Caspers week Coronacrisissneldammen op Lidraughts

Nu de hele damwereld is overgeschakeld naar dammen op internet en daar ondertussen ook aan gewend is, is het tijd om te kijken of ik de afgelopen tijd online ook wat mooie of juist bijzonder lelijke dingen geproduceerd heb. Blunders, per ongeluk met de verkeerde schijf spelen, gewonnen standen verprutsen en andere fouten heb ik afgelopen week genoeg gemaakt en ik vermoed dat de gewaardeerde lezer dat wel herkent bij sneldammen. Ik heb echter ook enkele partijen gespeeld waar ik trots op ben en (mooie) combinaties uitgevoerd. Dit is een impressie van mijn ervaring van afgelopen week met potjes 5+5 op Lidraughts.

Afgelopen vrijdag speelde ik mee met mijn voormalige clubgenoten uit IJmuiden en ik trof als eerste Jesse Bos. Dit vind ik het mooiste fragment en met deze partij als startpunt volgt logischerwijs dat ik de week een soort van antichronologisch behandel. Een week eerder had Jesse het toernooi gewonnen dus ik begon geconcentreerd aan mijn partij. Ik speelde een theoretische opening die vaak een omsingeling geeft die ik leuk vind en in de onderstaande stand staat Jesse met zwart aan zet al lastig.

Lidraughts 2020 Casper Remeijer - Jesse Bos
Casper Remeijer – Jesse Bos

Zo mag zwart mag hier geen 29. … 13-19? spelen. Zwart hoeft niet bang te zijn voor 25-20, want dat levert na 14×25 niks op. Wit kan op twee manieren op 14 komen met een schijf meer, maar die wint zwart in beide gevallen direct terug met 15-20. Na 13-19? had ik echter een thematische combinatie uitgevoerd die vaker voorkomt in de flankaanval: 30. 29-23 18×29 31. 33×13 8×19 32. 38-32 27×38 33. 43×23 19×28 34. 39-33 28×39 35. 48-43 39×48 36. 31-26 48×31 37. 36×16 met schijfwinst.

Zwart kan het beste op de korte vleugel spelen met 11-16 en 17-21, maar Jesse besloot voor het centrum te vechten met 29. … 2-7? en liep binnen enkele zetten in een andere typische flankaanvalcombinatie. Ik speelde 30. 46-41 (tijdverlies: na direct 40-34 staat wit al gewonnen), Jesse speelde de zet die ik verwachtte: 30. … 4-9? (nu is het weer in orde voor wit, maar na 15-20 had zwart nog behoorlijk kunnen tegenstribbelen). Ik vervolgde met 31. 29-24 om 18-23×23 niet toe te laten. Waarom 31. … 14-19 nu niet mag laat ik aan de lezer over om uit te zoeken. Er kwam dus 31. … 18-23 en nu won ik met de forcing 32. 40-34! (dreigt 24-20 15×24 34-29) 32. … 14-19* 33. 24-20 15×24 34. 34-30 24×35 35. 33-29 23×34 36. 39×30 35×24 37. 38-32 27×38 38. 43×3 en Jesse gaf op.

Jesse was niet in vorm deze avond. Waar hij een week eerder nog al zijn partijen won op één remise na, werd hij nu slechts elfde van de veertien met 5 uit 8. Hij verloor nog een keer van mij, ook twee keer van Krijn ter Braake en één keer van Stijn Tuijtel. Hij is niet de enige die goede avonden met slechte avonden afwisselt. Voor mij was vrijdagavond een goed toernooi: zes gewonnen en één remise tegen Martin van Dijk. Ik werd echter slechts derde doordat ik lange en dus weinig partijen heb gespeeld.

Dinsdag deed ik mee met het KNDB-toernooi met speeltempo 5+5. Dat was een goede avond, maar donderdagavond in het open sneldamtoernooi van LDG was een verschrikkelijk slechte avond en vrijdag was weer een goede avond voor me. Na zes partijen op donderdag waarvan drie nederlagen stopte ik er maar mee, want mijn humeur en spel werden er niet beter op. Later op de avond speelde en won ik nog wel twee partijen om mijn score op 8 uit 8 te brengen en het ratingverlies tot 60 punten te beperken, maar de frustratie over mijn fouten was er niet minder op.

Donderdagavond begon nog wel redelijk goed: ik speelde remise tegen een sterke speler, won een niet geweldige partij van een zwakke speler en in de derde partij speelde ik de speler citroenen helemaal weg. In die partij kwam er echter een kink in de kabel en daarna was het één pot nat. Op de 32e zet wilde ik 11-17 spelen, maar ik had blijkbaar schijf 12 al aangeklikt en speelde per ongeluk 12-17. Daardoor kwam ik heel slecht i.p.v. heel goed te staan. De computeranalyse van Lidraughts geeft nog wel een redding aan, maar dat zag ik niet en toen werd ik weggespeeld. Die computeranalyse m.b.v. Scan is trouwens een erg fraaie mogelijkheid van Lidraughts! De volgende partij geeft daar een mooi voorbeeld van.

Lidraughts 2020 Casper Remeijer - Maurits Meijer
Casper Remeijer – Maurits Meijer

In partij vier kwam Maurits Meijer als laatste zet met het verrassende 31. … 23-29?? Dit zet zo duidelijk damcombinaties open dat ik niet anders kan dan deze zet van twee vraagtekens te voorzien. 17-22 was verplicht. Met zowel 28-22 als 28-23 kom ik op dam. Ik berekende de winst na 28-22, maar ik haalde dingen door elkaar, want ik speelde 32. 28-23?? Eerlijk is eerlijk: ik verdien er ook twee. Na 32. … 19×28 33. 32×3 21×41 34. 3×21 16×27 35. 42-37 41×32 sputterde ik nog wat tegen, maar Maurits liet me niet meer ontsnappen. Scan geeft tot mijn verrassing in de analyse van de partij niet 32. 28-22 aan als verbetering, maar 32. 47-41! 29×47 39-33! 47×29 35-30 24×44 28-23 19×28 32×3 21×32 en nu 3×9 over vijf stukken inclusief de zwarte dam. Een zeer fraaie combinatie met naslag, maar gewoon 28-22 was ook voldoende geweest voor de overwinning.

Ik baalde al van de misklik in de derde partij en nu ging mijn humeur nog een graadje omlaag. De vijfde partij is een typische sneldampartij met over en weer fouten, maar het is ook weer een leerzame, typische manoeuvre in de flankaanval:

Lidraughts 2020 Casper Remeijer - Buckethead 1
Casper Remeijer – Buckethead

Wederom een fragment waarin ik aan het omsingelen ben. Onder het bord ook de grafiek van Scan van de partij. We komen erin op het moment dat ik een goede mogelijkheid mis na de volgende zet van mijn tegenstander (het piekje bij de witte stip die de huidige stand aangeeft). Mijn tegenstander reageert echter niet goed en ik sta daarna heel lang gewonnen, maar ik verpruts het op het einde nog met remise als resultaat. Zwart heeft de flankaanval niet helemaal goed gespeeld en ik heb een degelijke omsingeling. Een logische zet is 14-20×10 en wit staat waarschijnlijk iets beter. Mijn computer wil 4-10 spelen, maar dat is een zet die je niet zo snel speelt in een sneldampartij, want je moet wel zeker weten dat het klopt. Buckethead speelde echter 30. … 23-28? Mijn oog viel direct op het poortje 4-13. Ik kan met 25-20 15×35 34-30 35×24 29×9 naar veld 9 combineren, maar als ik het me goed herinner meende ik abusievelijk dat ik eerst schijf 19 moest verwijderen middels 31. 38-32? 27×38 32. 43×23 19×28 om daarna pas 33. 25-20 15×35 34. 34-30 35×24 35. 29×9 te spelen. Hiermee belanden we in onderstaande stand:

Lidraughts 2020 Casper Remeijer - Buckethead 2
Casper Remeijer – Buckethead

31. 25-20 was winnend geweest, maar direct na de combinatie zoals ik hem uithaal zag ik dat mijn tegenstander een tegenactie heeft met 35. … 13-19! en op damhalen met 9-3 volgt 28-32 37×28 4-9 3×23 18×38 en wit heeft niet beter dan remise maken met 39-33 38×29 26-21 17×37 28×6 37-41 =. Mijn tegenstander dacht 72,5 seconde na (ook mooi dat je tijdverbruik per zet kan bekijken!) dus ik kon nadenken over alternatieven voor als hij 13-19 zou spelen. 31-27 lijkt veelbelovend om na 22×42 33×24 4×13 47×38 13-19* 24×13 8×19 mijn pijlen op de dunne lange vleugel van zwart te richten, maar er staan wederzijds nog maar vijf schijven op het bord en mijn centrum is ook aardig leeg dus ik achtte de kans niet groot dat ik dat nog had kunnen winnen. Gelukkig zag hij het niet en deed 35. … 11-16? Ik stond dertig zetten lang gewonnen, maar liet mijn tegenstander in het eindspel nog ontsnappen. Hierna speelde ik een werkelijk afgrijselijke partij, waarna ik besloot te stoppen.

Dinsdag won ik zeven partijen en verloor ik er één. Toegegeven, ik kreeg ook een aantal minder sterke dammers en kon meerdere keren met niet al te moeilijke combinaties winnen. Ik sluit af met twee fragmentjes van dinsdagavond. De eerste is een opgave voor de lezer: hoe wint wit in onderstaand diagram na 17. … 13-19?

Lidraughts 2020 Casper Remeijer - Karrespoor
Casper Remeijer – Karrespoor

Het laatste fragment bevat ook een niet heel moeilijke combinatie, maar heeft wel een mooie aanloop. In onderstaande stand vind ik zwart al prettig staan: ik heb een aanknopingspunt in schijf 22 en door het gat op 44 kan wit na oplopen met 12-18 nooit meer 2-om-2 terugruilen.

Lidraughts 2020 staluitmester - Casper Remeijer
staluitmester – Casper Remeijer

Misschien had ik beter kunnen wachten, maar ik liep hier op met 18. … 12-18. Wit gaat de fout in met 19. 32-27? en raakt verstrikt in een web van combinaties, opsluitingen en vastloopvarianten. Ik breng combinaties in de stand met 19. … 4-9! en ‘helaas’ trapte wit direct al in een combinatie met 20. 37-31 26×37 21. 42×31. Winnen na 20. 37-32 8-12 46-41 6-11 41-37 12-17! (en wit heeft geen goede zet meer, ga maar na!) was veel bevredigender geweest. Na 20. 37-31 26×37 21. 42×31 won ik met 21. … 18-23 22. 29×18 16-21 23. 27×16 6-11 24. 16×7 1×32 25. 38×27 24-30 26. 35×24 20×49 27. 22-18 49×16 en opgegeven.

One comment

  1. Francis J. Tholel schreef:

    leuk rubriekje, Casper. ..

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *