Het zit wel eens mee ….

André van der Kwartel

In de negende competitieronde heeft het Tiental van LDG een verrassende overwinning behaald op het derde team van Van Stigt Thans uit Schiedam. Dit team is in de breedte duidelijk sterker dan het Tiental van LDG, maar in deze wedstrijd vielen diverse uitslagen net de goede kant op. Zoals het in sommige eerdere wedstrijden nog wel eens tegen zat, zat het deze keer op meerdere borden mee.

Alvorens een aantal fragmenten uit deze wedstrijd te tonen, wil ik eerst terugkomen op mijn vorige verslag over de wedstrijd van het Tiental tegen VAD. Ik gaf daarin over het onderstaande fragment aan dat wit na (23-29), 34×23 (19×39) naar 8 zou moeten slaan, omdat zwart anders (17-22), 27×9 (3×5) zou kunnen spelen.

Tiental_VST_1

Edwin van Hofwegen – Henk Twijnstra

Op toernooibase geeft Casper Remeijer aan dat die opmerking niet correct is. Na 30×10 wint wit juist wel. Na (3×5) volgt namelijk: 38-33 (39×28), 26-21 (16×27), 31×33 en de overblijvende stand wint gemakkelijk. Als zwart niet de twee-om-twee met (17-22) neemt, heeft wit een eindspel dat gemakkelijk lijkt te winnen. Bijvoorbeeld: (39-44), 10-5 en zwart kan nu geen dam halen (opgave voor thuis), terwijl wit met van alles dreigt.

Overigens raad ik iedereen die deze verslagen leest aan om ook op www.toernooibase.kndb.nl

te kijken. Daar kunnen de partijen worden nagespeeld, terwijl ze in sommige gevallen ook nog eens vergezeld gaan van allerlei – soms leerzame – commentaren.

De wedstrijd werd geopend door Harry Dekker. Over zijn remisepartij vallen geen bijzonderheden te melden. Vervolgens zette Joop Burgerhout LDG op voorsprong. In een duidelijk betere stand overzag zijn tegenstander iets dat leek op een verschoven Coup Royal.

Tiental_VST_2

Joop Burgerhout –Gerrit van Mastrigt

Stand na de 37e zet van wit.

Na (13-19×9) staat zwart uitstekend, maar hij speelde (4-9??). Natuurlijk volgde toen: 26-21 (27×16), 31-27 (22×33), 39×6 en zwart gaf op.

De volgende verrassing was de remise van Peter van den Berg. Het ratingverschil met zijn tegenstander, Piet Bastiaanse, bedroeg meer dan 200 punten, maar dat kwam er in de partij niet uit. Wel moet eerlijk worden toegegeven dat Peter niet over geluk te klagen heeft gehad.

Tiental_VST_3

Peter van den Berg – Piet Bastiaanse

Stand na de 27e zet van zwart.

42-38 is hier een degelijke zet voor wit, maar misschien wilde hij (18-23) voorkomen. Hij speelde 28-23!? Nu levert de actie (24-30), (25-30), (20-24) enz. zwart niets op. Misschien viel hem dat zó tegen dat hij (17-22) speelde. Maar daarmee overzag hij een niet zo moeilijke schijfwinst: (25-30!). Er dreigt (20-25) en 23-19 is verhinderd door (24×13), 35×24 (18-23), 29×9 (20×40), 45×34 (4×13) met twee schijven winst. Wit zal dus veld 38 moeten sluiten, bijvoorbeeld met 42-38, maar dan volgt: (20-25), 29×20 (25×14), 35×24 (18×20) met schijfwinst voor zwart.

Edwin van Hofwegen speelde een gelijkwaardige remise tegen Henk de Witt, waarna Hans Tangelder LDG op een voorsprong van vier punten zette. Volgens Hans blunderde zijn tegenstander omdat hij werd afgeleid door de blunder van zijn buurman, Gerrit van Mastrigt, hetgeen Hans tot de uitspraak bracht: “(Ton) Burgerhout verloor, omdat (Joop) Burgerhout won.”

Het gaat om het volgende fragment:

Tiental_VST_4

Ton Burgerhout – Hans Tangelder

Stand na de 40e zet van zwart.

In deze gelijkwaardige stelling speelde wit 25-20?? Er volgde: (10-14), 20-15. Zwart kan nu een schijf winnen door (14-20), maar dat wordt beantwoord met 38-32. Dus offerde zwart eerst een schijf met (27-32), 38×27. Maar als zwart nu (14-20) speelt, kan wit reageren met 27-21 en ook doorbreken naar dam. Dus schrikt Hans er niet voor terug nog een schijf te offeren: (26-31), 27×36 en nu pas: (14-20), 15×24 (19×39). Wit gaf op.

Van Stigt Thans kwam nog terug in de wedstrijd doordat Jack van der Plas kansloos werd weggespeeld na de volgende opening: 34-30 (18-23), 30-25 (19-24), 32-28 (23×32), 37×28. Zijn tegenstander, Hans Lansbergen, constateert op Toernooibase dat na twee zetten deze opening al uniek is en hij vraagt zich af of het ooit een vervolg zal krijgen. Ook in de Mega2015 database van TurboDambase komt deze opening niet voor.

Hoe moeten we deze openingszetten beoordelen? Om te beginnen: niemand maakt mij wijs dat zwart na deze zetten verloren staat. Dat betekent dat er nog een heleboel te vechten valt en waar er wordt gevochten komen kansen. Ik zou deze opening wel eens willen uitproberen…..

Vervolgens speelde Maurits Meijer remise, maar ook hij mocht daarover niet klagen.

Tiental_VST_5

Jelle Groeneveld – Maurits Meijer

Stand na de 32e zet van wit.

Met (13-19?) zette zwart een slagzet open die door wit werd gemist of genegeerd. Het is onzeker of wit na het uitvoeren van de slagzet gewonnen staat: 25-20 (14×25), 29-24 (19×39), 38-33 (39×28), 27-21 (16×38), 42×15. Wit speelde 38-33 (10-15??), maar nu werd de afwikkeling wel genomen: 29-24 (19×28), 27-21 (16×38), 42×4. Deze stand had voor wit tot winst moeten leiden, maar het spelverloop was: (7-12), 48-43 (12-17), 43-39 (2-7!?), 39-34?? (7-12) en de witte dam wordt altijd gevangen.

Hans Kreder bracht de stand op 6-10 in het voordeel van LDG. In deze partij miste Hans een aardige forcing.

Tiental_VST_6

Hans Kreder – Wim Heuvelman

Stand na de 37e zet van zwart.

Wit speelde hier 48-42!? en won later soepel na een doorbraak naar dam op zwarts lange vleugel. Dwingender zou zijn geweest: 29-23! (22-27), 32×21 (16×27), 37-32 (17-21), 26×17 (12×21), 48-42 en zwart zit in onoverkomelijke problemen. Bijvoorbeeld: (21-26), 32×21 (26×17), 38-32.

Ik mocht zelf met een remise het winnende elfde punt binnenbrengen. Mijn tegenstander had het mij echter aanzienlijk moeilijker kunnen maken, dan het in de partij ging.

Tiental_VST_7

André van der Kwartel – Kees Romijn

Stand na de 55e zet van wit.

Ik geef eerst het spelverloop: (9-13A), 34-30 (13-19), 24×13 (18×9), 30-24B (9-13C), 41-37 (13-18), 36-31! (27×36), 26-21 en de partij liep gemakkelijk remise.

A) Veel sterker leek (18-23), 29×18 (22×13), 41-37 (13-18), maar dat lijkt na 37-31 (18-22), 26-21 (27×16), 31-27 (22×31), 36×27 toch wel weer mee te vallen.

B) Slordig. Hier had eerst 41-37 gemoeten om nog binnen veilige marges te blijven.

C) Maar zwart grijpt zijn laatste kans niet. Met (27-32) had hij het wit moeilijk kunnen maken. Het verleidelijke 41-37×47 verliest. Dus wit moet het gaan zoeken in 26-21 (32-38), 21-16, enz., maar dat kan nog een zwaar eindspel opleveren, zeker met nog maar één minuut per zet.

Ten slotte speelde Arjan Varkevisser verdienstelijk remise tegen een duidelijk sterker tegenstander. Arjan was vroeg in de partij door een blunder een schijf achter geraakt, maar bleef knokken voor een goed resultaat. Dat lukte hem wonderwel en uiteindelijk kwam er een één-om-drie op het bord waarin zijn teleurgestelde tegenstander nog even bleef doorspelen, maar uiteindelijk in remise berustte.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *