereidende zetten door naar dam en won gemakkelijk.

Niet voor de eerste keer dit seizoen overkwam mij vervolgens een klein drama. Of eigenlijk een groot drama, maar alles is relatief.

Ik had een moeizame partij tegen een taaie tegenstander gespeeld en dacht met een verrassende actie eindelijk winstkansen te verkrijgen.

Tiental_WSDV_6

Henk Hoksbergen – André van der Kwartel

Stand na de 41e zet van zwart.

38-32!? [45-40-34 is een beter plan.] (14-20!), 30-25? (23-29!), 25×21 (29×47). Ik dacht dat ik het hier wel voor elkaar had, maar 21-17! leverde al de eerste teleurstelling op. Het meestal sterke achterlopen met 47-41 of 47-36 levert hier niets op wegens de plakker 35-30. En hier wordt volgens mij de kiem gelegd voor de enorme blunder die ik straks zal begaan. (47-33), 27-22 (33-29), Hier zag ik dat wit remise kan maken door 32-28! Het geplande (29-18) faalt dan op 17-11. Groot was dan ook mijn opluchting toen wit 26-21?? speelde. De stand is nu gewonnen voor zwart. Ik speelde de winnende zet (29-18) ….. en bood remise aan. In mijn hoofd speelde nog steeds de gedachte dat wit naar remise kon plakken met 35-30 en ik zag over het hoofd dat zwart dan (18×25) moet slaan. Mijn tegenstander reageerde verbaasd, maar pakte dit cadeautje graag aan. Ik had daarna enige tijd nodig om weer wat bij te komen. De vraag bleef hangen, waarom ik remise aanbood en niet gewoon mijn tegenstander een zet had laten spelen…..

De verliespartij van Peter van den Berg bracht de stand op 5-11 voor WSDV. Maar Peter miste in het middenspel wel een belangrijke kans om groot, zo niet winnend voordeel te verkrijgen.

Tiental_WSDV_7

Luise Gabbert – Peter van den Berg

Stand na de 31e zet van zwart. Wit speelde hier het zwakke 43-38, waarna zwart de kans miste om met (13-19) tot een sterke kettingstelling te komen. Merk eerst op dat 29-23 (19×28), 32×23 (18×29), 34×23 verhinderd is door (12-17) en daarna moet zwart een paar wachtzetten spelen. Dus wit moet ander tegenspel zoeken. Bijvoorbeeld: 32-28 (9-13), 28×19 (11×22), 38-32 (19-23). Zwart heeft nu verreweg het beste van het spel.

In de diagramstand had wit beter voort kunnen zetten met 40-35 met vervolgens de mogelijkheid van 34-30. Later in de partij negeerde zwart nog een verrassende remise en verloor uiteindelijk kansloos.

Jack van der Plas speelde remise en daar mocht hij uiteindelijk nog blij om zijn. In een complex eindspel overleefde hij een misgreep.

Tiental_WSDV_8

Jack van der Plas – Fernande de Graaf

Stand na de 60e zet van zwart.

Wit kan hier op een verrassende wijze remise maken: 27-22! (50×17), 43-38 (47×33), 6-1!! In plaats daarvan speelde wit 16-11?? Zwart speelde nu (29-34??), 30×39 (50×31) en na 6-1 remise overeengekomen. Zwart had echter een gewonnen eindspel kunnen krijgen door in plaats van (29-34) (50-45) te spelen. En nu bijvoorbeeld: 27-21 (29-33), 30-25 (33-38), 43×32 (47-41), 32-27 (41-36), enz.

Hans Tangelder sloot de wedstrijd af met een remise. Hij kreeg een van zijn favoriete openingsvarianten op het bord, maar kon er deze keer geen winnend voordeel uit halen. In de partij werden de remisemarges nergens overschreden. Eén grappig fragment uit het eindspel:

Tiental_WSDV_9

Marie Gabbert – Hans Tangelder

Stand na de 60e zet van wit.

Zwart speelde hier (13-18), maar Hans ontdekte na afloop een aardige verrassing: (44-49). Wit mag nu geen dam halen. Bijvoorbeeld: 10-5 (11-17), 5×2 (49-35) met winst. Helaas is het niet sluitend. Wit kan eerst 32-27 en daarna 10-4 spelen, met remise.

…en het zit wel eens tegen

André van der Kwartel

Op 3 februari speelde het zestal in de Provinciale Hoofdklasse tegen het eerste team van Damlust uit Gouda. Het werd een stevige 9-3 nederlaag. Een paar impressies.

Casper Remeijer speelde een moeizame remise en zal daar ongetwijfeld teleurgesteld over zijn. In het middenspel ondernam hij een ogenschijnlijk kansrijke actie, die echter nogal bleek tegen te vallen.

Tiental_VST_8

Erik Hoogendoorn – Casper Remeijer

Stand na de 27e zet van wit.

(19-23), 28×19 (18-23), 19×28 (27-32), 38×18 (12×41). Wit heeft nog een verdediging: 26-21 (17×26), 36-31 (26×37), 47×36. Het ziet er goed uit, maar wit dreigt met 33-28 en 43-38-32. Dus volgde als spelverloop: (9-13), 33-28 (13-18), 43-38 (18-22), 28×17 (2-8). Nu volgde 48-42 (37×48), 40-35 (48×30), 35×24 en dit gaf wit voldoende compensatie om tot een probleemloze remise te komen.

Koos van Amerongen verloor van Erno Prosman. Hij stuurde mij de volgende toelichting op zijn 19e zet:

Tiental_VST_9

Koos van Amerongen – Erno Prosman

Stand na de 18e zet van zwart.

Toen ik 19..33-28 speelde, had ik voornamelijk de volgende leuke variant, die op het eerste gezicht heel goed voor zwart lijkt maar dat helemaal niet is, voor ogen: 19..22×33 20.39×28 21-27 (partij 9-14) 21.32×21 16×27 22.28-23 18-22 (met idee 12-18 xx en oplopen) en nu de toch wel fraaie zet 23.23-18! 12×23 24.29×18 20×29 25.34×23 en ondanks dat wit twee schijven helemaal alleen voorin heeft gepositioneerd, staat hij niet minder. Na het logische 25..10-14 26.42-38 dreigt wit met 38-32, terwijl op 26..13-19 het neutraliserende 44-39 & 38-33 volgt. Blijft over 26..8-12 27.18×7 2×11 maar dan volgt weer 28..23-18! en wit staat inmiddels zelfs goed.

In de partij ging het dus anders. [(9-14), 28-23 (12-17), 23×12 (14-19), 44-39 (19×30) AK] Ik had ‘gewoon’ vast moeten houden aan mijn plan en nu 24.32-27 21×32 25.12×21 16×27 26.40-35 moeten spelen. Wit staat daarna ietsje ongemakkelijk, maar in de analyse raak ik niet meer in de problemen. Ik vond het wel een leuke stand, maar Erno manoeuvreerde handig om mijn trucjes heen en at ogenschijnlijk simpel mijn schijfje op, waarna hij het gedecideerd afmaakte. Een terechte overwinning.”

Steven den Hollander redde de spreekwoordelijke eer voor het zestal. Dat had overigens niet zo veel met zijn partij te maken, want daarin had hij langdurig groot, zo niet verliezend nadeel. Een cruciaal moment uit deze partij:

Tiental_VST_10

Henk van Klaveren – Steven den Hollander

Stand na de 42e zet van zwart.

Wit heeft een kansrijke omsingeling en had deze moeten volhouden met: 34-30 en nu bijvoorbeeld: (13-18), 48-42 (16-21), 30-24 (19×30), 25×34 (14-19), 42-37 met groot voordeel voor wit.

In de partij speelde wit 41-37×47, verloor de grip op het blok zwarte schijven en verloor.

Hans Tangelder verloor in een partij waarin hij langzamerhand steeds slechter kwam te staan en uiteindelijk in een kansloos overmachtseindspel terecht kwam.

Hans Kreder hield lang stand tegen een duidelijk sterker tegenstander, maar in een al sterk uitgedunde stand ging het toch nog fout.

Tiental_VST_11

André Venema – Hans Kreder

Stand na de 57e zet van wit.

(18-23) moet gemakkelijk tot remise leiden, maar Hans gaat voor een meer complexe poging: het behalen van twee dammen: (18-22), 21×12 (24-29), 33×13 (22×33). Het lijkt alsof zwart met twee schijven kan doorbreken, maar dat kan wit verhinderen: 13-9! en wit houdt altijd een van beide schijven tegen.

Ten slotte verloor ook Harry Dekker. Hij maakte het zijn tegenstander ineens wel erg gemakkelijk.

Tiental_VST_12

Harry Dekker – Erik Maijenburg

Stand na de 40e zet van zwart.

De stand is vrijwel gelijkwaardig, maar niet meer na het gespeelde 31-26?? (12-17!). Ineens gaat wit ten minste een schijf verliezen door de dreiging (19-24) en (17-21). Wit speelde 39-34 maar liet zich het vervolg niet meer bewijzen: (17-21), 26×17 (11×22), 28×17 (24-29), 34×12 (13-18), 12×23 (19×46), 17-12 (46-19) en zwart wint.

Het zit wel eens mee ….

André van der Kwartel

In de negende competitieronde heeft het Tiental van LDG een verrassende overwinning behaald op het derde team van Van Stigt Thans uit Schiedam. Dit team is in de breedte duidelijk sterker dan het Tiental van LDG, maar in deze wedstrijd vielen diverse uitslagen net de goede kant op. Zoals het in sommige eerdere wedstrijden nog wel eens tegen zat, zat het deze keer op meerdere borden mee.

Alvorens een aantal fragmenten uit deze wedstrijd te tonen, wil ik eerst terugkomen op mijn vorige verslag over de wedstrijd van het Tiental tegen VAD. Ik gaf daarin over het onderstaande fragment aan dat wit na (23-29), 34×23 (19×39) naar 8 zou moeten slaan, omdat zwart anders (17-22), 27×9 (3×5) zou kunnen spelen.

Tiental_VST_1

Edwin van Hofwegen – Henk Twijnstra

Op toernooibase geeft Casper Remeijer aan dat die opmerking niet correct is. Na 30×10 wint wit juist wel. Na (3×5) volgt namelijk: 38-33 (39×28), 26-21 (16×27), 31×33 en de overblijvende stand wint gemakkelijk. Als zwart niet de twee-om-twee met (17-22) neemt, heeft wit een eindspel dat gemakkelijk lijkt te winnen. Bijvoorbeeld: (39-44), 10-5 en zwart kan nu geen dam halen (opgave voor thuis), terwijl wit met van alles dreigt.

Overigens raad ik iedereen die deze verslagen leest aan om ook op www.toernooibase.kndb.nl

te kijken. Daar kunnen de partijen worden nagespeeld, terwijl ze in sommige gevallen ook nog eens vergezeld gaan van allerlei – soms leerzame – commentaren.

De wedstrijd werd geopend door Harry Dekker. Over zijn remisepartij vallen geen bijzonderheden te melden. Vervolgens zette Joop Burgerhout LDG op voorsprong. In een duidelijk betere stand overzag zijn tegenstander iets dat leek op een verschoven Coup Royal.

Tiental_VST_2

Joop Burgerhout –Gerrit van Mastrigt

Stand na de 37e zet van wit.

Na (13-19×9) staat zwart uitstekend, maar hij speelde (4-9??). Natuurlijk volgde toen: 26-21 (27×16), 31-27 (22×33), 39×6 en zwart gaf op.

De volgende verrassing was de remise van Peter van den Berg. Het ratingverschil met zijn tegenstander, Piet Bastiaanse, bedroeg meer dan 200 punten, maar dat kwam er in de partij niet uit. Wel moet eerlijk worden toegegeven dat Peter niet over geluk te klagen heeft gehad.

Tiental_VST_3

Peter van den Berg – Piet Bastiaanse

Stand na de 27e zet van zwart.

42-38 is hier een degelijke zet voor wit, maar misschien wilde hij (18-23) voorkomen. Hij speelde 28-23!? Nu levert de actie (24-30), (25-30), (20-24) enz. zwart niets op. Misschien viel hem dat zó tegen dat hij (17-22) speelde. Maar daarmee overzag hij een niet zo moeilijke schijfwinst: (25-30!). Er dreigt (20-25) en 23-19 is verhinderd door (24×13), 35×24 (18-23), 29×9 (20×40), 45×34 (4×13) met twee schijven winst. Wit zal dus veld 38 moeten sluiten, bijvoorbeeld met 42-38, maar dan volgt: (20-25), 29×20 (25×14), 35×24 (18×20) met schijfwinst voor zwart.

Edwin van Hofwegen speelde een gelijkwaardige remise tegen Henk de Witt, waarna Hans Tangelder LDG op een voorsprong van vier punten zette. Volgens Hans blunderde zijn tegenstander omdat hij werd afgeleid door de blunder van zijn buurman, Gerrit van Mastrigt, hetgeen Hans tot de uitspraak bracht: “(Ton) Burgerhout verloor, omdat (Joop) Burgerhout won.”

Het gaat om het volgende fragment:

Tiental_VST_4

Ton Burgerhout – Hans Tangelder

Stand na de 40e zet van zwart.

In deze gelijkwaardige stelling speelde wit 25-20?? Er volgde: (10-14), 20-15. Zwart kan nu een schijf winnen door (14-20), maar dat wordt beantwoord met 38-32. Dus offerde zwart eerst een schijf met (27-32), 38×27. Maar als zwart nu (14-20) speelt, kan wit reageren met 27-21 en ook doorbreken naar dam. Dus schrikt Hans er niet voor terug nog een schijf te offeren: (26-31), 27×36 en nu pas: (14-20), 15×24 (19×39). Wit gaf op.

Van Stigt Thans kwam nog terug in de wedstrijd doordat Jack van der Plas kansloos werd weggespeeld na de volgende opening: 34-30 (18-23), 30-25 (19-24), 32-28 (23×32), 37×28. Zijn tegenstander, Hans Lansbergen, constateert op Toernooibase dat na twee zetten deze opening al uniek is en hij vraagt zich af of het ooit een vervolg zal krijgen. Ook in de Mega2015 database van TurboDambase komt deze opening niet voor.

Hoe moeten we deze openingszetten beoordelen? Om te beginnen: niemand maakt mij wijs dat zwart na deze zetten verloren staat. Dat betekent dat er nog een heleboel te vechten valt en waar er wordt gevochten komen kansen. Ik zou deze opening wel eens willen uitproberen…..

Vervolgens speelde Maurits Meijer remise, maar ook hij mocht daarover niet klagen.

Tiental_VST_5

Jelle Groeneveld – Maurits Meijer

Stand na de 32e zet van wit.

Met (13-19?) zette zwart een slagzet open die door wit werd gemist of genegeerd. Het is onzeker of wit na het uitvoeren van de slagzet gewonnen staat: 25-20 (14×25), 29-24 (19×39), 38-33 (39×28), 27-21 (16×38), 42×15. Wit speelde 38-33 (10-15??), maar nu werd de afwikkeling wel genomen: 29-24 (19×28), 27-21 (16×38), 42×4. Deze stand had voor wit tot winst moeten leiden, maar het spelverloop was: (7-12), 48-43 (12-17), 43-39 (2-7!?), 39-34?? (7-12) en de witte dam wordt altijd gevangen.

Hans Kreder bracht de stand op 6-10 in het voordeel van LDG. In deze partij miste Hans een aardige forcing.

Tiental_VST_6

Hans Kreder – Wim Heuvelman

Stand na de 37e zet van zwart.

Wit speelde hier 48-42!? en won later soepel na een doorbraak naar dam op zwarts lange vleugel. Dwingender zou zijn geweest: 29-23! (22-27), 32×21 (16×27), 37-32 (17-21), 26×17 (12×21), 48-42 en zwart zit in onoverkomelijke problemen. Bijvoorbeeld: (21-26), 32×21 (26×17), 38-32.

Ik mocht zelf met een remise het winnende elfde punt binnenbrengen. Mijn tegenstander had het mij echter aanzienlijk moeilijker kunnen maken, dan het in de partij ging.

Tiental_VST_7

André van der Kwartel – Kees Romijn

Stand na de 55e zet van wit.

Ik geef eerst het spelverloop: (9-13A), 34-30 (13-19), 24×13 (18×9), 30-24B (9-13C), 41-37 (13-18), 36-31! (27×36), 26-21 en de partij liep gemakkelijk remise.

A) Veel sterker leek (18-23), 29×18 (22×13), 41-37 (13-18), maar dat lijkt na 37-31 (18-22), 26-21 (27×16), 31-27 (22×31), 36×27 toch wel weer mee te vallen.

B) Slordig. Hier had eerst 41-37 gemoeten om nog binnen veilige marges te blijven.

C) Maar zwart grijpt zijn laatste kans niet. Met (27-32) had hij het wit moeilijk kunnen maken. Het verleidelijke 41-37×47 verliest. Dus wit moet het gaan zoeken in 26-21 (32-38), 21-16, enz., maar dat kan nog een zwaar eindspel opleveren, zeker met nog maar één minuut per zet.

Ten slotte speelde Arjan Varkevisser verdienstelijk remise tegen een duidelijk sterker tegenstander. Arjan was vroeg in de partij door een blunder een schijf achter geraakt, maar bleef knokken voor een goed resultaat. Dat lukte hem wonderwel en uiteindelijk kwam er een één-om-drie op het bord waarin zijn teleurgestelde tegenstander nog even bleef doorspelen, maar uiteindelijk in remise berustte.

Leimundo schooldamkampioen van Leiden

Maurits Meijer

DSC02606

Op woensdag 5 februari werd in de aula van het Leonardo College aan de Noachstraat het jaarlijkse damkampioenschap voor basisscholen verspeeld. Dit toernooi werd zoals gebruikelijk georganiseerd door de Leidse Schoolsportcommissie in samenwerking met het Leids Damgenootschap.

DSC02610

Er werd door de deelnemers met veel inzet en enthousiasme gespeeld.

Het eerste team van Leimundo en het tweede team van Lucas van Leyden begonnen de strijd beide met een 8-0 overwinning. Na 3 rondes ging Lucas van Leyden 2 allen aan de leiding maar in ronde 4 ging het mis met een 8-0 nederlaag tegen het eerste van Leimundo. Het eerste van Lucas van Leyden kwam in dezelfde ronde ook langszij met een 8-0 overwinning op het tweede van Leimundo.

DSC02607

Het team van de Singel kende een slecht start maar wist zich goed te herstellen en eindigde met 20 punten op de 4de plaats. Het tweede team van Leimundo had aan het einde van de strijd 12 punten en claimde de 5de plek. Lucas van Leyden had zelfs een derde team en dat team haalde met 5 punten de 6de plek. Het tweede van de Lucas van Leyden bleef met 24 punten net achter het eerste team dat met 27 punten de 2de plek bemachtigde. Voor 2020 mag het eerste team van Leimundo met 32 punten zich kampioen van Leiden noemen.

De top 2 Leimundo 1 en Lucas van Leyden 1 mogen op 14 maart in Gouda de Leidse eer gaan verdedigen in het provinciale schooldamkampioenschap.

De eindstand:

eindstand 2020

 

Wederom spannende wedstrijd tegen Scheveningse dames

Wim Zwinkels

Afgelopen donderdag stond de return thuis tegen Scheveningen op het programma. De eerste ontmoeting was in een 4-4 geëindigd en nu, een klein half jaartje verder, zouden onze vorderingen met het spel zich moeten gaan uitbetalen. De loterij op de ongetwijfeld door Chinezen gehackte computer van Eelco gaf de opstelling aan: 1. Quirinius 2. Wim 3. Eelco 4. Eric. In de week voorafgaand werden diverse oefenopgaven rondgestuurd via de groepsapp door met name Eric en Q, die beiden een baan in een sector in het bedrijfsleven hebben waarbij overdag alle tijd voor dammen is. Captain Eelco herinnerde er ons de ochtend van de wedstrijd nog even aan dat wij tegen een damesteam zouden spelen en voegde daarbij de laatste instructies om fris gewassen achter het bord te verschijnen.

Fris en vol goede moed plaatsten wij ons achter het bord. Eric haalde nog zijn speciale dambril even uit de auto, wat de dames de gelegenheid gaf sterke verhalen te vertellen over hun nachtelijke slemppartijen tijdens het damtoernooi van Salou. Even voor achten konden de partijen aanvangen.

Eric had wellicht beter zijn niet-dambril op kunnen houden want in de eerste zetten liep hij in een simpele 1 om 2, waarbij ook nog eens een witte schijf op 6 verscheen. Aan de overige borden volgde eenieder de gouden regels van coach Steven. Met uitzondering van het correct noteren. Iedere notatiefout kost 5 euro en na afloop van deze match zou het totaal op 485 euro uitkomen.

Als eerste was het aan de Q-minator om zijn gezonde spel in twee punten om te zetten.

Q1

Na 30. (18-23?) zette Q. een formatie op waartegen weinig te beginnen was met 31. 34-30! (13-19) 32. 39-34 (20-25) 33. 33-29 24×33 34. 38×18 (19-24?) [beter dan deze 3 om 3 is direct de 2 om 2 met 26-31] 35. 30×19 (26-31) 36. 37×17.

Q2

In deze stand volgde nog even nauwkeurig 41. 35-30! En enkele zetten later staakte Hanny de Vaal-Kokshoorn de strijd.

Hierna leek Wim aan de beurt om te gaan oogsten. Tegenstander net als in de heenwedstrijd was Nel Lindhout, die ook deze partij een “Nelletje Lindhout” op het bord zette (een ingeburgerde term bij ons waarbij een klavertje van drie schijven aan de rand opgebouwd wordt gevolgd door terugruilen). Terwijl Nel wederom de rand in ging, bouwde Wim een mooi centrum op.

Wim1

Hier zag ik een mooie mogelijkheid om twee plannen te combineren: flankaanval opzetten en dreigen met 17-21 en schijf 12 weghalen om de dreiging 23-29 erin te brengen waarna meerslag met schijf 34 moet en terugslaan met 24 geen optie is. 31. (22-27) 32. 47-41 (17-21) 33. 26×17 (12×21) 34. 41-37? [38-33 was echt noodzakelijk] (23-29) 35. 34×12 (25×41) [lekker zo’n vierklapper in een teamwedstrijd!] 36. 36×47 (8×17).

Met op beide vleugels 4 tegen 3 leek mij de winst een kwestie van tijd. Terwijl ik bezig was met het tempospelletje vergat ik even de tactiek, zowel in aanvallend als in verdedigend opzicht.

Wim3

Geef dit diagram met de opdracht ZAZ dan zou iedereen uit het team toch snel komen met 32-38 en 22-28 met dam op 46. In plaats daarvan leek 44. 19-24 mij de handigste. Maar ik viel net niet van mijn stoel na 45. 34-29! (24×33) 46. 42-38 (32×43) 47. 48×17. Wit haalt dam en ook meteen schijf 14 via de lange diagonaal op. Goed gezien van Nel, die achteraf verklaarde op de club op te geven met 2 schijven achter maar hier doorspeelde omdat het een teamwedstrijd betrof. Volkomen terecht!

Dat was dus een tegenvaller. Maar niet getreurd, een blik naar links leerde dat Eelco een mooi schijfje meer had tegen Gerda van der Meijden. Eelco: ”In een sterk opgezette partij waarbij de druk vol op de tegenstandster stond won ik een schijf. Door taai verdedigen van haar zat ik me blind te staren hoe ik erdoorheen zou komen, waardoor ik een blunder van het niveau voor het Van der Wal diploma uit mijn vingers liet komen: een 1 om 2 met doorloop naar dam. Door te blijven bikkelen haalde ik er toch nog een puntje uit met leuk slotstuk.”

Eelco1

Het eenvoudigst lijkt hier dam op 47 en na 33-29 (13-19) of 34-29 (17-22). Zwart speelde echter eerst 53. (17-22) 54. 30-25! (41-47) [dam halen had op 46 gemoeten 55. 24-20 (14-19) 56. 20-15 (19-24) en wit komt niet verder.] En omdat ie zo leuk is de stand nu:

Eelco2

Uiteraard had Eelco hierop gehoopt en speelde 55. 25-20! en de twee schijven houden tamelijk eenvoudig remise tegen de dam. Dat was na die bok dus een meevaller.

Stand dus 4-2 voor ons en ondertussen stond er op het bord van Eric aan weerszijden een dam met bij Eric wel wat schijven minder. Zou de wedstrijd dan toch onze kant op vallen? Uiteindelijk bleek het schijventekort en de witte schijf op 6 Eric toch definitief op te breken. Liefhebbers van leedvermaak die toch de partij willen zien, verwijs ik door naar Toernooibase. Eric: “Bij mij was de schok zo groot dat ik nog steeds niet naar de partij heb gekeken. Al na een paar zetten maakte ik een afschuwelijke fout. Ik probeerde er nog een partij van te maken. Op enig moment meende ik dat ik een combinatie kon uitvoeren. Dit bleek echter wederom een blunder. Ik zag werkelijk helemaal niets. Maar ook gezegd moet worden dat mijn tegenstander Joke van der Meijden handig en vlot profiteerde van mijn gestuntel.”

En zo was het. De geroutineerde en vlot spelende dames zijn gewoon dammers tegen wie je weinig foutjes kunt permitteren. Dit hoort bij onze ontwikkeling. Het zal over een half jaar niet meer gebeuren. Hoewel, die eerste wedstrijd van ons een half jaar geleden was ook 4-4. Toch vind ik dat we goed vooruit zijn gegaan. En ik heb Nel bij het vertrek van de gasten gezegd dat ik de stijgende lijn ga doorzetten in een volgende partij tegen haar: nederlaag, remise, overwinning!

Hans wint van Hans in de beker dankzij Afrikaanse dam

Hans Tangelder

In de tweede ronde van de bekercompetitie op 30-1-2020 stond de partij Hans Kolfoort – Hans Tangelder op het programma, die een ongewoon verloop had:

1. 32-28 19-23 2. 28×19 14×23 3. 37-32 10-14 4. 34-30 14-19 5. 30-25

Dia1

9-14?

Na de partij gaf Casper Remeijer aan dat het moderne 17-21, 25×14, 9×20 hier de voorkeur verdient, omdat schijf 5 achterblijft na 9-14. 17-21, 25×14, 9×20 speelde ik dan ook twee dagen later in de wedstrijd Van Stigt Thans 3 – LDG tegen Ton Burgerhout, en ik won die partij ook nog. Dat lag niet aan deze zet, maar waarschijnlijk aan het feit dat Joop Burgerhout naast ons een blunder van zijn tegenstander afstrafte, waardoor Ton Burgerhout even afgeleid was en even later een andere zet speelde dan de zet die hij eigenlijk wilde spelen. Helaas voor hem, maar niet voor LDG, was die andere zet ook een blunder. Kort gezegd: Burgerhout verloor omdat Burgerhout won. Ongetwijfeld worden deze blunders besproken in het verslag over die competitiewedstrijd van André van der Kwartel, dat binnenkort op deze website zal verschijnen. Ook mooie stof voor een nieuw miniboekje van Evert Dollekamp. Terug naar de partij.

6. 41-37 4-9 7. 33-28 16-21 8. 31-27 21-26 9. 39-33 11-16 10. 44-39 17-21 11. 40-34 12-17 12. 34-30 17-22 13. 28×17 21×12 14. 33-28 20-24 15. 49-44 6-11 16. 39-33 11-17 17. 37-31 26×37 18. 42×31 17-21 19. 31-26 12-17 20. 44-39 1-6 21. 47-42 7-11 22. 46-41 24-29 23. 33×24 14-20 24. 25×14 9×29

Dia2

Zwart heeft de knuppel in het hoenderhok gegooid. De computer geeft nu 30-25 als beste zet aan met als mogelijk vervolg: 30-25, 3-9, 50-44 (niet 39-33 vanwege 19-24, 9-14, 13-19), 18-22, 27×18, 13×33, 39×28, 8-12, 41-37, 12-18, 35-30 met een betere stelling voor wit.

De partij ging echter verder met 25. 39-33. Het dammetje 29-34, 23-29, 19×30, 35×24, 15-20, 5-10, 13-19, 19-23, 17×46, 25×17, 11×31, 36×27, 46×14 leidt na de damafname 42-37, 38-32 tot remise.

In de partij vond Hans Tangelder alleen de Afrikaanse dam 19-24 26. 28×19 8-12 27. 19×8 2×13 28. 30×8 18-23 29. 33×24 15-20 30. 24×15 5-10 31. 15×4 12-18 32. 4×22 17×46 33. 26×17 3×32 34. 38×27 11-17

Dia3

Wit staat nu beter.

35. 43-39 23-28 36. 36-31?

Na 39-34! moet zwart vechten voor remise. Op 17-21, volgt de damafname 27-22, 42-37. Op 28-33 damafname 27-21 42-37. En na 6-11 27-22 moet zwart een schijf offeren, omdat op 28-32 22-18 volgt en op 28-33 volgt damafname met 42-37.

28-33 37. 39×28 46×19

Zwart staat nu beter, maar wit staat nog niet verloren.

38. 31-26 19-2 39. 42-37 2-7 40. 37-31 7-11 41. 45-40 11-7 42. 35-30 7×45 43. 30-24 45-7 44. 27-22 17×28 45. 24-19 7-11 46. 19-14 28-32

Dia4

Beide spelers overzien de remise 50-44!, 11×50, 37-41.

47. 26-21?

Nu is verlies onvermijdelijk voor wit.

16×36 48. 14-10 36-41 49. 10-4 41-46 50. 4-15 46-37 51. 50-45 11-28 52. 45-40 37-26 53. 40-35 32-37 54. 15-47 26-31 55. 35-30 31-36 56. 30-25 37-41 57. 25-20 41-46 58. 20-15 46-32 59. 47-24

Dia5

28-10 60. 15×4

Hans Kolfoort gaf op, omdat op de volgende zet 19-24 volgt. Ook 59. 47-42 was verhinderd vanwege 15-4!