DE ELFDE RONDE: WSDV 3 – LDG

André van der Kwartel  

In de elfde ronde van de landelijke competitie moest het achttal aantreden tegen het derde team van WSDV uit Wageningen. De wedstrijd verliep teleurstellend voor LDG. Met een 10-6 nederlaag konden wij terugkeren naar Leiden.  

De score werd geopend door het verlies van Peter van den Berg. In een wat mindere stand liet hij een kettingstelling toe, waarna er geen redden meer aan was. WSDV kwam op 4-0 door de nederlaag van  Hans Kreder. Bij deze partij valt wel een aantal kanttekeningen te plaatsen. Om te beginnen: Hans vertelde mij dat hij al na een kwartier verloren stond. Ongetwijfeld enigszins overdreven, want het omslagpunt in de partij deed zich pas op de 27e zet van wit voor. Tot die tijd ziet KR geen problemen.

wsdv1

Hans Kreder – Jozef Linssen  

Stand na de 26e zet van zwart. 

De halve hekstelling was al vroeg op het bord gekomen en wit was ook al een aantal keren op schijf 24 gelopen. Om onduidelijke redenen zag wit hier ineens van die strategie af en speelde: 31-27? (22×31), 36×27. Toen volgde een zetje: (24-30), 34×14 (18-22), 27×9 (15-20), 14×25 (8-13), 9×18 (12×41). Hans gaf op. De volgende stand is ontstaan: 

wsdv2

Hans Kreder – Jozef Linssen  

Mét KR vraag ik mij af of Hans niet te vroeg op gaf. Als we na de afwikkeling de houtjes tellen, blijkt dat wit een schijf vóór staat. Een plausibele voortzetting is dus: 42-37 (41×32), 25-20. [Aanvankelijk dacht ik dat wit misschien ook nog 33-28 moest offeren, maar dat wordt door KR snel weerlegd.] KR taxeert het voordeel voor zwart op ongeveer een halve schijf en komt met de volgende variant: (2-8), 20-14 (8-13), 33-29 (32-37), 29-23 (37-41), 23-19 (13×24), 14-9. Zwart heeft nu al een probleem. Als hij met een tweede schijf wil oversteken (26-31), kan bijvoorbeeld volgen 9-4 (31-36), 4-15. Voor alle duidelijkheid: ik ga niet schrijven dat wit dit eindspel remise houdt, maar wel dat er nog heel wat gevochten had kunnen worden.  

Dit fragment riep bij mij herinneringen op aan een partij van Hans Kreder uit 2005. 

wsdv3

Hans Kreder – Alfons Ottink 

(Nationale Competitie, 1-10-2005)  

Stand na de 41e zet van wit. 

(18-22!?) Eigenlijk niet de sterkste, maar… Hans gaf op. Ik neem aan vanwege de dreiging (22-27-31) met doorbraak naar dam. Ik heb mij daar destijds erg over verbaasd, want de actie 33-28 (22×33), 43-39 geeft wit nog een heleboel defensieve mogelijkheden. Meer dan zestien jaar later geeft KR mij gelijk.  

Ik mocht zelf de eerste – en naar later zou blijken: enige – winstpartij voor LDG scoren. Het was mijn meest bizarre overwinning ooit. 

wsdv4

André van der Kwartel – Anton van Drumpt  

Stand na de 32e zet van zwart. 

Ik kan hier kiezen uit 27-21 en 27-22. Ik koos voor 27-21 (16×27), 32×12 en mijn tegenstander gaf op. Achteraf vermoed ik dat hij rekende op 27-22 en na 27-21 in een flits dacht dat hij in de Bomzet was gelopen. Maar de Bomzet zit er natuurlijk helemaal niet in. Zwart kan rustig gaan nadenken of hij met schijf 8 dan wel 18 zal slaan. Het was een bizarre ervaring. Nadat het tot mijn tegenstander was doorgedrongen wat hij had gedaan, greep hij zijn notatieformulier en stampte de zaal uit. Ik heb hem niet meer teruggezien en dat kan ik mij goed voorstellen. 

Ik heb zelf ooit eens in een totaal gewonnen stand remise aangeboden. Mijn tegenstander keek mij verbaasd aan, maar accepteerde gretig mijn aanbod. Dat soort dingen gebeuren. Ik ben destijds overigens niet de zaal uitgelopen.  

Vervolgens speelden Harry Dekker, Dick den Ouden en Joop Burgerhout remise. Drie partijen waarin KR geen gemiste kansen of belangrijke verbeteringen signaleert. Bij de partij van Jack van der Plas deed KR dat wel. 

wsdv5

Jack van der Plas – Henk Kleinrensink  

Stand na de 49e zet van wit. 

Na (26-31) is wit vrijwel verplicht tot 28-22 (27×18), 36×27 met een gelijkwaardige stand. Zwart speelde echter (20-25??). Wit reageerde met 28-23?? En miste daarmee de gewonnen stand die na 29-24! zou zijn ontstaan. KR geeft als plausibel verloop: (26-31), 28-22 (27×18), 36×27 (21-26), 38-33 (16-21), 27×16 (18-22), 16-11. Het terugwinnen van de geofferde schijf leidt nog sneller tot verlies dan het doorlopen met schijf 26.  

Ook Hans Tangelder verloor ten slotte zijn partij. Dat was bepaald niet nodig geweest, maar een zetje overzien kan de beste overkomen. 

wsdv6

Akosh Kardos – Hans Tangelder  

Stand na de 44e zet van wit. 

Zwart had hier de remise moeten pakken met (27-32), 30×17 (32×32). Hij speelde echter: (3-8??), 30×19 (13×24) en toen volgde het zetje van Weiss: 28-22 (27×18), 36-31 (26×37), 38-32 (37×28), 33×2 (24×44), 40×49.  

Alles bij elkaar: minstens twee punten onnodig weggegeven en waarschijnlijk één punt cadeau gekregen. Op de overwinning van WSDV valt niets af te dingen.  

Toegift 

Nog een toegift uit de onderlinge competitie. 

Harry Dekker leverde mij het volgende fragment aan uit een recente partij tegen Peter van den Berg. 

wsdv7

Harry Dekker – Peter van den Berg  

Zwart heeft zojuist als laatste zet (9-14) gespeeld. Wit speelde 32-28 en na 21×23 liep de partij remise. Harry hoopte op: (21×43?), 28-23 (19×17), 10×8!! met winst. (Wel op de goede manier slaan, natuurlijk.) 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *